Uitspraak
15-110778-19 tegen
26 april 2022 en, overeenkomstig het bepaalde bij artikel 422, tweede lid, van het Wetboek van Strafvordering, naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting in eerste aanleg.
1.hij op of omstreeks 7 mei 2019 te IJmuiden, gemeente Velsen een wapen van categorie III, onder 1 van de Wet wapens en munitie, te weten een pistool, van het merk Grand Power, model P1, MK 12, kaliber9 mm (x19), zijnde een vuurwapen in de vorm van een geweer, revolver en/of pistoolen/ofmunitie van categorie III van de Wet wapens en munitie, te weten 9 (scherpe kogel)patronen, van het merk S&B, van het kaliber 9mm (x19)
2.hij op of omstreeks 6 mei 2019 te IJmuiden, gemeente Velsen [slachtoffer 1], [slachtoffer 2] en/of nog anderen nog onbekend gebleven personen heeft bedreigd met enig misdrijf tegen het leven gericht en/of met zware mishandeling, door een vuurwapen ter hand te hebben en/of met dat vuurwapen te richten op een van die hiervoor genoemde personen en/of met dat vuurwapen te zwaaien;
3.hij op of omstreeks 6 mei 2019 te Driehuis, gemeente Velsen [slachtoffer 2] heeft mishandeld door met een vuurwapen, althans een voorwerp, op het hoofd van die [slachtoffer 2] te slaan;
4.primairhij op of omstreeks 27 april 2019 te IJmuiden, in elk geval in Nederland, ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om [benadeelde 1] opzettelijk van het leven te beroven, meermalen, althans eenmaal, met een vuurwapen op een (rijdende) auto heeft geschoten waar op dat moment die [benadeelde 1] (als bestuurder) in zat, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
4.subsidiairhij op of omstreeks 27 april 2019 te IJmuiden, in elk geval in Nederland, [benadeelde 1] heeft bedreigd met enig misdrijf tegen het leven gericht en/of met zware mishandeling, door meermalen, althans eenmaal, met een vuurwapen op de auto waar die [benadeelde 1] (als bestuurder) in reed te schieten;
5.hij op of omstreeks 27 april 2019 te IJmuiden, in elk geval in Nederland, opzettelijk en wederrechtelijk een auto (merk Audi A3 voorzien van kenteken [kenteken]), in elk geval enig goed, dat geheel of ten dele aan een ander, te weten aan [benadeelde 2] toebehoorde, heeft vernield, beschadigd, onbruikbaar gemaakt en/of weggemaakt.
27 april 2019 om 00.44 uur een zendmast op [plek] te IJmuiden aan en om 00.48 uur een zendmast te Beverwijk. Nu de verdachte niet heeft aangegeven dat iemand anders op de bewuste momenten over zijn telefoon beschikte, brengen deze zendmastgegevens met zich dat de verdachte op het moment van de beschieting van de auto in IJmuiden en in de omgeving van de plaats delict was.
1.hij op 7 mei 2019 te IJmuiden, gemeente Velsen een wapen van categorie III, onder 1 van de Wet wapens en munitie, te weten een pistool, van het merk Grand Power, model P1, MK 12, kaliber 9 mm, zijnde een vuurwapen in de vorm van een pistoolenmunitie van categorie III van de Wet wapens en munitie, te weten 9 scherpe kogelpatronen, van het merk S&B, van het kaliber 9mm (x19) voorhanden heeft gehad;
2.hij op 6 mei 2019 te IJmuiden, gemeente Velsen [slachtoffer 1] en [slachtoffer 2] heeft bedreigd met enig misdrijf tegen het leven gericht, door een vuurwapen ter hand te hebben en met dat vuurwapen te richten op die hiervoor genoemde personen;
3.hij op 6 mei 2019 te Driehuis, gemeente Velsen, [slachtoffer 2] heeft mishandeld door met een vuurwapen op het hoofd van die [slachtoffer 2] te slaan;
4.primairhij op 27 april 2019 te IJmuiden, ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om[benadeelde 1] opzettelijk van het leven te beroven, meermalen met een vuurwapen op een rijdende auto heeft geschoten waar op dat moment die [benadeelde 1] in zat, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
5.hij op 27 april 2019 te IJmuiden, opzettelijk en wederrechtelijk een auto (merk Audi, voorzien van kenteken [kenteken]), die aan [benadeelde 2] toebehoorde, heeft beschadigd.
gevangenisstrafvoor de duur van
5 (vijf) jaren.
onttrekking aan het verkeervan het in beslag genomen, nog niet teruggegeven voorwerp, te weten:
€ 1.000,00 (éénduizend euro) ter zake van immateriële schade, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de hierna te noemen aanvangsdatum tot aan de dag der voldoening.
[benadeelde 1], ter zake van het onder 4 primair bewezenverklaarde een bedrag te betalen van € 1.000,00 (éénduizend euro) als vergoeding voor immateriële schade, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de hierna te noemen aanvangsdatum tot aan de dag der voldoening.
€ 2.229,05 (tweeduizend tweehonderdnegenentwintig euro en vijf cent) ter zake van materiële schade, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de hierna te noemen aanvangsdatum tot aan de dag der voldoening.
[benadeelde 2], ter zake van het onder 5 bewezenverklaarde een bedrag te betalen van € 2.229,05 (tweeduizend tweehonderdnegenentwintig euro en vijf cent) als vergoeding voor materiële schade, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de hierna te noemen aanvangsdatum tot aan de dag der voldoening.
mr. C.H. Sillen, griffier, en is uitgesproken op de openbare terechtzitting van dit gerechtshof van
10 mei 2022.