Uitspraak
1.[A] ,
mr. R.H.G.M. Kerckhoffs, kantoorhoudende te Maastricht,
[C],
[D],
[E],
mr. Ph.W. Schreurs, kantoorhoudende te Eindhoven.
1.Het geding in hoger beroep
- het bericht van mr. Schreurs van 8 februari 2021 namens AM Holding c.s. dat de opgave van de deskundige correct is;
- een bericht van mr. H. Kalsbeek van 12 februari 2021 namens [A] c.s. Volgens [A] c.s. is de slotdeclaratie globaal en is de onderbouwing van de in verband met het onderzoek verrichte werkzaamheden weinig transparant. Het gebrekkig aanleveren door AM Holding van informatie aan de deskundige heeft geleid tot additionele tijdbesteding door de deskundige, hetgeen niet voor rekening van [A] c.s. behoort te komen.
- AM Holding bevolen alle facturen waarmee kosten van rechtsbijstand in rekening zijn gebracht die in de periode van 1 januari 2017 tot 1 september 2019 zijn gemaakt in verband met gerechtelijke procedures tegen [A] c.s. in het geding te brengen;
- een onderzoek door een deskundige bevolen naar deze facturen;
- [A] c.s. en AM Holding c.s. in de gelegenheid gesteld een akte te nemen.
2.De verdere beoordeling
discounted cash flow(DCF) methode € 3.125.000 bedraagt, met dien verstande dat de waarde beïnvloed kan worden door een aantal aspecten waaronder (1) de in aanmerking te nemen management fee, (2) de allocatie van de kosten van rechtsbijstand, (3) de uitkomsten van vorderingen van en op derden en (4) een mogelijk besluit tot verkoop van Cargofoor.
- de waardering van onroerend goed (2.9 sub a);
- de door de deskundige gehanteerde management fee, waarbij hij een correctie heeft toegepast op de management fee die door AM Holding was geprognosticeerd. De Ondernemingskamer heeft [A] c.s. niet gevolgd in de door hen bepleite, verder gaande correctie op de management fee (2.9 sub b);
- het, hoewel hij deze bedrijfseconomisch niet verantwoord acht, wel in aanmerking nemen van de vervangingsinvesteringen van € 350.000 in verband met de exploitatie van de Troydo-groeve (2.9 sub c);
- het staken van de exploitatie van de Chansin-groeve door (een dochtervennootschap van) AM Holding en de wijze waarop het rollend materieel en de vaste installaties die nodig waren voor de exploitatie daarvan, in de waardering zijn betrokken (2.9 sub e);
- de operationele kosten van de tankreinigingsinstallatie in verband met bedrijfsonderdeel Cargofoor, met inbegrip van het door de deskundige als uitgangspunt gehanteerde scenario van vervanging van deze installatie (2.9 sub f);
- het uitgaan door de deskundige van de voorziening dubieuze debiteuren die AM Holding heeft getroffen ter zake van de vordering op de failliete vennootschap Meister GmbH (2.9 sub h);
- de wijze waarop de vordering van AM Holding op [G] door de deskundige in aanmerking is genomen (2.9 sub i).
- door ter zake van de claim van CVRH op AM Handel, die door de deskundige buiten zijn waardering was gelaten, € 92.455 in aanmerking te nemen en;
- door € 76.000 aan kosten van rechtsbijstand die ten laste van AM Holding waren gebracht, alsnog ten laste van Eisendalhof, Gerem en Elbana te brengen.