ECLI:NL:GHAMS:2023:1572
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Bevestiging van vonnis met aanpassing van straf in hoger beroep wegens poging tot inbraak en overschrijding van redelijke termijn
In deze zaak heeft het gerechtshof Amsterdam op 28 februari 2023 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Noord-Holland. De verdachte, geboren in 1994, had hoger beroep ingesteld tegen een eerdere veroordeling voor medeplegen van poging tot inbraak. De politierechter had de verdachte veroordeeld tot een voorwaardelijke gevangenisstraf van drie maanden met een proeftijd van twee jaren. In hoger beroep heeft de advocaat-generaal een lagere voorwaardelijke gevangenisstraf van tien weken geëist, maar de raadsvrouw pleitte voor een geheel voorwaardelijke straf.
Het hof heeft de ernst van het feit en de omstandigheden waaronder het is begaan in overweging genomen. De verdachte had samen met een ander geprobeerd in te breken in een wooncomplex, wat leidde tot schade en gevoelens van onveiligheid in de samenleving. Het hof heeft vastgesteld dat de redelijke termijn voor de behandeling van de zaak is overschreden met één jaar en vijf maanden, maar verbindt hieraan geen gevolgen, gezien de aard van de op te leggen straf.
Uiteindelijk heeft het hof het vonnis van de politierechter bevestigd, met uitzondering van de strafoplegging, die is aangepast naar een voorwaardelijke gevangenisstraf van drie maanden zonder bijzondere voorwaarden. De tijd die de verdachte in voorarrest heeft doorgebracht, zal in mindering worden gebracht op de opgelegde straf. Het arrest is uitgesproken in tegenwoordigheid van de griffier en is ondertekend door de rechters, waarbij mr. N.E. Kwak en mr. N.J.M. de Munnik niet in staat waren om het arrest mede te ondertekenen.