Uitspraak
GERECHTSHOF AMSTERDAM
advocaat: mr. H.J.J. Hendrikse te Amsterdam,
geïntimeerde,
advocaat mr. P.J. Sandberg te Amsterdam.
1.Het geding in hoger beroep
2.Feiten
2.2 Een gemachtigde of adviseur van [appellant] heeft [geïntimeerde] bij brief van 31 juli 2020 verzocht de huurovereenkomst met [geïntimeerde] voort te zetten. Namens [geïntimeerde] is dit verzoek bij brief van 13 augustus 2020 afgewezen, nu haar niet was gebleken dat [appellant] in het gehuurde woonachtig was en een duurzame gemeenschappelijke huishouding voerde met [naam] . [appellant] is verzocht de woning te verlaten.
2.3 [appellant] is niet ingeschreven op het adres van het gehuurde. Uit een afschrift uit de Basisregistratie Personen van 27 oktober 2020 blijkt dat [appellant] staat geregistreerd als niet-ingezetene met als emigratiedatum 20 juli 2018.
2.4 Ten tijde van het indienen van de conclusie van antwoord door [geïntimeerde] was er een huurachterstand van € 2.231,29, die met nog een huurtermijn was opgelopen ten tijde van de mondelinge behandeling in eerste aanleg. Ten tijde van de mondelinge behandeling in hoger beroep was er geen huurachterstand.