ECLI:NL:GHAMS:2021:3959

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
17 december 2021
Publicatiedatum
19 december 2021
Zaaknummer
200.294.237/01OK
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Procedures
  • Beschikking
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Beschikking inzake onderzoeksbudget in enquêteprocedure van ondernemingen

In deze beschikking van de Ondernemingskamer van het Gerechtshof Amsterdam, gedateerd 17 december 2021, wordt het verzoek behandeld van de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid VANAK B.V. tegen de besloten vennootschap OG245 B.V. en Stadswaarde B.V. Het betreft een enquêteprocedure waarin eerder een onderzoek naar het beleid en de gang van zaken van OG245 B.V. was bevolen. De Ondernemingskamer verwijst naar eerdere beschikkingen van 30 augustus en 22 oktober 2021, waarin een onderzoeker was aangewezen en een begroting van de onderzoekskosten was gepresenteerd. De onderzoeker, mr. dr. M. Holtzer, heeft een plan van aanpak ingediend met een raming van de kosten van het onderzoek, die op € 75.000 is vastgesteld, exclusief omzetbelasting. Geen van de betrokken partijen heeft bezwaar gemaakt tegen deze begroting. De Ondernemingskamer oordeelt dat de begroting redelijk is en stelt het bedrag vast dat het onderzoek ten hoogste mag kosten. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad verklaard en is openbaar uitgesproken door mr. A.J. Wolfs.

Uitspraak

beschikking
___________________________________________________________________
GERECHTSHOF AMSTERDAM
ONDERNEMINGSKAMER
zaaknummer: 200.294.237/01 OK
beschikking van de Ondernemingskamer van 17 december 2021
inzake
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
VANAK B.V.,
gevestigd te Utrecht,
VERZOEKSTER,
advocaten:
mrs. S.W. Holtermanen
L.H.K. Peereboom-Bogers, beiden kantoorhoudende te Utrecht,
t e g e n
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
OG245 B.V.,
gevestigd te Bilthoven,
VERWEERSTER,
advocaten:
mrs. O.L.M. Heutsen
K.G.J.B. van Oosten, beiden kantoorhoudende te Amsterdam,
e n t e g e n
1. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
STADSWAARDE B.V.,
gevestigd te Amsterdam,
2. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
[A],
gevestigd te [....] ,
advocaten:
mrs. O.L.M. Heutsen
K.G.J.B. van Oosten, beiden kantoorhoudende te Amsterdam,

3 [B] ,

wonende te [....] ,
4.
[C],
wonende te [....] ,
beiden verschenen in persoon,
BELANGHEBBENDEN.

1.Het verloop van het geding

1.1
Voor het verloop van het geding verwijst de Ondernemingskamer naar haar eerdere beschikkingen van 30 augustus 2021 en de beschikking van 22 oktober 2021 in deze zaak.
1.2
Bij de beschikkingen van 30 augustus 2021 heeft de Ondernemingskamer – voor zover thans nog van belang – een onderzoek bevolen naar het beleid en de gang van zaken van OG245 B.V. over de periode vanaf 1 januari 2020, een nader aan te wijzen en aan partijen bekend te maken persoon benoemd teneinde het onderzoek te verrichten, alsmede – bij wijze van onmiddellijke voorziening en vooralsnog voor de duur van het geding – mr. drs. D.R. de Breij te Utrecht (verder: De Breij) als commissaris van OG245 B.V. aangewezen.
1.3
De Ondernemingskamer heeft op 18 oktober 2021 een e-mailbericht ontvangen van De Breij waarin, na overleg en met instemming van partijen, het verzoek wordt gedaan een onderzoeker aan te wijzen.
1.4
Bij beschikking van 22 oktober 2021 is mr. dr. M. Holtzer te Amsterdam (verder: de onderzoeker) als onderzoeker aangewezen zoals bedoeld in de eerste beschikking van 30 augustus 2021.
1.5
De onderzoeker heeft bij e-mail van 3 december 2021 een plan van aanpak met een begroting van de onderzoekskosten aan de Ondernemingskamer en (de advocaten van) partijen gezonden. De secretaris van de Ondernemingskamer heeft (de advocaten van) partijen vervolgens in de gelegenheid gesteld zich uit te laten over de begroting van de kosten.
1.6
Op 16 december 2021 heeft de Ondernemingskamer reacties ontvangen van mr. Van Oosten en mr. Peereboom-Bogers. Geen van partijen heeft commentaar op de begroting van de kosten van het onderzoek bedoeld in 1.5.

2.De gronden van de beslissing

2.1
De onderzoeker heeft het aantal uren dat het onderzoek in beslag zal nemen geraamd en opgave gedaan van zijn uurtarief (€ 400) en het uurtarief van zijn secretaris (€ 200). De onderzoeker begroot dat het onderzoek in totaal € 75.000, de verschuldigde omzetbelasting daarin niet begrepen, zal kosten.
2.2
Er zijn geen bezwaren aangevoerd tegen de begroting van de onderzoeker. De begroting van de te besteden tijd en de daaraan verbonden kosten komt de Ondernemingskamer niet onredelijk voor. De Ondernemingskamer zal derhalve het bedrag dat het onderzoek ten hoogste mag kosten vaststellen op € 75.000, de verschuldigde omzetbelasting daarin niet begrepen.

3.De beslissing

De Ondernemingskamer:
stelt het bedrag dat het onderzoek ten hoogste mag kosten vast op € 75.000, de verschuldigde omzetbelasting daarin niet begrepen.
verklaart deze beschikking uitvoerbaar bij voorraad.
Deze beschikking is gegeven door mr. A.W.H. Vink, voorzitter, mr. M.M.M. Tillema en mr. A.J. Wolfs, raadsheren, en mr. drs. G. Boon RA en mr. D. Koopmans, raden, in tegenwoordigheid van mr. N.E.M. Keereweer, griffier, en in het openbaar uitgesproken door mr. A.J. Wolfs op 17 december 2021.