Uitspraak
Onderzoek van de zaak
Tenlastelegging
hij, op of omstreeks 19 augustus 2019, te Rotterdam, [benadeelde] heeft bedreigd met enig misdrijf tegen het leven gericht en/of met zware mishandeling, door in nabijheid van het treinspoor met gebalde vuisten dreigend voor die [benadeelde] te staan en/of hem hierbij de woorden toe te voegen "Ik wil je echt op het spoor gooien", althans woorden van gelijke dreigende aard of strekking;
hij, op of omstreeks 19 augustus 2019, te Rotterdam, opzettelijk een ambtenaar, te weten [benadeelde], gedurende of ter zake van de rechtmatige uitoefening van zijn bediening, in zijn tegenwoordigheid, mondeling heeft beledigd, door hem de woorden toe te voegen: "Jullie zijn allemaal mongolen" en/of "jullie zijn homo's" en/of "je kankermoeder" en/of "kankermongolen", althans woorden van gelijke beledigende aard en/of strekking.
Vonnis waarvan beroep
Bewijsoverweging feit 1
Bewezenverklaring
hij op 19 augustus 2019 te Rotterdam [benadeelde] heeft bedreigd met enig misdrijf tegen het leven gericht, door in nabijheid van het treinspoor met gebalde vuisten dreigend voor die [benadeelde] te staan en hem hierbij de woorden toe te voegen "Ik wil je echt op het spoor gooien", althans woorden van gelijke dreigende aard of strekking;
hij op 19 augustus 2019 te Rotterdam opzettelijk een ambtenaar, te weten [benadeelde], gedurende of ter zake van de rechtmatige uitoefening van zijn bediening, in zijn tegenwoordigheid, mondeling heeft beledigd, door hem de woorden toe te voegen: "Jullie zijn allemaal mongolen" en "jullie zijn homo's" en "je kankermoeder" en "kankermongolen".
Strafbaarheid van het bewezenverklaarde
Strafbaarheid van de verdachte
Oplegging van straf
Vordering van de benadeelde partij [benadeelde]
Toepasselijke wettelijke voorschriften
BESLISSING
gevangenisstrafvoor de duur van
14 (veertien) dagen.
12 (twaalf) dagen, niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten omdat de verdachte zich voor het einde van een proeftijd van
1 (één) jaaraan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt.
€ 100,00 (honderd euro) ter zake van immateriële schade, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de hierna te noemen aanvangsdatum tot aan de dag der voldoening.