ECLI:NL:GHAMS:2022:3772

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
15 maart 2022
Publicatiedatum
17 januari 2023
Zaaknummer
23-001999-21
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vrijspraak in hoger beroep tegen vonnis politierechter

Op 15 maart 2022 heeft het Gerechtshof Amsterdam uitspraak gedaan in een hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Noord-Holland, dat op 10 februari 2021 was gewezen. De zaak betreft een verdachte die in eerste aanleg was veroordeeld, maar in hoger beroep heeft de verdediging aangevoerd dat de verdachte niet schuldig is aan de tenlastegelegde feiten. Het hof heeft het vonnis van de politierechter vernietigd en geoordeeld dat niet bewezen is dat de verdachte het tenlastegelegde heeft begaan. Hierdoor is de verdachte vrijgesproken van de beschuldigingen. De verdachte en de advocaat-generaal hebben ter zitting afstand gedaan van het recht om beroep in cassatie in te stellen, wat betekent dat de uitspraak van het hof definitief is. Deze beslissing benadrukt het belang van een zorgvuldige beoordeling van de bewijsvoering in strafzaken en de mogelijkheid voor de verdachte om in hoger beroep zijn zaak opnieuw te laten beoordelen.

Uitspraak

afdeling strafrecht
parketnummer eerste aanleg : 96-272817-20
parketnummer hoger beroep : 23-001999-21

TEGENSPRAAK

Arrest van het gerechtshof Amsterdam, enkelvoudige strafkamer, van 15 maart 2022 gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van de politierechter in de rechtbank Noord-Holland van 10 februari 2021 in de zaak tegen de verdachte:
naam: [verdachte]
voornamen: [verdachte]
geboren: op [geboortedag] 1990 te [geboorteplaats]
adres: [adres].

BESLISSING

Het hof:
Vernietigt het vonnis waarvan beroep en doet opnieuw recht.
Verklaart niet bewezen dat de verdachte het tenlastegelegde heeft begaan en spreekt de verdachte daarvan vrij.
Gewezen door mr. H.A.G. Nijman, in bijzijn van mr. A. Ivanov, griffier.
mr. H.A.G. Nijman
De verdachte en de advocaat-generaal hebben ter terechtzitting afstand gedaan van het recht beroep in cassatie in te stellen.