ECLI:NL:GHAMS:2021:3754

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
18 november 2021
Publicatiedatum
1 december 2021
Zaaknummer
200.301.440/01
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Hoger beroep kort geding
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Hoger beroep kort geding over medewerking aan overdracht onderhoudsovereenkomst privévliegtuig

In deze zaak vorderen Star Jet c.s. in kort geding dat Exxaero als operator meewerkt aan de overdracht van een onderhoudsovereenkomst voor een privévliegtuig aan de nieuwe eigenaar, Star Jet. De voorzieningenrechter in eerste aanleg heeft de vordering afgewezen, omdat niet voldoende was aangetoond dat Exxaero onrechtmatig handelde of zich ongerechtvaardigd verrijkte door geen medewerking te verlenen. Star Jet c.s. zijn in hoger beroep gegaan, waarbij zij aanvoeren dat Exxaero hen schade toebrengt door de overdracht te blokkeren. Het hof oordeelt dat Star Jet c.s. onvoldoende aannemelijk hebben gemaakt dat de bodemrechter hun vorderingen zal toewijzen. Het hof bekrachtigt het vonnis van de voorzieningenrechter en wijst de kosten van het geding in hoger beroep toe aan Exxaero.

Uitspraak

GERECHTSHOF AMSTERDAM

afdeling civiel recht en belastingrecht, team I
zaaknummer: 200.301.440/01 TURBO SKG
zaak- en rolnummer rechtbank Amsterdam: C/13/707404 / KG ZA 21-769
arrest van de meervoudige burgerlijke kamer van 18 november 2021
inzake
1. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
STAR JET AVIATION B.V.,
gevestigd te Blaricum,
2.
[appellant sub 2] ,
wonende te [woonplaats] ,
3. de rechtspersoon naar buitenlands recht
FAY AIR LIMITED,
gevestigd te Douglas, Isle of Man,
appellanten,
advocaat: mr. J.A.I. Verheul te Amsterdam,
tegen
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
EXXAERO INTERNATIONAL B.V.,
gevestigd te Amsterdam,
geïntimeerde,
advocaat: mr. T. Kressin te Arnhem.
Appellanten zullen hierna afzonderlijk Star Jet, [appellant sub 2] en Fay Air worden genoemd, en tezamen Star Jet c.s. Geïntimeerde zal Exxaero worden genoemd.

1.De zaak in het kort

Star Jet c.s. vorderen in dit kort geding dat Exxaero als operator/beheerder meewerkt aan de overdracht van een voor een privévliegtuig afgesloten onderhoudscontract (met een omvangrijk onderhoudssaldo) aan de nieuwe eigenaar van het vliegtuig (Star Jet) en de nieuwe operator (ASL). Centraal staat de vraag of Exxaero onrechtmatig jegens Star Jet c.s. handelt, zich schuldig maakt aan ongerechtvaardigde verrijking of aan misbruik van recht door geen medewerking te verlenen aan de overdracht van de onderhoudsovereenkomst. De voorzieningenrechter in eerste aanleg heeft deze vraag ontkennend beantwoord en de vordering afgewezen.

2.Het geding in hoger beroep

Star Jet c.s. zijn bij spoedappeldagvaarding van 18 oktober 2020 in hoger beroep gekomen van een vonnis in kort geding van de voorzieningenrechter in de rechtbank Amsterdam van 30 september 2021 onder het hierboven genoemde zaak- en rolnummer gewezen tussen Star Jet c.s. als eiseressen en Exxaero als gedaagde. De appeldagvaarding bevat de grieven. Daarbij zijn producties gevoegd.
Exxaero heeft daarna een memorie van antwoord, met producties, ingediend.
Partijen hebben hun standpunten ter zitting van 2 november 2021 doen toelichten, Star Jet c.s. door mr. Verheul voornoemd en mr. J.L.M. Wonders, advocaat te Amsterdam, aan de hand van pleitaantekeningen die zijn overgelegd, en Exxaero door mr. Kressin voornoemd, eveneens aan de hand van pleitaantekeningen die zijn overgelegd. Van de zijde van Star Jet c.s. zijn ter gelegenheid van de mondelinge behandeling nog nadere producties in het geding gebracht.
Ten slotte is arrest gevraagd.
Star Jet c.s. hebben geconcludeerd dat het hof het bestreden vonnis zal vernietigen en opnieuw rechtdoende – uitvoerbaar bij voorraad – alsnog:
( i) Exxaero:
  • a) zal gebieden om binnen 24 uur na betekening van het in dezen te wijzen arrest aan Star Jet te verstrekken een afschrift van een door de heer [A] ondertekend exemplaar van het Amendement als overgelegd als productie 5 bij de dagvaarding in kort geding in eerste aanleg van 21 september 2021; en
  • b) op de voet van artikel 611a lid 1 Rv zal veroordelen tot betaling van een geldsom aan Star Jet, dwangsom genaamd, van EUR 500.000 voor iedere dag (dagdeel daaronder begrepen) dat Exxaero niet of niet geheel of niet tijdig aan de hiervoor onder (i) (a) gevorderde hoofdveroordeling voldoet, met een maximum van EUR 6 miljoen;
(ii) zal bepalen dat verstrekking van het – hiervoor onder (i) (a) genoemde – ondertekende Amendement plaats dient te vinden per e-mail aan de navolgende e-mailadressen:
  • [e-mailadres 1] ; en
  • [e-mailadres 2] ; en
  • [e-mailadres 3]
(iii) Exxaero:
  • c) zal bevelen om al datgene te doen wat nodig is om tot een rechtsgeldige overname van de onderhoudsovereenkomst, althans overname van het onderhoudsprogramma aan Star Jet en/of ASL te komen, steeds zodanig dat het onderhoudssaldo volledig en onaangetast ten gunste van Star Jet en/of ASL zal blijven althans zal komen;
  • d) op de voet van artikel 611a lid 1 Rv zal veroordelen tot betaling van een geldsom aan Star Jet, dwangsom genaamd, van EUR 500.000 voor iedere dag (dagdeel daaronder begrepen) dat Exxaero niet of niet geheel of niet tijdig aan deze hoofdveroordeling voldoet, met een maximum van EUR 6 miljoen;
(iv) een en ander op basis van door het hof in goede justitie te bepalen voorwaarden waaraan Star Jet c.s. dienen te voldoen;
( v) Exxaero zal veroordelen tot terugbetaling van al hetgeen Star Jet c.s. uit hoofde van het vonnis in eerste aanleg aan Exxaero hebben voldaan, een en ander te vermeerderen met wettelijke rente vanaf de dag der voldoening door Star Jet c.s., tot aan de dag der algehele terugbetaling;
(vi) Exxaero zal veroordelen in de kosten van het geding in beide instanties, te vermeerderen met de nakosten en de wettelijke rente.
Exxaero heeft geconcludeerd tot bekrachtiging van het bestreden vonnis met – uitvoerbaar bij voorraad – hoofdelijke veroordeling van Star Jet c.s. in de kosten van de procedure in hoger beroep.

3.Feiten

3.1
De rechtbank heeft in het bestreden vonnis onder 2.1 tot en met 2.8 de feiten vastgesteld die zij tot uitgangspunt heeft genomen. Voor zover Star Jet c.s. zich met grief 1 tegen onjuistheden in deze feitenvaststelling richten, zal het hof daarbij in het hierna volgende rekening houden. De feiten zijn verder in hoger beroep niet in geschil. Deze zal het hof derhalve ook als vaststaand aannemen. Samengevat en waar nodig aangevuld met andere feiten die als enerzijds gesteld en anderzijds niet of onvoldoende betwist zijn komen vast te staan, komen de feiten neer op het volgende.
3.2
Fay Air was eigenares van een privéjet, een Cessna Citation 680. Exxaero was de operator en beheerder van dat vliegtuig.
3.3
Op 3 juli 2020 is tussen enerzijds Textron Aviation Inc. (Textron) en anderzijds Fay Air en Exxaero als "Customer" een overeenkomst gesloten voor het door Textron (doorlopend) verrichten van onderhoud aan de motoren van het vliegtuig (hierna: de onderhoudsovereenkomst). Op grond van deze onderhoudsovereenkomst factureerde Textron maandelijks aan Exxaero op basis van de door de motoren van het vliegtuig gedraaide uren tegen vaste tarieven per uur. Afhankelijk van overeengekomen specifieke elementen van het onderhoudsprogramma (ProParts, PowerAdvantage+ en AuxAdvantage) was het tarief USD 583,00 per uur voor PP met een minimum van 250 uren, USD 305,00 voor PA+ met een minimum van 50 uren en USD 86,00 voor AA met een minimum van 86 uren. Exxaero betaalde de facturen aan Textron, die de bedragen toevoegde aan het “onderhoudssaldo” en daarvan vervolgens de daadwerkelijke onderhoudskosten afschreef. Bij beëindiging van de onderhoudsovereenkomst heeft de customer onder omstandigheden aanspraak op een groot deel van het onderhoudssaldo. Wanneer de onderhoudsovereenkomst wordt overgedragen aan een derde ligt dat anders.
3.4
Op 4 maart 2021 hebben [appellant sub 2] en Exxaero een vaststellingsovereenkomst (hierna: VSO I) gesloten, waarin voor zover hier relevant als volgt wordt overwogen:
‘(C) Rondom de uitoefening van het beheer van het Vliegtuig is de praktijk ontstaan waarin de aandeelhouder van Fay Air (thans [appellant sub 2] , maar tot en met 30 december 2020 de heer [X] ), de netto kosten draagt voor de operatie van het vliegtuig (na aftrek van de opbrengsten). In de praktijk wordt hiervoor een gezamenlijke bankrekening aangehouden die van tijd-tot-tijd wordt aangezuiverd door de aandeelhouder en worden maandelijkse afrekeningen verstrekt door Exxaero.’
3.5
Fay Air heeft het vliegtuig op 16 april 2021 verkocht en geleverd aan Star Jet.
3.6
Star Jet c.s. hebben Air Service Liege N.V. (ASL) aangezocht om met ingang van 16 april 2021 Exxaero op te volgen als operator en beheerder van het vliegtuig. Zij hebben Exxaero verzocht een door Textron eind juni 2021 opgesteld formulier, getiteld “Amendment”, tot wijziging van de onderhoudsovereenkomst te ondertekenen (hierna: het Amendment). Het Amendment is op 14 september 2021 getekend namens Fay Air.
3.7
Exxaero is op 15 september 2021 gesommeerd om het Amendment te ondertekenen en mee te werken aan een overdracht van de onderhoudsovereenkomst aan Star Jet en/of ASL, waarbij het onderhoudssaldo van circa EUR 1,6 à 1,8 miljoen volledig mee zou gaan. Mr. Kressin heeft hierop namens Exxaero bij brief van 17 september 2021 afwijzend gereageerd.
3.8
Star Jet heeft het vliegtuig op 17 september 2021 verkocht aan een derde. In de desbetreffende koopovereenkomst is onder meer het volgende bepaald:
14.Condition at Delivery.At the Closing, Seller shall deliver the Aircraft to Purchaser in the in compliance with the following conditions (the “Delivery Conditions”):
(…)
(f) With the Engines enrolled on the PowerAdvantage+program, the APU shall be enrolled on the AuxAdvantage program, and the Airframe shall be enrolled on ProParts, and, at the time of the Closing, each such program shall be paid current by the Seller for all accumulated hours, cycles or calendar times, as appropriate, and shall have no open balances or deferments;’
3.9
Bij brief van 21 september 2021 heeft de vader van [appellant sub 2] ( [X] senior) aan Exxaero onder meer geschreven als volgt:
‘Ik ben overigens ook niet van mening dat Exxaero International B.V. enige verplichting zou hebben om aan de overdracht van onderhoudsprogramma’s mee te werken. Het is voor mij volstrekt onbegrijpelijk hoe deze eisende partijen menen enig recht te kunnen doen gelden op enige in die programma’s opgebouwde fondsen, nu deze fondsen, wat daar verder ook van zij, noch direct noch indirect door een van hen zijn opgebouwd en zij ook anderszins ook niet aan deze fondsen hebben bijgedragen.
Voor alle duidelijkheid: op basis van mijn overeenkomst met Exxaero International B.V. leidt een terugbetaling uit het Onderhoudsprogramma tot liquiditeit uit exploitatie waarop alleen ik aanspraak kan maken nu ik deze liquiditeit ook heb verschaft, als eigen persoonlijke contractuele verplichting jegens Exxaero en niet voor of namens Fay Air of enige andere partij en zodra de gelden door Exxaero zijn ontvangen zal ik staan op doorbetaling daarvan aan mij. Dat heb ik Exxaero ook duidelijk gemaakt.
3.1
Namens Textron heeft [B] per e-mailbericht van 29 oktober 2021 [C] , bedrijfsjurist van de zijde van Star Jet c.s., als volgt bericht:

I have been asked to pass on a message from our Program management team on the current program agreement.
As we move to November and with the ProAdvantage contract for 680-0326 having been suspended for many month now, Textron Aviation intends to provide a written notification terminating the contract in November per the terms of the contract, unless both parties provide an agreed upon Termination/Transfer form by end of business on November 5th, 2021.
If this is the case then there will be no efficiency bonus per the terms of the contract. We need an Agreed Termination/Transfer form signed by both parties to be eligible for any potential efficiency bonus per the terms of the contract.
I’m sorry that it has come to this. If you feel that the situation can be resolved with a little more time I am happy to push for an extension, but this is the stance that the legal team and the program management team have taken.’

4.Beoordeling

4.1
Star Jet c.s. vorderen in dit geding, kort gezegd, op straffe van dwangsommen, Exxaero te veroordelen om een afschrift te verstrekken van het namens haar ondertekende Amendment en om alles te doen wat nodig is om tot een rechtsgeldige overname van de onderhoudsovereenkomst, althans van het onderhoudsprogramma te komen, steeds zodanig dat het onderhoudssaldo volledig en onaangetast ten gunste van Star Jet en/of ASL zal blijven, althans zal komen.
4.2
Bij het bestreden vonnis heeft de voorzieningenrechter de gevraagde voorzieningen geweigerd. Daartoe heeft hij overwogen dat onvoldoende is komen vast te staan dat Exxaero niet meer was dan een doorgeefluik ten aanzien van de onderhoudsgelden en dat op voorhand niet kan worden gezegd dat zij door onder de gegeven omstandigheden niet zonder meer mee te werken aan overdracht van de onderhoudsovereenkomst, onrechtmatig handelt, dan wel zich ongerechtvaardigd verrijkt of misbruik maakt van recht. Tegen deze beslissing en de daaraan ten grondslag gelegde motivering komen Star Jet c.s. met hun grieven op.
4.3
Voor zover Star Jet c.s. met grief 1 klagen over de onvolledigheid van de door de voorzieningenrechter vastgestelde feiten, gaat het hof aan die klacht voorbij. Het is aan de rechter om de naar zijn oordeel voor zijn beslissing relevante feiten te selecteren. Hij is daarbij niet gehouden tot vaststelling van alle tussen partijen vaststaande feiten. Voor zover de door Star Jet c.s. in het kader van grief 1 genoemde feiten voor de beslissing van het hof relevant zijn, zijn zij ofwel hierboven onder de vaststaande feiten opgenomen, of zullen zij in het hiernavolgende worden besproken. Voor zover grief 1 zich richt tegen de beoordeling door de voorzieningenrechter en het dictum van het bestreden vonnis, zal het hof dit hieronder bespreken tezamen met de grieven 2 en 3, die zich tevens richten tegen de afwijzing van de gevraagde voorzieningen en de daaraan ten grondslag gelegde beoordeling.
4.4
Het hof stelt voorop dat voor beantwoording van de vraag of een in kort geding verlangde voorziening, hetzij na toewijzing daarvan hetzij na weigering daarvan door de voorzieningenrechter, in hoger beroep voor toewijzing in aanmerking komt, (zo nodig ambtshalve) beoordeeld dient te worden of de eisende partij (ook nog ten tijde van het arrest van het hof) bij die voorziening een spoedeisend belang heeft (vergelijk onder meer HR 31 mei 2002, ECLI:NL:HR:2002:AE3437 en HR 15 april 2016, ECLI:NL:HR:2016:661). De vraag of een eisende partij in kort geding voldoende spoedeisend belang heeft bij de gevraagde voorziening, dient beantwoord te worden aan de hand van een afweging van de belangen van partijen, beoordeeld naar de toestand ten tijde van de uitspraak (zie HR 29 november 2002, ECLI:NL:HR:2002:AE4553).
4.5
In lijn met het oordeel van de voorzieningenrechter is het hof van oordeel dat de zaak voldoende spoedeisend is, omdat het vliegtuig is verkocht aan een derde, maar dat Star Jet c.s. onvoldoende aannemelijk hebben gemaakt dat de gevorderde voorzieningen toewijsbaar zijn. Het hof motiveert dit als volgt.
4.6
Toewijzing van de gevraagde voorzieningen vergt dat voldoende aannemelijk is dat de bodemrechter als de zaak aan hem wordt voorgelegd tot het oordeel zal komen dat Exxaero tot de door Star Jet c.s. gevraagde medewerking is gehouden. Het oordeel hierover moet worden gebaseerd op de thans bekende feiten en omstandigheden zoals die ten tijde van de behandeling van deze kortgedingprocedure zijn gebleken. De vraag is of het in het licht van deze feiten en omstandigheden aannemelijk is dat de rechter in een bodemprocedure zal oordelen dat er een gedegen grondslag bestaat voor toewijzing van de vorderingen. Het ligt op de weg van Star Jet c.s. om die grondslag hard te maken en aldus te onderbouwen waarop zij de door hen gepretendeerde aanspraak op medewerking baseren. Dienaangaande overweegt het hof als volgt.
4.7
Gesteld noch gebleken is dat op Exxaero jegens Star Jet c.s. een contractuele verplichting tot medewerking rust. De tussen Exxaero en Star Jet c.s. gesloten (huur)overeenkomst met betrekking tot het vliegtuig is met VSO I beëindigd. In deze vaststellingsovereenkomst is geen bepaling opgenomen die de grondslag kan bieden voor de door Start Jet c.s. gepretendeerde medewerkingsverplichting van Exxaero.
4.8
Star Jet c.s. hebben als grondslagen voor hun vorderingen aangedragen dat Exxaero (i) onrechtmatig jegens hen handelt en/of (ii) zich schuldig maakt aan ongerechtvaardigde verrijking en/of (iii) misbruik maakt van recht door overname van de onderhoudsovereenkomst te blokkeren en aan te sturen op beëindiging daarvan, zodat zij zich een deel van het onderhoudssaldo kan toe-eigenen en zo kan bewerkstelligen dat dit saldo niet toekomt aan Star Jet als de eigenaar van het vliegtuig en/of aan ASL. Het hof zal deze drie grondslagen achtereenvolgens bespreken. Hierbij neemt het hof in aanmerking dat hij die jegens een ander verplicht is iets te geven, te doen of na te laten, daartoe door de rechter op grond van artikel 3:296 BW en op vordering van de gerechtigde, kan worden veroordeeld. Het hof begrijpt dat Star Jet c.s. dit artikel in samenhang met de artikelen 6:162, 6:212 en 3:13 BW als grondslagen voor hun vorderingen aanwijzen.
4.9
Bij de beoordeling neemt het hof de volgende feiten en omstandigheden in ogenschouw. Star Jet c.s. hebben weliswaar gesteld dat het overgrote deel van het onderhoudssaldo van Fay Air is, althans ten behoeve van Fay Air en Star Jet bijeen is gebracht, maar daar staat tegenover dat Exxaero in dit kort geding voldoende aannemelijk heeft gemaakt dat zij contractuele verplichtingen heeft jegens [X] senior ter zake van dit onderhoudssaldo. Exxaero heeft gemotiveerd gesteld en met stukken onderbouwd dat een groot deel van de stortingen ten behoeve van het onderhoudsdepot door [X] senior in persoon zijn gefinancierd en niet door Star Jet c.s. Tussen Exxaero en [X] senior zijn overeenkomsten gesloten met betrekking tot het beheer en de exploitatie van het vliegtuig. Ook uit de door Exxaero overgelegde stukken, waaronder de brief van [X] senior van 21 september 2021, blijkt genoegzaam van het bestaan van contractuele verplichtingen van Exxaero jegens [X] senior ter zake van het onderhoudssaldo. Wie precies welke legitieme belangen en aanspraken geldend kan maken ter zake van het onderhoudssaldo, is aldus voorshands niet voldoende inzichtelijk geworden. Daarmee zijn bewijsvragen aan de orde, die zich zonder nadere bewijslevering niet eenvoudig in het kader van deze kortgedingprocedure voor beantwoording lenen, terwijl die beantwoording wel van belang is voor het antwoord op de vraag of de door Star Jet c.s. gevraagde voorzieningen toewijsbaar zouden kunnen zijn.
4.1
Star Jet c.s. hebben naar het oordeel van het hof tevens onvoldoende feiten en omstandigheden gesteld die, indien bewezen, de conclusie kunnen dragen dat Exxaero onrechtmatig jegens hen handelt door niet zonder meer de van haar gevraagde medewerking te verlenen. In het licht van hetgeen hiervoor is overwogen, is voorshands niet aannemelijk geworden dat Exxaero de belangen van Star Jet c.s. op onaanvaardbare wijze schaadt en aldus anders handelt dan hetgeen volgens ongeschreven recht in het maatschappelijk verkeer betaamt. Wie precies welke legitieme belangen en aanspraken geldend kan maken ter zake van het onderhoudssaldo is immers voorshands niet voldoende inzichtelijk geworden. Dat Star Jet c.s. het risico lopen wanprestatie te plegen onder de door hen op 17 september 2021 gesloten koopovereenkomst en/of het risico lopen dat Textron de onderhoudsovereenkomst beëindigt, betekent nog niet dat zij van Exxaero mag verwachten dat zij hen daarvoor behoedt. Overigens heeft Textron weliswaar per e-mailbericht van 29 oktober 2021 aangekondigd dat zij overweegt de onderhoudsovereenkomst te beëindigen en dat er dan niets zal worden uitgekeerd, maar Exxaero heeft onder verwijzing naar sectie E1.1 van de onderhoudsovereenkomst daartegenover gesteld dat alvorens tot een beëindiging te kunnen komen Textron een sommatie zal moeten sturen en daarbij een hersteltermijn van 30 dagen zal dienen te geven.
4.11
De stellingen van Star Jet c.s. bieden voorts onvoldoende steun voor de gevolgtrekking dat sprake is van ongerechtvaardigde verrijking door Exxaero ten koste van Star Jet c.s. Voor de gestelde verrijking aan de zijde van Exxaero bestaat een rechtsgrond in de onderhoudsovereenkomst. Bovendien is de stelling van Star Jet c.s. dat zij zouden worden verarmd, voorshands niet voldoende aannemelijk geworden in het licht van de gemotiveerde stelling van Exxaero dat Star Jet c.s. door overdracht van het onderhoudssaldo om niet juist zouden worden verrijkt ten koste van de aanspraken van [X] senior en Exxaero.
4.12
Het hof volgt Star Jet c.s. evenmin in haar betoog dat Exxaero misbruik maakt van recht door niet mee te werken aan de door hen gewenste overname van de onderhoudsovereenkomst. Naar het oordeel van het hof kan voorshands niet worden geoordeeld dat Exxaero de overdracht blokkeert met geen ander doel dan Star Jet c.s. te schaden. Exxaero heeft erop gewezen dat zij valide eigen belangen heeft om haar medewerking aan overdracht om niet te weigeren. Als zij het Amendment tekent geeft zij een mogelijke aanspraak prijs en loopt zij het risico te worden aangesproken door [X] senior. Partijen hebben in de processtukken weliswaar over en weer voorstellen tot een minnelijke regeling gedaan, nu zij het standpunt delen dat het de voorkeur verdient afspraken te maken in beider belang, maar zij twisten over de voorwaarden van het te bereiken minnelijk akkoord en de waarborgen van een bankgarantie, en/of vrijwaring, en/of aanvaarding van aansprakelijkheid en/of initiatief tot het starten van een bodemprocedure. Tegen deze achtergrond kan niet worden geoordeeld dat Exxaero in redelijkheid niet tot het weigeren van haar medewerking kon komen.
4.13
Het voorgaande leidt tot de conclusie dat Star Jet c.s. onvoldoende hebben weten te onderbouwen aan welke geschreven of ongeschreven rechtsregel zij de door hen gepretendeerde aanspraken jegens Exxaero kunnen ontlenen. Hun stellingen dat zij in dit kort geding slechts afdwingen hetgeen in de praktijk gebruikelijk zou zijn en hetgeen geheel in lijn zou zijn met de beëindigde relatie met Exxaero, kan hierin geen verandering brengen. Dit nog daargelaten dat Exxaero hier tegenin heeft gebracht dat het gebruik dat het depot tezamen met het vliegtuig wordt overgedragen alleen toepasbaar is als het depot door de eigenaar is opgebouwd, hetgeen hier volgens Exxaero niet het geval is. Voor zover Star Jet c.s. het standpunt innemen dat de gevraagde voorzieningen ook kunnen worden gegeven op grond van een zuivere belangenafweging, zonder dat daarvoor een rechtsgrond aanwezig is, verwerpt het hof dat betoog mede gezien hetgeen verder in dit arrest is overwogen.
4.14
De grieven stuiten alle af op het voorgaande. Gelet op hetgeen hiervoor is overwogen is het onvoldoende aannemelijk geworden dat de bodemrechter, op basis van de feiten en omstandigheden zoals die in deze procedure zijn gebleken, de vorderingen zal toewijzen.
4.15
De slotsom is dat het vonnis waarvan beroep zal worden bekrachtigd. Star Jet c.s. zullen als in het ongelijk gestelde partij worden verwezen in de kosten van het geding in hoger beroep.

5.Beslissing

Het hof:
bekrachtigt het vonnis waarvan beroep;
veroordeelt Star Jet c.s. hoofdelijk in de kosten van het geding in hoger beroep, tot op heden aan de zijde van Exxaero begroot op EUR 772,- aan verschotten en op EUR 3.342,- voor salaris;
verklaart de veroordeling uitvoerbaar bij voorraad;
wijst af het meer of anders gevorderde.
Dit arrest is gewezen door mrs. M.M. Korsten-Krijnen, A.L.M. Keirse en A.R. Vlierhuis en in het openbaar uitgesproken door de voorzitter voornoemd op 18 november 2021.