Uitspraak
GERECHTSHOF AMSTERDAM
ARAG SE
1.Het geding in hoger beroep
2.Feiten en procesverloop
is (…) gedagvaard op verzoek van (…) (beiden in hun hoedanigheid van voormalig vereffenaar in de nalatenschap van de heer [X] en (…). Van verzekerde heeft ARAG vernomen dat u haar in deze procedure bijstaat.
. Voor de tussentijd verleent ARAG voorwaardelijke kostendekking voor uw werkzaamheden. Mocht ARAG in hoger beroep in het gelijk worden gesteld, dan komt de kostendekking met terugwerkende kracht te vervallen. Voor zover door ARAG dan al betalingen zijn gedaan, zullen die bij de verzekerde worden teruggevorderd worden. Tot dat moment vergoedt ARAG binnen de polisvoorwaarden de kosten van de procedure die met de dagvaarding van 28 maart 2019 is aangevangen, e.e.a. voor zover de kosten als redelijk en gebruikelijk kunnen worden beschouwd.
‘ [appellante] ’, heeft mr. Van de Sande aan ARAG onder verwijzing naar het arrest verzocht om de proceskostenveroordeling van € 19.720,00 vermeerderd met € 157,00 aan nasalaris te voldoen door middel van overboeking op de bankrekening van de stichting derdengelden van zijn kantoor.
3.Beoordeling
mits (zo dit nog nodig is) ook de uitspraak over de verschuldigdheid van de dwangsommen wordt afgewacht’niet in redelijkheid opvatten als de afspraak dat ARAG de dwangsommen in het lopende appel aan de orde zou stellen, zoals zij stelt. De door haar genoemde omstandigheid dat dit appel de enige op dat moment lopende procedure was, gaat eraan voorbij dat de afspraak twee stappen omvat: eerst schorsing van de executie van de dwangsommen totdat arrest wordt gewezen in de lopende procedure en dan, indien de hoofdveroordeling en de daaraan verbonden dwangsommen in stand werden gelaten, voortzetting van de schorsing totdat duidelijkheid bestaat over verschuldigdheid van de dwangsommen, hetzij door een regeling van partijen, hetzij door een rechterlijke uitspraak. Het hof voegt aan het voorgaande ambtshalve nog toe dat ARAG de verschuldigdheid van de dwangsommen in het appel ook niet aan de orde had kunnen stellen, omdat een vordering in reconventie niet voor het eerst in hoger beroep kan worden ingesteld. [appellante] heeft uit de e-mails van 23 december 2019 ook niet kunnen afleiden dat ARAG de verschuldigdheid van verbeurde dwangsommen erkende in het geval het hof Arnhem-Leeuwarden haar veroordeling tot vergoeding van de kosten van mr. Zaad zou bekrachtigen.