ECLI:NL:GHAMS:2021:3455

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
2 november 2021
Publicatiedatum
12 november 2021
Zaaknummer
200.283.450/01 OK
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Ondernemingsrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Onderzoek naar beleid en gang van zaken van Golfcenter Holding B.V. en dochterondernemingen met onmiddellijke voorzieningen

In deze zaak heeft De Negentiende Hole B.V. op 21 september 2020 een verzoek ingediend bij de Ondernemingskamer van het Gerechtshof Amsterdam. Het verzoek betreft een onderzoek naar het beleid en de gang van zaken van Golfcenter Holding B.V. en haar dochterondernemingen, Rhoon Golfcenter B.V. en Golf & Fashion Rhoon B.V., over de periode vanaf 2012. De Negentiende Hole heeft gegronde redenen aangevoerd voor twijfel aan een juist beleid en een juiste gang van zaken, waaronder een forse rekening-courantvordering op de bestuurder van Golfcenter Holding, liquiditeitsproblemen, en onduidelijkheden in de jaarrekeningen. De Ondernemingskamer heeft de zaak behandeld op zittingen in november 2020 en september 2021, waarbij partijen hun standpunten hebben toegelicht. De Ondernemingskamer heeft vastgesteld dat er gegronde redenen zijn om te twijfelen aan het beleid van Golfcenter Holding en heeft besloten een onderzoek te bevelen. Tevens zijn er onmiddellijke voorzieningen getroffen, waaronder de benoeming van een derde als bestuurder van Golfcenter Holding en de overdracht van aandelen ten titel van beheer. De kosten van het onderzoek en de benoemde bestuurder komen voor rekening van Golfcenter Holding en haar dochterondernemingen. De beschikking is op 2 november 2021 uitgesproken.

Uitspraak

beschikking
___________________________________________________________________
GERECHTSHOF AMSTERDAM
ONDERNEMINGSKAMER
zaaknummer: 200.283.450/01 OK
beschikking van de Ondernemingskamer van 2 november 2021
inzake
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
DE NEGENTIENDE HOLE B.V.,
gevestigd te Poortugaal,
VERZOEKSTER,
advocaat:
mr. M. Breur, kantoorhoudende te Den Haag,
t e g e n
1. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
GOLFCENTER HOLDING B.V.,
gevestigd te Hendrik Ido Ambacht,
2. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
RHOON GOLFCENTER B.V.,
gevestigd te Albrandswaard,
3. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
GOLF & FASHION RHOON B.V.,
gevestigd te Rhoon,
4. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
DE RHOONSE B.V.,
gevestigd te Rhoon,
VERWEERSTERS,
advocaat:
mr. J.P.M. Borsboom, kantoorhoudende te Rotterdam,
e n t e g e n
1. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
GB GOLFEXPLOITATIES B.V.,
gevestigd te Hendrik Ido Ambacht,
2. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
[A] .,
gevestigd te [....] ,
3.
[C],
wonende te [....] ,
BELANGHEBBENDEN,
advocaat:
mr. J.P.M. Borsboom, kantoorhoudende te Rotterdam.
Hierna zullen partijen en andere (rechts)personen (ook) als volgt worden aangeduid:
  • verzoekster als De Negentiende Hole;
  • verweersters 1, 2 en 3 afzonderlijk als Golfcenter Holding, Rhoon Golfcenter en Golf & Fashion en gezamenlijk als Golfcenter Holding c.s.;
  • verweerster 4 als De Rhoonse;
  • belanghebbende 1 als GB Golfexploitaties;
  • belanghebbende 2 als [A] ;
  • belanghebbende 3 als [C] .

1.Het verloop van het geding

1.1
De Negentiende Hole heeft bij verzoekschrift van 21 september 2020 de Ondernemingskamer verzocht, samengevat,
een onderzoek te bevelen naar het beleid en de gang van zaken van Golfcenter Holding en (na intrekking van haar verzoek voor wat betreft De Rhoonse ter zitting van 26 november 2020) haar dochterondernemingen Rhoon Golfcenter en Golf & Fashion over de periode vanaf 2012;
als onmiddellijke voorzieningen voor de duur van de procedure
a. GB Golfexploitaties te schorsen als bestuurder van Golfcenter Holding;
b. een derde persoon, indien mogelijk de heer Bresser, te benoemen tot zelfstandig vertegenwoordigingsbevoegd bestuurder van Golfcenter Holding;
c. één door GB Golfexploitaties gehouden aandeel in Golfcenter Holding over te dragen aan een door de Ondernemingskamer te benoemen beheerder;
d. of een andere voorziening te treffen die de Ondernemingskamer juist acht;
3. Golfcenter Holding te veroordelen in de kosten van het onderzoek en de kosten van de procedure.
1.2
Verweersters en de belanghebbenden hebben bij verweerschrift van 4 november 2021 de Ondernemingskamer verzocht het verzoek van De Negentiende Hole af te wijzen en De Negentiende Hole te veroordelen in de kosten van de procedure.
1.3
Het verzoek is behandeld op de zitting van de Ondernemingskamer van 26 november 2020. De advocaten hebben toen de standpunten van de verschillende partijen toegelicht aan de hand van overgelegde aantekeningen en onder overlegging van eerder toegestuurde nadere producties. Partijen en hun advocaten hebben vragen van de Ondernemingskamer beantwoord en inlichtingen verstrekt. Mr. Breur heeft productie 21 ingetrokken. Partijen hebben de Ondernemingskamer ter zitting verzocht een mediator aan te wijzen teneinde hun geschil op een minnelijke wijze op te lossen en gedurende het mediationtraject een uitspraak op het verzoek van De Negentiende Hole aan te houden.
1.4
De Ondernemingskamer heeft bij brief van 30 november 2020 de naam van een mediator doorgegeven.
1.5
Bij e-mail van 25 april 2021 heeft mr. Breur aan de Ondernemingskamer gemeld dat partijen er niet in zijn geslaagd hun geschil op een minnelijke wijze op te lossen. Mr. Borsboom heeft dit bij e-mail van 30 april 2021 bevestigd aan de Ondernemingskamer.
1.6
De Negentiende Hole – daartoe door de Ondernemingskamer in de gelegenheid gesteld – heeft op 17 mei 2021 per e-mail een akte met bijlage ingediend.
1.7
Verweersters en de belanghebbenden – daartoe door de Ondernemingskamer eveneens in de gelegenheid gesteld – hebben op 10 juni 2021 per e-mail een akte met producties ingediend.
1.8
Het verzoek is behandeld op de zitting van de Ondernemingskamer van 23 september 2021. De advocaten hebben toen de standpunten van de verschillende partijen toegelicht aan de hand van overgelegde aantekeningen en onder overlegging van eerder toegestuurde nadere producties. Partijen en hun advocaten hebben vragen van de Ondernemingskamer beantwoord en inlichtingen verstrekt.

2.Inleiding en feiten

2.1
In deze zaak staat de gang van zaken rond de golfbaan in Rhoon centraal. Na privatisering in 2004 werden de golfvereniging, de bestuurder en de uitbaters van de golfshop en het restaurant de aandeelhouders van Golfcenter Holding. Door de jaren heen is de golfbeoefening onder druk komen te staan. Het ledental van de golfvereniging is sinds 2004 ongeveer gehalveerd, met nadelige gevolgen voor de inkomsten van Golfcenter Holding c.s. Op dit moment resteren als (indirecte) aandeelhouders alleen nog de uitbater van het restaurant en de bestuurder. De uitbater van het restaurant heeft grote twijfels bij het door de bestuurder gevoerde beleid en de administratie, onder meer omdat al jaren een zeer grote vordering op de (indirect) bestuurder bestaat waarop geen toelichting wordt verstrekt. De bestuurder stelt op zijn beurt er alles aan gedaan te hebben om de golfbaan in moeilijke tijden overeind te houden.
2.2
Golfcenter Holding is op 31 december 2003 opgericht. De Negentiende Hole en GB Golfexploitaties houden elk 50% van de aandelen in Golfcenter Holding. GB Golfexploitaties is sinds de oprichting de bestuurder van Golfcenter Holding.
2.3
[D] (hierna: [D] ) is enig aandeelhouder en bestuurder van De Negentiende Hole. [A] is houder van 60% van de aandelen en bestuurder van GB Golfexploitaties. [C] is enig aandeelhouder en bestuurder van [A] .
2.4
Golfcenter Holding is enig aandeelhouder en bestuurder van Rhoon Golfcenter, de vennootschap die de golfbaan exploiteert, en Golf & Fashion, de vennootschap die de golfwinkel exploiteert.
2.5
[C] is in loondienst bij Rhoon Golfcenter. Hij ontvangt naast een salaris van € 5.365 per maand ook een bonus ter grootte van een percentage van de sponsoropbrengsten boven een bepaald drempelbedrag, verminderd met de daarmee verband houdende kosten.
2.6
De Negentiende Hole is houdster van alle aandelen van Golfhuis de Nieuwe Polder B.V. (hierna: De Nieuwe Polder). In die vennootschap exploiteert zij een brasserie op de golfbaan. De Nieuwe Polder huurt de brasserie van Rhoon Golfcenter.
2.7
De golfbaan werd vanaf 1973 door de rechtsvoorganger van Natuur- en Recreatieschap IJsselmonde (“NRIJ”) geëxploiteerd. Na privatisering (op initiatief van [C] , toen werknemer bij NRIJ) zijn de activa verworven door Golfcenter Holding. De (al dan niet indirecte) aandeelhouders Van Golfcenter Holding waren toen Golfvereniging Oude Maas (de belangrijkste gebruiker van de golfbaan, hierna “de golfvereniging”), [E] (exploitant van de golfschool, driving range en golfshop), [D] (exploitant van de brasserie in het clubhuis) en [C] (sinds jaar en dag manager van de golfbaan). Ter financiering van de aankoop van de activa (€ 1.400.000 voor het erfpachtrecht op de grond en opstallen, € 500.000 aan roerende zaken en € 500.000 voor goodwill) hebben de vier aandeelhouders elk zowel € 25.000 als aandelenkapitaal gestort als € 200.000 als lening verstrekt. Daarnaast is een bankkrediet aangetrokken voor € 2.100.000.
2.8
Alle vier aandeelhouders hebben in de eerste jaren na hun acquisitie € 75.000 op hun lening terugbetaald gekregen.
2.9
In 2006 heeft de golfvereniging haar aandelen aan de andere drie aandeelhouders verkocht voor een totaalbedrag van € 225.000. Het nog openstaande bedrag van de geldlening is in de jaren nadien aan de golfvereniging terugbetaald.
2.1
In 2008 is besloten het baanonderhoud te professionaliseren door uitbesteding aan [K] Met deze vennootschap, die de machines en (drie) onderhoudsmedewerkers van Rhoon Golfcenter heeft overgenomen, werd een tienjarig onderhoudscontract gesloten.
2.11
In 2011 heeft de vennootschap van [E] haar aandelen in Golfcenter Holding aan de resterende twee aandeelhouders verkocht voor € 150.000 per aandeelhouder. In 2015 is die vennootschap ook met de exploitatie van de golfshop gestopt en heeft Golf & Fashion deze activiteiten overgenomen.
2.12
In de loop der jaren is de animo voor beoefening van de golfsport in verenigingsverband in Nederland afgenomen. Zo ook bij Rhoon Golfcenter, met dalende inkomsten als gevolg. [C] is daarom in 2012 in overleg getreden met [K] om het onderhoudscontract aan te passen, maar tevergeefs. In 2017 heeft [C] het contract opgezegd tegen ultimo 2018. In 2019 is uiteindelijk een regeling getroffen, inhoudende dat op de inmiddels ontstane betalingsachterstand van € 443.000 een totaalbedrag van € 205.000 in termijnen zou worden terugbetaald. Tegelijkertijd is een onderhoudscontract met een nieuwe partij gesloten. Daardoor zijn de onderhoudskosten verlaagd van € 395.000 per jaar naar € 280.000 per jaar; bovendien is voor het eerste jaar een korting van € 100.000 ontvangen.
2.13
In 2015 heeft [C] NRIJ benaderd om een lagere erfpacht te bewerkstelligen. Dat overleg heeft erin geresulteerd dat de erfpacht met terugwerkende kracht tot 1 januari 2014 is teruggebracht van circa € 180.000 naar € 126.000 en dat de achterstallige schuld over 2014 en 2015 (inmiddels ongeveer € 165.000) in tien jaarlijkse termijnen met rente kon worden terugbetaald.
2.14
Vanaf 2016 heeft De Nieuwe Polder de betaling van de verschuldigde huur van ongeveer € 5.500 per maand grotendeels gestaakt. Inmiddels bedraagt de huurachterstand ongeveer € 175.000.
2.15
De (concept-)jaarrekeningen van Golfcenter Holding vermelden een rekening-courantvordering op [A] ; in 2016 bedroeg deze (na verrekening van bonussen) € 151.701 en in 2019 € 132.509.
2.16
Per e-mail van 11 december 2019 heeft De Negentiende Hole een aandeelhoudersvergadering bijeengeroepen. Doel was om de (concept-)jaarrekeningen 2017 en 2018 en een aantal vragen te bespreken, waaronder “Afwikkeling RC cq priveopnames”. [C] heeft daarop positief gereageerd en laten weten ook een punt te willen inbrengen, namelijk “pacht contractant brasserie de Rhoonse Polder”.
2.17
Op 6 februari 2020 vond de aandeelhoudersvergadering plaats. In een schriftelijk verslag staat onder meer:
“▪ Afwikkeling RC cq priveopnames
[ [C] ]
en [F][OK: [F] , adviseur van [C] ]
lichten toe dat deze RC positie in de loop der tijd is ontstaan. Onduidelijk is in hoeverre deze posten een zakelijk dan wel een privékarakter hebben. Afgesproken wordt dat [G][OK: [G] , adviseur van [D] ]
inzichtelijk zal trachten te maken wat de aard van deze posten is. Hij zal hiertoe een afspraak maken met Flynth en[ [C] ].
[H][OK: [H] , adviseur van [D] ]
vraagt om een memo op grond waarvan de bonussen in de jaarrekening kunnen worden verrekend met deze RC positie (vanwege sfeerverschil dividendbelasting vs. IB box 1). [ [C] ]
en/of [F] vragen dit memo op bij Flynth.
▪ Pachtschuld
[ [D] ]
en [G] bevestigen dat er sprake is van een betalingsachterstand ter zake van de pacht door Golfhuis de Nieuwe Polder B.V. Daarnaast is sprake van openstaande vorderingen inzake bestedingen in de horeca door het management van[Golfcenter Holding].
Voorstel is om deze posten te verrekenen en vervolgens met een voorstel te komen voor afwikkeling van het resterende openstaande saldo. [G] zal dit voorstel in concept opstellen.
▪ Jaarrekening 2017
Zodra duidelijkheid bestaat over voorgaande punten kan de jaarrekening 2017 door de AvA worden vastgesteld.
▪ Jaarrekening 2018
[ [C] ]
zal in overleg treden met accountant Flynth om te verzoeken de jaarrekening 2018 vóór 1 april 2020 af te ronden. Zodra duidelijkheid is over de beschikbaarheid van de jaarrekening zal een AvA worden gepland.”
2.18
De Negentiende Hole heeft bij brief van 29 mei 2020 haar bezwaren tegen het beleid en de gang van zaken van Golfcenter Holding kenbaar gemaakt.
2.19
Op 17 juli 2020 heeft wederom een aandeelhoudersvergadering plaatsgevonden. Daarvoor waren onder meer geagendeerd voorstellen tot ontslag van GB Golfexploitatie als bestuurder, tot benoeming van een ander tot bestuurder, tot vaststelling van de jaarrekeningen 2017 en 2018 en tot emissie van aandelen tot een bedrag van € 200.000. Deze voorstellen zijn niet aangenomen.
2.2
Op 30 april 2021 heeft [I] van Lion Finance een “Tussentijds rapport van bevindingen persoonsgericht onderzoek” uitgebracht (hierna: het [I] -onderzoek). Dat rapport vermeldt onder meer:
Wij hebben, in opdracht van[De Negentiende Hole]
en in overleg met beide aandeelhouders van[Golfcenter Holding]
een persoonsgericht onderzoek verricht met betrekking tot de verantwoorde omzet en kosten van[Rhoon Golfcenter]
en[Golf & Fashion]
. De opdracht (…) heeft als doel inzicht te verschaffen in de administratie, met name in de zakelijkheid van gemaakte kosten en de rondrekening van de omzet van beide vennootschappen
(…)
4. Tussentijdse samenvatting en conclusie
(…) Het beeld dat uit het onderzoek naar voren komt is dat de interne beheersing op dit moment duidelijk ‘below par’ is.
(…)
Een rondrekening van de omzet over 2019 door aansluiting van de ledenlijsten van de club en geldende tarieven en de omzetverantwoording in de administratie levert significante verschillen op (…) Deze verschillen zijn niet verklaard. Mogelijk lekt hier dus omzet weg.
De aansluiting van de sponsorlijst 2019 uit het business magazine met de facturen in de administratie levert een aanzienlijk aantal verschillen op.
(…)
Ten aanzien van de juistheid van de kosten valt op dat van de 122 opgevraagde facturen er slechts 42 (ruim 34%) zijn ontvangen.
(…)
Analyse van de kosten (en waar mogelijk de facturen) en de verklaringen van de bestuurder-directeur maakt duidelijk dat een deel van de zakelijk verantwoorde kosten privé-uitgaven betreft. Dit gaat verder dan een diner of lunch met een semi-privé karakter. Onder andere kleding, een bril en zelfs een fiets zijn als zakelijke kosten opgevoerd. Daarnaast is geen aanvullende informatie ontvangen betreffende de bestemming van relatiegeschenken, drank en diverse restaurantbezoeken, wat maakt dat de zakelijkheid van deze kosten onduidelijk is en daarmee mogelijk niet zakelijk. (…)

3.De gronden van de beslissing

3.1
De Negentiende Hole heeft aan haar verzoek ten grondslag gelegd dat er gegronde redenen zijn voor twijfel aan een juist beleid en een juiste gang van zaken van Golfcenter Holding c.s. en dat de toestand van de vennootschappen nodig maakt dat onmiddellijke voorzieningen worden getroffen. Als toelichting heeft De Negentiende Hole – samengevat – het volgende naar voren gebracht:
Golfcenter Holding staat er op papier beter voor dan in werkelijkheid het geval is. Zo is er al jaren een zeer forse rekening-courantvordering op [A] (de bestuurder van de bestuurder) waarover geen inzage wordt verschaft, is er een fors liquiditeitsprobleem, worden leningen aan aandeelhouders niet terugbetaald en blijken er onduidelijke pensioentoezeggingen te zijn gedaan waarvoor niet wordt gereserveerd;
jaarrekeningen worden niet, niet tijdig dan wel onjuist vastgesteld en gedeponeerd;
de informatieplicht aan De Negentiende Hole wordt niet nageleefd;
er is een vertrouwensbreuk met de bestuurder en een patstelling in de algemene vergadering ontstaan;
in plannen voor (kosten van) groot onderhoud wordt niet voorzien.
3.2
Verweersters en belanghebbenden hebben gemotiveerd verweer gevoerd. De Ondernemingskamer zal dit verweer voor zover nodig hierna beoordelen.
3.3
De Ondernemingskamer is van oordeel dat er gegronde redenen zijn om te twijfelen aan een juist beleid en een juiste gang van zaken bij Golfcenter Holding c.s. en legt hierna uit waarom.
a.
financiële positie Golfcenter Holding – rekeningcourantverhouding
3.4
GB Golfexploitaties heeft allereerst niet verklaard waarom een rekeningcourantverhouding bestaat tussen Golfcenter Holding en [A] (de bestuurder van GB Golfexploitaties). Over de vraag of de rekeningcourantvordering vaststond en hoe de onderliggende posten moeten worden geduid heeft GB Golfexploitaties geruime tijd (volgens De Negentiende Hole: al sinds 2017) het standpunt ingenomen dat deze kosten ten onrechte in rekeningcourant waren geboekt omdat dit zakelijke kosten zouden betreffen. Vervolgens is tijdens de eerste zitting bij de Ondernemingskamer (zonder inhoudelijke motivering) namens verweersters en belanghebbenden opgemerkt dat de rekeningcourantvordering op [A] als vaststaand mocht worden beschouwd, welk standpunt tijdens de voortgezette zitting is herhaald. Daarmee is de vraag wat de grondslag is van de desbetreffende rekeningcourantvordering en hoe die is opgebouwd echter niet beantwoord; hetzelfde geldt voor de vraag of de administratie van Golfcenter Holding c.s. en de daarop gebaseerde (concept)jaarrekeningen in zoverre een betrouwbaar beeld schetsen. Zo heeft De Negentiende Hole terecht vraagtekens geplaatst bij de juistheid van de verrekening van de rekeningcourantvorderingen van Golfcenter Holding op [A] met bonussen waarop [C] persoonlijk aanspraak heeft op grond van zijn arbeidsovereenkomst met Rhoon Golfcenter. Nog daargelaten dat de voor verrekening vereiste wederkerigheid van schuldeiser en schuldenaar ontbreekt, betreft het bonusbedrag een brutobedrag waarover inkomstenbelasting verschuldigd is, die door Rhoon Golfcenter moet worden ingehouden. Nu kennelijk bruto bedragen zijn verrekend is onvoldoende duidelijk of (en zo ja, hoe) de afwikkeling daarvan fiscaal correct plaatsvindt. Evenmin is jegens De Negentiende Hole transparantie betracht over de vraag, hoe de afgelopen jaren het bedrag van de bonussen is berekend.
a.
financiële positie Golfcenter Holding – administratie
3.5
Daar komt nog het volgende bij. Naar aanleiding van de toezegging van [C] tijdens de eerste zitting dat De Negentiende Hole volledig onderzoek naar de administratie mocht doen, heeft het [I] -onderzoek plaatsgevonden. Daaruit volgt dat de administratie van Golfcenter Holding c.s. ‘below par’ is, waarmee [I] – kennelijk geen golfer – ondermaats bedoelt. Zo heeft [I] onder meer geconcludeerd dat, naast de rekeningcourantvordering, vanaf 2012 voor een totaalbedrag van € 39.578,70 uitgaven zijn gedaan die een duidelijk privékarakter hebben. In de conclusie noemt hij onder andere kleding, een bril en een fiets. Voor een bedrag van € 81.495,11 luidde de conclusie “onduidelijk”; mogelijk is een belangrijk deel van de kosten zakelijk, maar zonder factuur – die kennelijk ontbreekt – heeft [I] dat niet definitief kunnen vaststellen. Verweersters en belanghebbenden hebben deze conclusies van [I] gemotiveerd bestreden. Hoewel denkbaar is dat de uitleg van [C] tot andere conclusies noopt dan [I] heeft getrokken, heeft zijn uitleg de opgeworpen twijfel over de juistheid van de verantwoording van kosten in de administratie van Golfcenter Holding c.s. anderzijds niet volledig weggenomen. In dat verband is tekenend dat [I] klaagt over de informatieverstrekking door [C] , die minst genomen traag en moeizaam verliep en waarbij veel informatie (bijvoorbeeld facturen) uiteindelijk niet werd verkregen.
3.6
Een ander voorbeeld betreft de conclusie van [I] dat uit een rondrekening van de omzet 2019 een tekort van bijna € 170.000 volgt. Dat tekort wordt in belangrijke mate veroorzaakt door het onderdeel clubabonnementen: een begroting van de te verwachten omzet op basis van gegevens inzake de ledenadministratie leidt tot een onverklaard verschil van € 120.939,60 tussen de theoretische (€ 529.449,54) en geboekte omzet (€ 408.509,94). De Negentiende Hole suggereert dat een deel van de werkelijke omzet buiten de boeken blijft. Zij heeft aangevoerd dat verschillende leden hebben laten weten 21% korting te krijgen als zij contant betalen. Volgens verweersters en belanghebbenden was de ledenlijst die [I] heeft gebruikt niet actueel en bevatte deze 61 namen die daarop niet thuishoorden. Verder hebben zij benadrukt dat er inmiddels een online reserveringssysteem voor boekingen in gebruik is genomen, dat wordt gekoppeld aan het boekhoudprogramma. Daardoor zal een belangrijk deel van de transacties systematisch worden vastgelegd. Ook indien in de toekomst zaken wel goed worden geadministreerd, laat dat echter onverlet dat dat in het verleden gebrekkig lijkt te zijn geweest.
a.
financiële positie Golfcenter Holding – aandeelhoudersleningen
3.7
Over de klacht dat de aandeelhoudersleningen (zie 2.7) nog niet zijn terugbetaald hebben verweersters en belanghebbenden opgemerkt dat die leningen zijn achtergesteld bij de bankleningen en feitelijk zijn achtergesteld bij alle concurrente crediteuren. Gelet op de financiële positie van de vennootschap was terugbetaling niet aan de orde. Daarmee is deze klacht voldoende geadresseerd.
3.8
Verweersters en belanghebbenden hebben daarnaast echter erop gewezen dat De Negentiende Hole haar lening aan Golfcenter Holding de facto (maar tevergeefs) tracht te verrekenen door opschorting van de door De Nieuwe Polder aan Rhoon Golfcenter verschuldigde huurpenningen. Waarom Golfcenter Holding ter vermindering van haar liquiditeitsproblemen wel (zij het tevergeefs) heeft gepoogd extra aandelen uit te geven, maar niet heeft aangedrongen op betaling van het uitstaande bedrag aan verschuldigde huur door De Negentiende Hole en evenmin op vermindering van de rekeningcourantschuld van [A] , acht de Ondernemingskamer niet goed begrijpelijk.
a.
financiële positie Golfcenter Holding – pensioenverplichtingen
3.9
De vermelding in de jaarstukken van het bestaan van pensioenverplichtingen betreft de enige twee werknemers van Rhoon Golfcenter: [C] en de administratrice, [J] . Daarover hebben verweersters en belanghebbenden toegelicht dat [C] en [J] er in 2013 mee akkoord zijn gegaan dat de voor hen verschuldigde pensioenpremie niet werd betaald, omdat er eenvoudigweg geen geld voor was. Zodra er voldoende liquiditeit is dient die verplichting wel alsnog, met terugwerkende kracht, te worden nagekomen. Het gaat hier om een jaarlijks bedrag van ongeveer € 25.000 voor [C] en [J] gezamenlijk. Met deze uitleg is op zichzelf voldoende opheldering verschaft over de aard en omvang van de pensioenverplichting. Dat de vennootschap gebruik heeft gemaakt van de door [J] (al 25 jaar een zeer loyale medewerkster) getoonde bereidheid om betaling van haar pensioenpremie jarenlang op te schorten roept echter grote vraagtekens op, hetgeen bijdraagt aan gegronde redenen voor twijfel aan een juist beleid en een juiste gang van zaken. Daarbij merkt de Ondernemingskamer op dat de pensioenpremie in omvang relatief bescheiden is terwijl door [C] wel substantiële uitgaven zijn gedaan voor onder meer restaurantbezoek. Bij brief van 21 mei 2021 heeft [J] overigens laten weten aanspraak te maken op onmiddellijke hervatting van de betaling van haar pensioenpremie, met een tegemoetkoming voor de afgelopen 8 jaar waarin zij geen pensioen heeft opgebouwd.
b, d. jaarrekeningen, patstelling
3.1
Vooral als gevolg van de onduidelijkheid over de juistheid van de rekeningcourantvordering op [A] die GB Golfexploitaties lang heeft laten bestaan, zijn de concept-jaarrekeningen over 2017 tot en met 2019 nog niet vastgesteld. Met het [I] -onderzoek zijn bovendien nieuwe vraagpunten opgekomen over de juistheid en volledigheid van de administratie, hetgeen zijn weerslag heeft op de vaststelling van de jaarrekeningen. Door de tegengestelde standpunten die De Negentiende Hole en GB Golfexploitaties over die vraagpunten innemen is een patstelling ontstaan in de algemene vergadering. Ook het vertrouwen van De Negentiende Hole in het door GB Golfexploitaties gevoerde bestuur is tot een dieptepunt gedaald. Dat alles levert gegronde redenen op voor twijfel aan een juist beleid en een juiste gang van zaken.
c. transparantieverplichting
3.11
[C] erkend dat bij het oplossen van de problemen waarmee de golfbaan jarenlang werd geconfronteerd, de administratie niet zijn prioriteit had. Hij heeft zich de afgelopen jaren vooral (en ook succesvol) gericht op het verminderen van belangrijke kostenposten en het aantrekken van nieuwe (business)leden. Hoewel die inzet valt te prijzen, is twijfelachtig of GB Golfexploitaties als bestuurder ook voldoende voortvarendheid heeft betracht bij het verbeteren van de (inrichting van de) administratieve processen. Evenzeer is het de vraag of jegens De Negentiende Hole voldoende transparantie is betracht over de (financiële) gang van zaken binnen Golfcenter Holding c.s. Daartoe was GB Golfexploitaties, enig bestuurder en medeaandeelhouder, wel verplicht. Hoewel de Ondernemingskamer niet heeft kunnen vaststellen dat De Negentiende Hole eerder dan in 2019 op informatieverstrekking heeft aangedrongen (voor haar andersluidende stelling is althans geen onderbouwing aangetroffen), zijn de concrete vragen die zij sedert de aandeelhoudersvergadering van 6 februari 2020 is gaan stellen, pas recentelijk (en ook nog maar gedeeltelijk) beantwoord.
e. onderhoud: geen gegronde reden
3.12
De Negentiende Hole heeft erover geklaagd dat een meerjarenonderhoudsplan, waaruit volgt welke onderhoudskosten worden voorzien, ontbrak en dat in de aandeelhoudersvergadering van 17 juli 2020 bleek dat er onverwachte onderhoudskosten waren. Die kosten betroffen volgens verweersters en belanghebbenden het gevolg van een onverwachte aanschrijving van NRIJ om een veertigtal bomen te kappen. Volgens verweersters en belanghebbenden zijn verder de hoge kosten voor vervanging van de regeninstallatie en die van het onderhoud van sloten en plassen uit kostenoverwegingen zo lang mogelijk uitgesteld. Inmiddels is er, na overleg met de golfvereniging (de belangrijkste gebruiker), een plan van aanpak gemaakt en heeft de golfvereniging zich bovendien gecommitteerd om zelf een deel van de onderhoudskosten te financieren. De Negentiende Hole heeft een en ander niet meer bestreden. Bij die stand van zaken acht de Ondernemingskamer op dit punt onvoldoende redenen aanwezig om aan een juist beleid te twijfelen.
slotsom
3.13
Uit hetgeen hiervoor is overwogen volgt dat gegronde redenen bestaan te twijfelen aan een juist beleid en een juiste gang van zaken van Golfcenter Holding c.s. Deze gegronde redenen rechtvaardigen een onderzoek. De Ondernemingskamer zal een onderzoek gelasten naar het beleid en de gang van zaken van Golfcenter Holding c.s. met ingang van 2012, het jaar waarin de rekeningcourantvordering op [A] is ontstaan.
onmiddellijke voorzieningen
3.14
De Ondernemingskamer acht het met het oog op de toestand van Golfcenter Holding c.s. noodzakelijk om als onmiddellijke voorziening een derde als bestuurder van Golfcenter Holding te benoemen aan wie in het bestuur van Golfcenter Holding, voor zover nodig in afwijking van de statuten, een doorslaggevende stem toekomt – wat betekent dat bij het staken van de stemmen de stem van de door de Ondernemingskamer benoemde bestuurder de doorslag geeft – en die zelfstandig bevoegd is Golfcenter Holding te vertegenwoordigen en zonder wie Golfcenter Holding niet vertegenwoordigd kan worden. Ook acht de Ondernemingskamer het noodzakelijk om één door GB Golfexploitaties gehouden aandeel en één door De Negentiende Hole gehouden aandeel in Golfcenter Holding ten titel van beheer over te dragen aan een door de Ondernemingskamer te benoemen beheerder.
3.15
De te benoemen bestuurder mag het ook tot zijn of haar taak rekenen te bezien of een minnelijke regeling tussen partijen kan worden bereikt.
3.16
De Ondernemingskamer zal de kosten van het onderzoek en de te benoemen bestuurder en beheerder voor rekening brengen van Golfcenter Holding c.s.
3.17
De Ondernemingskamer zal de aanwijzing van een onderzoeker voorlopig aanhouden om te bezien of al door de te treffen onmiddellijke voorzieningen een oplossing van het geschil kan worden bereikt. Ieder van partijen of de door de Ondernemingskamer benoemde bestuurder en beheerder kan op elk moment de Ondernemingskamer verzoeken de onderzoeker aan te wijzen. Voor het geval het komt tot aanwijzing van een onderzoeker, zal de Ondernemingskamer de onderzoeker vragen om binnen zes weken een plan van aanpak en een begroting van de kosten van het onderzoek te maken en deze aan de Ondernemingskamer toe te sturen. De Ondernemingskamer zal partijen in dat geval in de gelegenheid stellen zich uit te laten over die begroting en vervolgens het onderzoeksbudget vaststellen.
3.18
Voor het treffen van meer of andere onmiddellijke voorzieningen is naar het oordeel van de Ondernemingskamer geen grond.
3.19
De Ondernemingskamer zal Golfcenter Holding c.s. en belanghebbenden als de overwegend in het ongelijk gestelde partijen – veroordelen in de kosten van de procedure.

4.De beslissing

De Ondernemingskamer:
beveelt een onderzoek naar het beleid en de gang van zaken van Golfcenter Holding B.V., Rhoon Golfcenter B.V. en Golf & Fashion Rhoon B.V. over de periode vanaf 2012, zoals omschreven in rechtsoverweging 3.13 van deze beschikking;
benoemt een nader aan te wijzen en aan partijen bekend te maken persoon om het onderzoek te verrichten;
houdt in verband met het bepaalde in 3.17 de vaststelling van het onderzoeksbudget aan en verzoekt de onderzoeker binnen zes weken na de beschikking waarbij hij/zij als onderzoeker wordt aangewezen een plan van aanpak en een begroting van de kosten van het onderzoek te maken en deze aan de Ondernemingskamer toe te sturen;
bepaalt dat de kosten van het onderzoek ten laste komen van Golfcenter Holding B.V., Rhoon Golfcenter B.V. en Golf & Fashion Rhoon B.V. en dat zij voor de betaling daarvan ten genoegen van de onderzoeker voor het begin van zijn/haar werkzaamheden zekerheid moeten stellen;
benoemt mr. C.C. Meijer tot raadsheer-commissaris, zoals bedoeld in artikel 2:350 lid 4 BW;
benoemt bij wijze van onmiddellijke voorziening met onmiddellijke ingang en vooralsnog voor de duur van de procedure – voor zover nodig in afwijking van de statuten – een nader aan te wijzen en aan partijen bekend te maken persoon tot bestuurder van Golfcenter Holding B.V. met doorslaggevende stem en met de bevoegdheid deze vennootschap zelfstandig te vertegenwoordigen en bepaalt dat zonder deze bestuurder Golfcenter Holding B.V. niet vertegenwoordigd kan worden;
bepaalt vooralsnog voor de duur van het geding dat één aandeel van De Negentiende Hole en één aandeel van GB Golfexploitaties in Golfcenter Holding B.V. met ingang van heden ten titel van beheer zijn overgedragen aan een nader aan te wijzen en aan partijen bekend te maken persoon;
bepaalt dat het salaris en de kosten van de bestuurder en van de beheerder van aandelen voor rekening komen van Golfcenter Holding B.V., Rhoon Golfcenter B.V. en Golf & Fashion Rhoon B.V. en bepaalt dat Golfcenter Holding B.V., Rhoon Golfcenter B.V. en Golf & Fashion Rhoon B.V. voor de betaling daarvan ten genoegen van de bestuurder en de beheerder zekerheid dienen te stellen vóór de aanvang van hun werkzaamheden;
veroordeelt Golfcenter Holding B.V., Rhoon Golfcenter B.V., Golf & Fashion Rhoon B.V., GB Golfexploitaties B.V., [A] . en [C] in de kosten van de procedure tot op heden aan de kant van De Negentiende Hole B.V. begroot op € 4.102;
verklaart deze beschikking uitvoerbaar bij voorraad;
wijst af hetgeen meer of anders is verzocht.
Deze beschikking is gegeven door mr. C.C. Meijer, voorzitter, mr. M.M.M. Tillema en mr. A.W.H. Vink, raadsheren, en prof. dr. M.N. Hoogendoorn RA en mr. D. Koopmans , raden, in tegenwoordigheid van mr. F.L.A. Straathof, griffier, en in het openbaar uitgesproken op 2 november 2021.