2.3.Ten aanzien van de wegingsfactor voor de kostenvergoeding overweegt het Hof als volgt. De wegingsfactor wordt bepaald naar gelang het gewicht van de zaak. Het gewicht van de zaak wordt bepaald door de aard, het belang en de ingewikkeldheid van de zaak. Gegeven de aan de rechtbank toekomende beoordelingsvrijheid en met inachtneming van de omstandigheid dat de onderhavige zaak zoals die zich in beroep heeft ontwikkeld (beide partijen concluderen in de van hen afkomstige stukken tot gegrondverklaring en terugwijzing naar de heffingsambtenaar) dermate eenvoudig is dat zij als ‘licht’ kwalificeert, ziet het Hof geen aanleiding af te wijken van het oordeel van de rechtbank hieromtrent. Dit is niet anders indien – gelijk belanghebbende betoogt – de heffingsambtenaar is verzocht om de kennelijke omissie van de rechtbank te herstellen (door vrijwillig de kosten van de zitting te betalen) en de heffingsambtenaar hier op terug zou komen, maar dit niet heeft gedaan.
3. Het hoger beroep is gegrond. Ook de procedure in hoger beroep kwalificeert als ‘licht’. Belanghebbende heeft recht op een kostenvergoeding zoals hiervoor onder “Beslissing” weergegeven.
De mondelinge uitspraak is gedaan door mr. F.J.P.M. Haas, lid van de zevende enkelvoudige belastingkamer, in tegenwoordigheid van mr. A.F.J.S. Molleman als griffier. De beslissing is op de datum van de mondelinge uitspraak in het openbaar uitgesproken. Hiervan is dit proces-verbaal opgemaakt.
Tegen deze uitspraak kunnen beide partijen binnen zes weken na de verzenddatum beroep in cassatie instellen bij
de Hoge Raad der Nederlanden via het webportaal van de Hoge Raad www.hogeraad.nl.
Bepaalde personen die niet worden vertegenwoordigd door een gemachtigde die beroepsmatig rechtsbijstand verleent, mogen per post beroep in cassatie instellen. Dit zijn natuurlijke personen en verenigingen waarvan de statuten niet zijn opgenomen in een notariële akte. Als zij geen gebruik willen maken van digitaal procederen kunnen deze personen het beroepschrift in cassatie sturen aan
de Hoge Raad der Nederlanden (belastingkamer), postbus 20303, 2500 EH Den Haag. Alle andere personen en gemachtigden die beroepsmatig rechtsbijstand verlenen, zijn in beginsel verplicht digitaal te procederen (zie www.hogeraad.nl).
Bij het instellen van beroep in cassatie moet het volgende in acht worden genomen:
1. bij het beroepschrift wordt een afschrift van deze uitspraak gevoegd;
2 - ( alleen bij procederen op papier) het beroepschrift moet ondertekend zijn;
3 - het beroepschrift moet ten minste het volgende vermelden:
a. de naam en het adres van de indiener;
b. de dagtekening;
c. een omschrijving van de uitspraak waartegen het beroep in cassatie is gericht;
d. de gronden van het beroep in cassatie.
Voor het instellen van beroep in cassatie is griffierecht verschuldigd. Na het instellen van beroep in cassatie ontvangt de indiener een nota griffierecht van de griffier van de Hoge Raad. In het cassatieberoepschrift kan de Hoge Raad verzocht worden om de wederpartij te veroordelen in de proceskosten.
Toelichting rechtsmiddelverwijzing
Per 15 april 2020 is digitaal procederen bij de Hoge Raad opengesteld. Niet-natuurlijke personen (daaronder begrepen publiekrechtelijke lichamen) en professionele gemachtigden zijn verplicht digitaal te procederen.
Wie niet verplicht is om digitaal te procederen, kan op vrijwillige basis digitaal procederen. Hieronder leest u hoe een cassatieberoepschrift wordt ingediend.
Digitaal procederen
Het webportaal van de Hoge Raad is toegankelijk via “Login Mijn Zaak Hoge Raad” op
www.hogeraad.nl. Informatie over de inlogmiddelen vindt u op
www.hogeraad.nl.
Niet in Nederland wonende of gevestigde partijen of professionele gemachtigden hebben in beginsel geen geschikt inlogmiddel en kunnen daarom niet inloggen in het webportaal. Zij kunnen zo lang zij niet over een geschikt inlogmiddel kunnen beschikken, per post procederen.