Uitspraak
Onderzoek van de zaak
21 september 2022 en, overeenkomstig het bepaalde bij artikel 422, tweede lid, van het
Tenlastelegging
leiden:
Zoetermeer, althans in Nederland, een voorwerp, te weten een of meer geldbedragen met
een totaal van ongeveer 4500 euro heeft verworven, voorhanden gehad, overgedragen en/of
omgezet en/of van voornoemd(e) geldbedrag(en) gebruik heeft gemaakt, terwijl hij wist,
althans redelijkerwijs moest vermoeden dat dat voorwerp geheel of gedeeltelijk - onmiddellijk of middellijk - afkomstig was uit enig (eigen) misdrijf,
Vonnis waarvan beroep
Bewijsoverweging
Bewezenverklaring
Strafbaarheid van het bewezenverklaarde
Strafbaarheid van de verdachte
Oplegging van straf
Vordering van de benadeelde partij [benadeelde01]
Toepasselijke wettelijke voorschriften
BESLISSING
gevangenisstrafvoor de duur van
2 (twee) weken.
1 (één) week, niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten omdat de verdachte zich voor het einde van een proeftijd van
2 (twee) jarenaan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt.
€ 3.793,50 (drieduizend zevenhonderddrieënnegentig euro en vijftig cent) ter zake van materiële schade, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de hierna te noemen aanvangsdatum tot aan de dag der voldoening.
Een proces-verbaal van aangifte met nummer PL1500-2019038392-1 van 11 februari 2019, in de wettelijke vorm opgemaakt door de daartoe bevoegde opsporingsambtenaar[verbalisant01] (pagina’s 4 tot en met 14).
[benadeelde01]:
Twee geschriften, te weten twee transactieoverzichten/bankafschriften van de ASN-Bank met betrekking tot overboekingen op 9 februari 2019 om respectievelijk 13:58 en 14:06 uur (doorgenummerde pagina’s 10 en 11).
Een geschrift, te weten de identificerende gegevens van de ING-bank op grond van artikel 126nc Wetboek van Strafvordering (pagina 16).