ECLI:NL:GHAMS:2021:987

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
8 april 2021
Publicatiedatum
13 april 2021
Zaaknummer
23-000121-20
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Bevestiging van het vonnis in hoger beroep tegen vrijspraak door het gerechtshof Amsterdam

Op 8 april 2021 heeft het Gerechtshof Amsterdam uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Noord-Holland, dat op 6 januari 2020 was gewezen. Het hoger beroep was ingesteld door het openbaar ministerie tegen de vrijspraak van de verdachte, geboren in 1991. De zaak werd behandeld in hoger beroep op 25 maart 2021, waarbij het hof kennisnam van de vordering van de advocaat-generaal en de argumenten van de verdachte en haar raadsvrouw. Na het onderzoek ter terechtzitting heeft het hof geconcludeerd dat de behandeling in hoger beroep niet heeft geleid tot andere overwegingen of beslissingen dan die van de eerste rechter. Het hof heeft zich daarom verenigd met het vonnis waarvan beroep en heeft dit bevestigd. De beslissing werd genomen door de meervoudige strafkamer van het gerechtshof, waarbij de rechters in de zaak aanwezig waren, en het arrest werd uitgesproken tijdens de openbare terechtzitting op 8 april 2021.

Uitspraak

afdeling strafrecht
parketnummer: 23-000121-20
datum uitspraak: 8 april 2021
TEGENSPRAAK
Arrest van het gerechtshof Amsterdam gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van de politierechter in de rechtbank Noord-Holland van 6 januari 2020 in de strafzaak onder parketnummer 15-241282-19 tegen:
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedag] 1991,
adres: [adres].

Onderzoek van de zaak

Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting in hoger beroep van 25 maart 2021 en, overeenkomstig het bepaalde bij artikel 422, tweede lid, van het Wetboek van Strafvordering, naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting in eerste aanleg.
Het openbaar ministerie heeft hoger beroep ingesteld tegen voormeld vonnis.
Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal en van hetgeen door de verdachte en de raadsvrouw naar voren is gebracht.

Vonnis waarvan beroep

De behandeling van de zaak in hoger beroep heeft het hof niet gebracht tot andere beschouwingen en beslissingen dan die van de eerste rechter, zodat het hof zich verenigt met het vonnis waarvan beroep en dit derhalve zal bevestigen.

BESLISSING

Het hof:
Bevestigt het vonnis waarvan beroep.
Dit arrest is gewezen door de meervoudige strafkamer van het gerechtshof Amsterdam, waarin zitting hadden mr. J.W.P. van Heusden, mr. N. van der Wijngaart en mr. S.M.M. Bordenga, in tegenwoordigheid van mr. S. den Hartog, griffier, en is uitgesproken op de openbare terechtzitting van dit gerechtshof van 8 april 2021.