ECLI:NL:GHAMS:2021:2873
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Klacht tegen een gerechtsdeurwaarder inzake derdenbeslag ter invordering van ontruimingskosten
In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 12 oktober 2021 uitspraak gedaan in hoger beroep over een klacht van klager tegen een gerechtsdeurwaarder. Klager had een klacht ingediend omdat de gerechtsdeurwaarder ten laste van hem een gerechtelijke ontruiming had uitgevoerd en vervolgens derdenbeslag had gelegd onder de notaris ter invordering van ontruimingskosten. Klager stelde dat hij schade had geleden door de ontruiming en dat de gerechtsdeurwaarder onterecht beslag had gelegd, omdat hij geen facturen had ontvangen voor de kosten.
De zaak begon met een vonnis van 15 maart 2019, waarin klager werd veroordeeld tot medewerking aan de verkoop en ontruiming van een bedrijfspand. De gerechtsdeurwaarder heeft op 9 mei 2019 het pand ontruimd en op 15 mei 2019 derdenbeslag gelegd onder de notaris voor de ontruimingskosten. Klager voerde aan dat de gerechtsdeurwaarder niet op de hoogte was van de huurovereenkomsten die zijn eigendommen betroffen, en dat hij ten onrechte ontruimingskosten in rekening had gebracht zonder deze vooraf aan klager kenbaar te maken.
Het hof heeft de klacht ongegrond verklaard. Het hof oordeelde dat de gerechtsdeurwaarder voldoende onderzoek had gedaan naar de situatie bij de ontruiming en dat hij niet op de hoogte was van de huurovereenkomsten. Ook werd vastgesteld dat de gerechtsdeurwaarder gerechtigd was om beslag te leggen onder de notaris, aangezien de kosten van de ontruiming voor rekening van klager kwamen. De beslissing van de kamer voor gerechtsdeurwaarders werd bevestigd, en de klacht van klager werd afgewezen.