ECLI:NL:GHAMS:2021:3847
Gerechtshof Amsterdam
- Raadkamer
- F.A. Hartsuiker
- V.M.A. Sinnige
- A.W.T. Klappe
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep tegen afwijzing verzoek om schadevergoeding na voorlopige hechtenis en zorgmachtiging
In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 7 december 2021 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen de beschikking van de rechtbank Amsterdam van 14 januari 2021. Het hoger beroep is ingesteld door de verzoeker, die in voorlopige hechtenis heeft gezeten en een verzoek heeft ingediend om schadevergoeding op grond van artikel 533 van het Wetboek van Strafvordering. De verzoeker stelt schade te hebben geleden als gevolg van zijn voorlopige hechtenis en de daaropvolgende zorgmachtiging, die door de rechtbank is afgegeven. De rechtbank had eerder het verzoek om schadevergoeding afgewezen, met de motivering dat de verzoeker was ontslagen van alle rechtsvervolging, maar dat er wel een zorgmachtiging was afgegeven die zijn vrijheid ontnam.
Het hof heeft de stukken van de strafzaak bestudeerd en de advocaat-generaal gehoord. De verzoeker en zijn advocaat zijn niet verschenen in de raadkamer. Het hof heeft vastgesteld dat de rechtbank terecht heeft geoordeeld dat er geen gronden van billijkheid zijn voor schadevergoeding, aangezien de verzoeker in voorlopige hechtenis zat vanwege zijn psychiatrische problematiek en de zorgmachtiging noodzakelijk was voor zijn behandeling. De rechtbank heeft geconcludeerd dat de verzoeker niet in een strafrechtelijk kader hoorde, maar dat de zorgmachtiging een passende maatregel was.
Het hof heeft de beslissing van de rechtbank bevestigd en het hoger beroep afgewezen. De beschikking is gegeven door de meervoudige raadkamer van het gerechtshof, waarbij de voorzitter de beschikking heeft ondertekend in afwezigheid van de griffier. De uitspraak is openbaar gedaan op 7 december 2021.