In deze zaak gaat het om de aansprakelijkheid van El Al Israel Airlines Limited voor schade die [appellante] heeft geleden na een ongeval tijdens een vlucht. Tijdens de vlucht viel een bagagestuk op het hoofd van [appellante], wat leidde tot een rechtszaak over de aansprakelijkheid van de luchtvaartmaatschappij. Het gerechtshof Amsterdam heeft eerder geoordeeld dat El Al aansprakelijk is voor de schade die [appellante] heeft geleden en nog zal lijden als gevolg van het ongeval. De huidige procedure betreft de schadestaatprocedure, waarin partijen het niet eens zijn over het causaal verband tussen de klachten van [appellante] en het ongeval, alsook over de omvang van de schadevergoeding die El Al moet betalen. Het hof heeft de feiten die in eerdere procedures zijn vastgesteld als uitgangspunt genomen. De rechtbank had in eerste aanleg El Al veroordeeld tot betaling van een schadevergoeding, maar [appellante] is in hoger beroep gegaan om een hogere schadevergoeding te eisen. El Al heeft op zijn beurt incidenteel hoger beroep ingesteld. Het hof heeft de grieven van [appellante] in het principaal hoger beroep verworpen en het vonnis van de rechtbank bekrachtigd, waarbij [appellante] in de kosten van het geding is veroordeeld. Het hof heeft ook de grieven van El Al in het incidenteel hoger beroep verworpen en het vonnis van de rechtbank bekrachtigd.