ECLI:NL:GHAMS:2023:1221
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Verzoek tot verwijdering van BKR-registratie en beoordeling van spoedeisend belang in hoger beroep
In deze zaak heeft [appellante] hoger beroep ingesteld tegen een vonnis van de voorzieningenrechter van de Rechtbank Amsterdam, waarin haar verzoek tot verwijdering van een BKR-registratie werd afgewezen. De zaak betreft een koopcontract voor een appartementsrecht dat [appellante] op 19 juli 2022 heeft getekend, waarbij een ontbindende voorwaarde is opgenomen. Deze ontbindende voorwaarde houdt in dat [appellante] uiterlijk op 20 september 2022 een toezegging van een erkende geldverstrekkende instelling moet hebben verkregen voor een hypothecaire lening. De registratie van een krediet bij het BKR, die een achterstandscodering bevat, staat de financiering van de nieuwe woning in de weg.
In eerste aanleg heeft de voorzieningenrechter geoordeeld dat het spoedeisend belang van [appellante] niet opweegt tegen het belang van de kredietregistratie. In hoger beroep heeft [appellante] gesteld dat zij door de registratie niet in staat was de woning te kopen en het koopcontract heeft moeten ontbinden. Het hof heeft echter geoordeeld dat het spoedeisend belang niet langer aanwezig is, omdat de omstandigheden zijn veranderd en [appellante] niet voldoende heeft onderbouwd wat haar huidige spoedeisend belang is. Het hof heeft geconcludeerd dat [appellante] niet-ontvankelijk is in haar verzoek en haar heeft verwezen in de kosten van het geding.