ECLI:NL:GHAMS:2021:891

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
31 maart 2021
Publicatiedatum
31 maart 2021
Zaaknummer
200.290.354/01 OK
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Ondernemingsrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Niet-ontvankelijkheid van verzoek tot enquêteprocedure in vennootschapsrechtelijke geschil

In deze zaak heeft de Ondernemingskamer van het Gerechtshof Amsterdam op 31 maart 2021 uitspraak gedaan in een verzoekschrift van Giovanni di Primavera B.V. tot het instellen van een enquêteprocedure tegen Betap Holding B.V. en aanverwante vennootschappen. Het verzoek was ingediend op 22 februari 2021 en had als doel een onderzoek te bevelen naar het beleid en de gang van zaken binnen de betrokken vennootschappen, alsook het schorsen van een bestuurder en het treffen van onmiddellijke voorzieningen. De verweerster, Betap Holding c.s., heeft op haar beurt verzocht om Giovanni niet-ontvankelijk te verklaren in haar verzoek.

De zitting vond plaats op 18 maart 2021, waar de advocaten van beide partijen hun standpunten toelichtten. Op 29 maart 2021 heeft Giovanni echter haar verzoek ingetrokken, wat leidde tot de vraag of deze intrekking gevolgen had voor de ontvankelijkheid van het verzoek. De Ondernemingskamer oordeelde dat een verzoek tot enquête kan worden ingetrokken zonder toestemming van de wederpartij, en dat de intrekking in dit geval leidde tot niet-ontvankelijkheid van Giovanni. De Ondernemingskamer heeft vastgesteld dat de urgentie van het verzoek was komen te vervallen door het overlijden van een van de belanghebbenden.

De beslissing houdt in dat Giovanni di Primavera B.V. niet-ontvankelijk wordt verklaard in haar verzoek en dat iedere partij zijn eigen proceskosten draagt. De Ondernemingskamer heeft de zaak in het openbaar uitgesproken, waarbij de voorzitter en de raadsheren de beschikking hebben ondertekend.

Uitspraak

beschikking
___________________________________________________________________
GERECHTSHOF AMSTERDAM
ONDERNEMINGSKAMER
zaaknummer: 200.290.354/01 OK
beschikking van de Ondernemingskamer van 31 maart 2021
inzake
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
GIOVANNI DI PRIMAVERA B.V.,
gevestigd te Genemuiden,
VERZOEKSTER,
advocaat:
mr. J. Verhoeven, kantoorhoudende te Alphen aan den Rijn,
t e g e n
1. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
BETAP HOLDING B.V.,
gevestigd te Genemuiden,
2. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
BETAP OPERATIONS B.V.,
gevestigd te Genemuiden,
3. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
BETAP EQUIPMENT B.V.,
gevestigd te Genemuiden,
4 de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
BETAP PROPERTY B.V.,
gevestigd te Genemuiden,
5 de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
SELECT-YARNS B.V.,
gevestigd te Genemuiden,
6. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
BETAP B.V.,
gevestigd te Genemuiden,
7. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
BETAP TUFTING B.V.,
gevestigd te Genemuiden,
8. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
BETAP NONWOVENS B.V.,
gevestigd te Genemuiden,
9. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
BETAP TUFTING ONROERENDE ZAAK B.V.,
gevestigd te Genemuiden,
10. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
BETAP ONROERENDE ZAAK B.V.,
gevestigd te Genemuiden,
11. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
SELECT-YARNS ONROERENDE ZAAK B.V.,
gevestigd te Genemuiden,
12. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
BETAP NONWOVENS ONROERENDE ZAAK B.V.,
gevestigd te Genemuiden,
VERWEERSTERS,
niet verschenen,
e n t e g e n
1. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
RORA B.V.,
gevestigd te Genemuiden,
2.
[A],
wonende te [....] ,
3. wijlen
[B],
bij leven wonende te [....] ,
4. de stichting
STICHTING ADMINISTRATIEKANTOOR BETAP,
gevestigd te Genemuiden,
BELANGHEBBENDEN,
advocaat:
mr. L.P. Quist, kantoorhoudende te Dordrecht,
5.
[C],
wonende te Genemuiden,
BELANGHEBBENDE,
advocaat:
mr. J. Verhoeven, kantoorhoudende te Alphen aan den Rijn.

1.Het verloop van het geding

1.1
In het vervolg zullen partijen (ook) als volgt worden aangeduid:
  • verzoekster met Giovanni;
  • verweerster sub 1 met Betap Holding;
  • verweersters sub 1 tot en met 12 met Betap Holding c.s.;
  • verweersters sub 2 tot en met 12 met Betap c.s.;
  • belanghebbende 1 met Rora;
  • belanghebbende 2 met [A] ;
  • belanghebbende 3 met [B] ;
  • belanghebbende 4 met de STAK;
  • belanghebbenden sub 1 tot en met 4 met Rora c.s.; en
1.2
Giovanni heeft bij verzoekschrift met producties van 22 februari 2021 de Ondernemingskamer verzocht, samengevat,
een onderzoek te bevelen naar het beleid en de gang van zaken van Betap Holding c.s.;
als onmiddellijke voorzieningen voor de duur van de procedure
a. [A] te schorsen als bestuurder van Betap Holding c.s. al dan niet met benoeming van een derde persoon tot bestuurder van Betap Holding c.s. althans een derde persoon te benoemen tot bestuurder van Betap Holding c.s. met de bepaling dat deze bestuurder een doorslaggevende stem heeft;
b. de door de STAK gehouden aandelen in Betap Holding over te dragen aan een door de Ondernemingskamer te benoemen beheerder althans de bevoegdheid van de algemene vergadering van aandeelhouders van Betap Holding om bestuurders te benoemen, te schorsen of te ontslaan op te schorten;
c. een andere voorziening te treffen die de Ondernemingskamer juist acht;
3. Betap Holding c.s. te veroordelen in de kosten van de procedure.
1.3
Rora c.s. hebben bij verweerschrift met producties van 5 maart 2021 de Ondernemingskamer verzocht Giovanni niet ontvankelijk te verklaren in haar verzoek dan wel dit verzoek af te wijzen en Giovanni te veroordelen in de kosten van de procedure, de nakosten daaronder begrepen.
1.4
Het verzoek is behandeld op de zitting van de Ondernemingskamer van 18 maart 2021. De advocaten hebben toen de standpunten van de verschillende partijen toegelicht aan de hand van overgelegde aantekeningen en onder overlegging van tevoren toegestuurde nadere producties. Partijen en hun advocaten hebben vragen van de Ondernemingskamer beantwoord en inlichtingen verstrekt. De Ondernemingskamer heeft ter zitting medegedeeld dat de producties van partijen die na afloop van de gestelde termijn die eindigde op 11 maart 2021 te 13:00 uur bij de Ondernemingskamer zijn binnengekomen buiten beschouwing worden gelaten, met uitzondering van productie 95 van Giovanni. Daarop heeft mr. Quist namens Rora c.s. de Ondernemingskamer verzocht terug te komen van haar beslissing om de producties van Rora c.s. die na afloop van de termijn zijn binnengekomen buiten beschouwing te laten. Mr. Quist heeft zich alsnog voor Betap Holding c.s. gesteld voor het geval dat de Ondernemingskamer oordeelt dat het verweer van Rora c.s. dat het verzoek van Giovanni niet aan de klachtplicht, zoals vervat in artikel 2:349 lid 1 BW, voldoet alleen aan de vennootschappen toekomt. Mr. Verhoeven heeft onder meer naar voren gebracht dat indien niet [A] , maar Rora thans bestuurder van Betap Holding is, het verzoek strekt tot schorsing van Rora als bestuurder. De voorzitter van de Ondernemingskamer heeft aan partijen medegedeeld dat de Ondernemingskamer er naar streeft uiterlijk op 29 maart 2021 uitspraak te doen.
1.5
Bij e-mail van 29 maart 2021 heeft mr. Verhoeven namens Giovanni de Ondernemingskamer bericht dat [B] op 28 maart 2021 is overleden en heeft hij verzocht de uitspraak van de Ondernemingskamer aan te houden in verband met te voeren overleg met mr. Quist. De secretaris van de Ondernemingskamer heeft daarop partijen bericht dat de uitspraak wordt aangehouden in afwachting van nader bericht van partijen. Diezelfde dag heeft mr. Quist namens zijn cliënten de Ondernemingskamer verzocht uitspraak te doen.
1.6
Bij e-mail aan de Ondernemingskamer van 30 maart 2021 heeft mr. Verhoeven namens Giovanni het verzoek bedoeld onder 1.2 ingetrokken. Daarop heeft de secretaris van de Ondernemingskamer mr. Quist in de gelegenheid gesteld zich uit te laten over de kosten van het geding.
1.7
Mr. Quist heeft namens zijn cliënten bij e-mail van 30 maart 2021 bezwaar gemaakt tegen de intrekking van het verzoek door Giovanni en de Ondernemingskamer verzocht daaraan voorbij te gaan en te beslissen op het oorspronkelijke verzoek, daarbij te bepalen dat het verzoek is gedaan op onredelijke gronden en Giovanni te veroordelen in de volledige proceskosten aan de zijde van Rora c.s.
1.8
Bij e-mail van 30 maart 2021 heeft mr. Verhoeven namens Giovanni gereageerd op het bericht van mr. Quist. De e-mail houdt onder meer in dat Giovanni de Ondernemingskamer verzoekt aan de door mr Quist geuite bezwaren voorbij te gaan en dat er geen grond bestaat om Giovanni te veroordelen in de werkelijke proceskosten.

2.De gronden van de beslissing

2.1
Giovanni heeft haar verzoek bedoeld onder 1.2 ingetrokken. Indien een enquêteverzoek wordt ingetrokken voordat daarop is beslist door de Ondernemingskamer, komt het, anders dan mr. Quist aanneemt, voor de beoordeling van de gevolgen van die intrekking niet aan op een afweging van belangen. Uitgangspunt is dat een enquêteverzoek door de verzoeker kan worden ingetrokken voordat daarop is beslist, zonder dat de verzoeker daartoe toestemming van de wederpartijen nodig heeft (zie artikel 283 Rv.). De intrekking leidt er in beginsel toe dat de verzoeker niet-ontvankelijk wordt verklaard in zijn verzoek. Dit kan uitzondering lijden indien die intrekking verband houdt met een onderwerp waarover een onderzoek wordt verzocht en met de intrekking wordt beoogd de beoordeling daarvan door de Ondernemingskamer – en daarmee een juiste werking van het enquêterecht – op onaanvaardbare wijze te doorkruisen (wat zich in het bijzonder kan voordoen indien de intrekking het gevolg is van een wijziging in de zeggenschap binnen verzoeker), maar die situatie doet zich hier niet voor. In het onderhavige geval houdt de intrekking verband met de omstandigheid dat voor Giovanni de urgentie van en het belang bij het verzoek en de gevraagde voorzieningen is komen te vervallen, als gevolg van het overlijden van [B] .
2.2
Dit betekent dat dit verzoek geen beoordeling en beslissing meer behoeft en dat Giovanni niet-ontvankelijk is in haar verzoek. Het standpunt van mr. Quist namens zijn cliënten. dat het intrekkingsverzoek van mr. Verhoeven strijdig zou zijn met de gedragsregels voor advocaten, maakt dit, zo al juist, niet anders.
2.3
Het verzoek van Rora c.s. om te bepalen dat het oorspronkelijke verzoek van Giovanni op onredelijke gronden is gedaan, is niet toewijsbaar. Aan het enquêteverzoek van Giovanni is ten grondslag gelegd dat het bestuur en de algemene vergadering als organen van Betap Holding niet meer naar behoren functioneren als gevolg van de ernstig verstoorde verhoudingen tussen partijen. De Ondernemingskamer is van oordeel dat dit inderdaad het geval is.
2.4
Gelet op de familieband tussen partijen ziet de Ondernemingskamer aanleiding te bepalen dat iedere partij de eigen proceskosten draagt.

3.De beslissing

De Ondernemingskamer:
verklaart Giovanni di Primavera B.V. niet-ontvankelijk in haar verzoek;
bepaalt dat iedere partij de eigen kosten draagt;
wijst het meer of anders verzochte af.
Deze beschikking is gegeven door mr. G.C. Makkink, voorzitter, mr. M.M.M. Tillema en mr. A.W.H. Vink, raadsheren, en drs. P.G. Boumeester en mr. drs. G. Boon RA, raden, in tegenwoordigheid van mr. M.A. Sterk, en mr. N.E.M. Keereweer, griffiers, en in het openbaar uitgesproken op 31 maart 2021.