Op 1 juni 2020 is het Protocol in werking getreden. Dit Protocol is als bijlage gevoegd bij de brief van 14 mei 2020 van de Staatssecretaris van infrastructuur en waterstaat aan de voorzitter van de Tweede kamer der Staten-Generaal.Deze brief houdt onder meer het volgende in:
“Met de brief “COVID 19, update stand van zaken” (van 6 mei 2020) is uw Kamer onder meer geïnformeerd over het - stap voor stap - weer afbouwen van verschillende corona-maatregelen. Die brief beschreef tevens de aanpak op het gebied van mobiliteit. Om op alle plaatsen in Nederland en voor alle groepen in de samenleving mobiliteit beschikbaar te houden, zijn alle verschillende modaliteiten nodig. Het goed inrichten van mobiliteit is essentieel voor het weer op gang brengen van de maatschappij. Deze brief gaat specifiek in op het openbaar vervoer.
Door deze stappen wordt het de komende periode drukker in bussen, treinen, metro’s en trams. Onderstaand ga ik in op de afspraken die ik met vervoerders, decentrale concessieverleners, ProRail, in afstemming met reizigersorganisaties en vakbonden, in het OV protocol heb gemaakt om veilig en verantwoord te kunnen werken en reizen in het openbaar vervoer. Dit OV protocol is daarmee een nadere uitwerking van de besluiten van het kabinet en het Nationaal Openbaar Vervoer Beraad (NOVB).
(…)
Omdat 1,5 meter afstand in de trein, bus, tram en metro niet altijd haalbaar is, is een niet medisch mondkapje in het OV per 1 juni verplicht voor de reiziger. Daarbij is de dringende boodschap dat reizigers tijdig, vóór het instappen de mondkapjes op moeten zetten zodat het in- en uitstapproces veilig en snel kan worden doorlopen.
(…)
Protocol – Verantwoord blijven reizen in het openbaar vervoer
De COVID19 maatregelen en de adviezen van het RIVM stellen alle partijen die werken aan het openbaar vervoer voor een groot aantal nieuwe uitdagingen. Daarom is het belangrijk met alle sectorpartijen eenduidige afspraken te maken, dezelfde uitgangspunten te hanteren en zo ook de samenwerking te optimaliseren. Om hier invulling aan te geven is de afgelopen weken in het NOVB+hard gewerkt aan het OV-protocol. In het NOVB zitten vertegenwoordigers van de vervoerders,
decentrale concessieverleners en I en W. Op 13 mei 2020 hebben we gezamenlijk, ook in aanwezigheid van reizigersvereniging Rover en de vakbonden, het protocol vastgesteld, dat ik als bijlage bij deze brief heb gevoegd. Daarnaast zijn afspraken gemaakt tussen vervoerders en politie, over hoe om te gaan met toezicht en handhaving van de noodverordening COVID-19. De afspraken worden momenteel geactualiseerd en nader uitgewerkt.
In het protocol is afgesproken welke maatregelen getroffen worden voor een veilige reis voor reizigers en OV-medewerkers, en hoe en onder welke voorwaarden mensen gebruik kunnen maken van het OV. Het protocol past binnen de kaders van het kabinetsbeleid ten aanzien van COVID-19, zoals ook is vastgelegd in de Kamerbrief ‘COVID-19 Update stand van zaken’ van 6 mei 2020.
Het protocol gaat vooral in op de afwijkende omstandigheden door COVID-19, voor de rest blijven de normaal geldende afspraken tussen vervoerders, reizigers, BOA’s, conducteurs en de politie van kracht.
In het protocol zijn de gedeelde principes, richtlijnen en gewenste maatregelen gezamenlijk concreter uitgewerkt. Onder meer over het toepassen van de maatregelen, de omgang en communicatie met reizigers, de richtlijnen voor OV-medewerkers, afspraken over veiligheid en de samenwerking tussen partijen.”
Het Protocol dat op 1 juni 2020 in werking is getreden houdt onder meer in:
“Het protocol gaat in op het hoe het gaat werken als een OV-reis wordt gemaakt en welke maatregelen getroffen worden voor een veilige reis voor reizigers en OV-medewerkers. Wat mogen reiziger en medewerker van elkaar verwachten? Hoe moet iedereen zich gedragen en welke maatregelen worden op stations, haltes en in materieel getroffen? Daarbij is specifiek aandacht voor uitwerking rondom handhaving.
(…)
Met het protocol is voor vervoerders, OV-personeel, reizigers en maatschappelijke partijen duidelijk hoe en onder welke voorwaarden mensen gebruik kunnen maken van het OV. Daarbij staat de gezondheid en veiligheid van medewerkers en reizigers voorop en is de operationele maakbaarheid uitgangspunt.
(…)
1. Vooraf; de leidende principes voor veilig OV gebruik
We hanteren bij het uitwerken van het protocol de volgende algemene randvoorwaarden:
(…)
• Handhaving en veiligheid: handhaving en veiligheid zijn de belangrijkste randvoorwaarden die goed geregeld dienen te zijn. De OV sector dient heldere richtlijnen mee te krijgen hoe toezicht te houden en te handhaven en dient waar nodig ondersteund te worden. Toezicht bestaat uit aandacht vragen en de-escalerend aanspreken op onvoldoende afstand houden en niet dragen mondkapjes. Er wordt maximaal ingezet op eigen verantwoordelijkheid bij het handhaven van afstand tussen reizigers en gebruik mondkapjes. Mogelijk gaan vliegende brigades hierin wel handhavend optreden, dit is afhankelijk van overleg met veiligheidsregio’s en mogelijkheid van organiseren extra capaciteit.
(…)