ECLI:NL:GHAMS:2021:3628

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
31 maart 2021
Publicatiedatum
23 november 2021
Zaaknummer
23-001973-19
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vernietiging vonnis wegens rijden onder invloed van alcohol met geen strafoplegging

In deze zaak heeft het gerechtshof Amsterdam op 31 maart 2021 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Amsterdam. De verdachte, geboren in 1981 en thans gedetineerd in Detentiecentrum Schiphol, had hoger beroep ingesteld tegen een vonnis van 4 oktober 2013, waarin hij was veroordeeld voor rijden onder invloed van alcohol. De tenlastelegging betrof het rijden op 2 juli 2011 te Uithoorn, waarbij het alcoholgehalte in de adem van de verdachte 695 microgram per liter bleek te zijn, wat aanzienlijk boven de wettelijke limiet ligt.

Tijdens de zitting op 17 maart 2021 heeft de advocaat-generaal een geldboete van € 750 en een voorwaardelijke ontzegging van de rijbevoegdheid voor vier maanden geëist. Het hof heeft echter geconstateerd dat de verdachte niet eerder strafrechtelijk is veroordeeld en sinds het bewezenverklaarde feit geen nieuwe strafbare feiten heeft gepleegd. Gezien de ouderdom van het feit en de omstandigheden van de verdachte, heeft het hof besloten om geen straf op te leggen.

Het hof heeft het vonnis van de politierechter vernietigd en het bewezenverklaarde als strafbaar gekwalificeerd, maar heeft de verdachte vrijgesproken van de overige tenlastegelegde feiten. De beslissing om geen straf op te leggen is gebaseerd op de overweging dat bestraffing in dit geval geen doel meer dient, gezien de tijd die is verstreken sinds het feit en het feit dat de verdachte niet eerder in aanraking is gekomen met de strafrechter.

Uitspraak

afdeling strafrecht
parketnummer: 23-001973-19
datum uitspraak: 31 maart 2021
VERSTEK
Verkort arrest van het gerechtshof Amsterdam gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van de politierechter in de rechtbank Amsterdam van 4 oktober 2013 in de strafzaak onder parketnummer 96-165543-11 tegen
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] ([geboorteland]) op [geboortedag] 1981,
thans uit anderen hoofde gedetineerd in Detentiecentrum Schiphol HvB te Badhoevedorp.

Onderzoek van de zaak

Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting in hoger beroep van
17 maart 2021.
De verdachte heeft hoger beroep ingesteld tegen voormeld vonnis.
Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal, stekkende tot oplegging van een geldboete van € 750 en een voorwaardelijke ontzegging van de bevoegdheid om motorrijtuigen te besturen voor de duur van 4 maanden, met een proeftijd van 2 jaren.

Tenlastelegging

Aan de verdachte is tenlastegelegd dat:
hij op of omstreeks 2 juli 2011 te Uithoorn als bestuurder van een voertuig, (personenauto), dit voertuig heeft bestuurd, na zodanig gebruik van alcoholhoudende drank, dat het alcoholgehalte van zijn adem bij een onderzoek, als bedoeld in artikel 8, tweede lid, aanhef en onder a van de Wegenverkeerswet 1994, 695 microgram, in elk geval hoger dan 220 microgram, alcohol per liter uitgeademde lucht bleek te zijn.
Voor zover in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zal het hof deze verbeterd lezen. De verdachte wordt daardoor niet in de verdediging geschaad.

Vonnis waarvan beroep

Het vonnis waarvan beroep zal worden vernietigd, omdat daarvan slechts aantekening is gedaan ingevolge artikel 378a van het Wetboek van Strafvordering.

Bewezenverklaring

Het hof acht wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het tenlastegelegde heeft begaan, met dien verstande dat:
hij op 2 juli 2011 te Uithoorn als bestuurder van een voertuig (personenauto) dit voertuig heeft bestuurd na zodanig gebruik van alcoholhoudende drank dat het alcoholgehalte van zijn adem bij een onderzoek als bedoeld in artikel 8, tweede lid, aanhef en onder a van de Wegenverkeerswet 1994, 695 microgram alcohol per liter uitgeademde lucht bleek te zijn.
Hetgeen meer of anders is tenlastegelegd, is niet bewezen. De verdachte moet hiervan worden vrijgesproken.
Het bewezenverklaarde is gegrond op de feiten en omstandigheden die in de bewijsmiddelen zijn vervat, zoals deze na het eventueel instellen van beroep in cassatie zullen worden opgenomen in de op te maken aanvulling op dit arrest.

Strafbaarheid van het bewezenverklaarde

Geen omstandigheid is aannemelijk geworden die de strafbaarheid van het bewezenverklaarde uitsluit, zodat dit strafbaar is.
Het bewezenverklaarde levert op:
overtreding van artikel 8, tweede lid, onderdeel a van de Wegenverkeerswet 1994.

Strafbaarheid van de verdachte

Geen omstandigheid is aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de verdachte ten aanzien van het bewezenverklaarde uitsluit, zodat de verdachte strafbaar is.

Toepassing artikel 9a van het Wetboek van Strafrecht

De politierechter heeft de verdachte veroordeeld tot een geldboete van € 750,00 en een voorwaardelijke ontzegging van de rijbevoegdheid van vier maanden, met een proeftijd van twee jaren.
De advocaat-generaal heeft gevorderd dat de verdachte zal worden veroordeeld tot dezelfde straf als door de rechter in eerste aanleg opgelegd.
Het hof acht het raadzaam te bepalen dat geen straf of maatregel zal worden opgelegd. Het hof overweegt daartoe het volgende.
Deze zaak betreft een gedateerd feit van medio 2011. Eerst op 20 mei 2019 is de verdachte op de hoogte geraakt van het verstekvonnis van 4 oktober 2013. Blijkens een de verdachte betreffend uittreksel uit de Justitiële Documentatie van 11 maart 2021 is hij niet eerder strafrechtelijk veroordeeld en heeft hij zich ook sinds het bewezenverklaarde niet opnieuw schuldig gemaakt aan strafbare feiten. Dit brengt mee dat bestraffing van de verdachte redelijkerwijs geen met de strafrechttoepassing na te streven doel meer dient.

BESLISSING

Het hof:
Vernietigt het vonnis waarvan beroep en doet opnieuw recht:
Verklaart zoals hiervoor overwogen bewezen dat de verdachte het tenlastegelegde heeft begaan.
Verklaart niet bewezen hetgeen de verdachte meer of anders is tenlastegelegd dan hierboven is bewezenverklaard en spreekt de verdachte daarvan vrij.
Verklaart het bewezenverklaarde strafbaar, kwalificeert dit als hiervoor vermeld en verklaart de verdachte strafbaar.
Bepaalt dat ter zake van het bewezenverklaarde geen straf of maatregel wordt opgelegd.
Dit arrest is gewezen door de meervoudige strafkamer van het gerechtshof Amsterdam, waarin zitting hadden mr. N. van der Wijngaart, mr. H.M.J. Quaedvlieg en mr. A.C. Huisman, in tegenwoordigheid van mr. S.H.M. van Gennip, griffier, en is uitgesproken op de openbare terechtzitting van dit gerechtshof van 31 maart 2021.
mrs. N. van der Wijngaart en A.C. Huisman zijn buiten staat dit arrest te ondertekenen.
=========================================================================
[…]