Uitspraak
Onderzoek van de zaak
Tenlasteleggingen
hij op een of meerdere tijdstippen in of omstreeks de periode 11 oktober 2020 tot en met 15 juni 2021 te Amsterdam, in elk geval in Nederland, wederrechtelijk stelselmatig opzettelijk inbreuk heeft gemaakt op eens anders persoonlijke levenssfeer, te weten die van [slachtoffer01] , door
hij op een of meerdere tijdstippen in of omstreeks de periode 11 oktober 2020 tot en met 15 juni 2021 te Amsterdam, in elk geval in Nederland, [slachtoffer01] heeft bedreigd met enig misdrijf tegen het leven gericht en/of met zware mishandeling, door die voornoemde [slachtoffer01] dreigend de woorden toe te voegen
Vonnis waarvan beroep
Bewijsoverweging
Bewezenverklaring
hij in de periode 11 oktober 2020 tot en met 15 juni 2021 te Amsterdam, wederrechtelijk stelselmatig opzettelijk inbreuk heeft gemaakt op eens anders persoonlijke levenssfeer, te weten die van [slachtoffer01] , door
hij in de periode 11 oktober 2020 tot en met 15 juni 2021 te Amsterdam, [slachtoffer01] heeft bedreigd met enig misdrijf tegen het leven gericht en met zware mishandeling, door die voornoemde [slachtoffer01] dreigend de woorden toe te voegen
Strafbaarheid van het bewezenverklaarde
Strafbaarheid van de verdachte
Oplegging van straffen en maatregel
Toepasselijke wettelijke voorschriften
BESLISSING
13-152275-21 en in de zaak met parketnummer 13-203958-21 onder 1 en 2 ten laste gelegde heeft begaan.
taakstrafvoor de duur van
120 (honderdtwintig) uren, indien niet naar behoren verricht te vervangen door
60 (zestig) dagen hechtenis.
gevangenisstrafvoor de duur van
3 (drie) maanden.
3 (drie) jarenaan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt of de verdachte gedurende de proeftijd van 3 (drie) jaren ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit geen medewerking heeft verleend aan het nemen van een of meer vingerafdrukken of geen identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht ter inzage heeft aangeboden of geen medewerking heeft verleend aan het reclasseringstoezicht, bedoeld in artikel 14c Sr, de medewerking aan huisbezoeken en het zich melden bij de reclasseringsinstelling indien, zo vaak en zolang als de reclasseringsinstelling dit noodzakelijk acht daaronder begrepen, dan wel de hierna te noemen bijzondere voorwaarde niet heeft nageleefd.