ECLI:NL:GHAMS:2022:3054
Gerechtshof Amsterdam
- Raadkamer
- Rechtspraak.nl
Wraking van een raadsheer in een strafzaak met beschuldigingen van vooringenomenheid
In deze zaak gaat het om een wrakingsverzoek van verzoekster tegen de raadsheer mr. [naam01] in een strafzaak. Verzoekster is in hoger beroep gegaan tegen een vonnis van de rechtbank Noord-Holland, waarin zij was veroordeeld voor belaging en wederrechtelijk binnendringen. Tijdens de behandeling van de zaak heeft verzoekster meerdere keren de raadsheer gewraakt, omdat zij meende dat deze vooringenomen was. De wrakingskamer heeft op 3 augustus 2022 geoordeeld dat er geen objectieve gronden zijn voor de vrees dat de raadsheer partijdig zou zijn. De wrakingsgronden zijn niet voldoende onderbouwd en de perceptie van verzoekster wordt niet door objectieve factoren gerechtvaardigd. De wrakingskamer heeft het verzoek tot wraking afgewezen en geen wrakingsverbod opgelegd, omdat er geen bewijs is dat verzoekster misbruik maakt van haar recht om te wraken. De beslissing is genomen in aanwezigheid van de griffiers en is openbaar uitgesproken.