ECLI:NL:GHAMS:2021:2686

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
26 augustus 2021
Publicatiedatum
8 september 2021
Zaaknummer
200.295.258/01 OK
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Ondernemingsrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Onderzoek naar beleid en gang van zaken van Fiscal Rep B.V. en onmiddellijke voorzieningen

In deze beschikking van de Ondernemingskamer van het Gerechtshof Amsterdam, gedateerd 26 augustus 2021, wordt een onderzoek bevolen naar het beleid en de gang van zaken van Fiscal Rep B.V. over de periode vanaf 1 september 2019. De zaak is ontstaan uit een conflict tussen de aandeelhouders [A] en MyYo Holding, die elk 50% van de aandelen in Fiscal Rep bezitten. Na het overlijden van [A] op 4 oktober 2019 is er onenigheid ontstaan over de bestuursstructuur en de bevoegdheden van de aandeelhouders. [A] en Fiscal Rep hebben verzocht om een onderzoek naar het beleid van de vennootschap en onmiddellijke voorzieningen, waaronder de benoeming van een derde persoon als bestuurder en het overdragen van aandelen aan een beheerder. MyYo Holding heeft het verzoek betwist en stelt dat [A] geen bestuurder meer is. De Ondernemingskamer heeft vastgesteld dat er gegronde redenen zijn om aan een juist beleid van Fiscal Rep te twijfelen, en dat de toestand van de vennootschap het nodig maakt om onmiddellijke voorzieningen te treffen. De Ondernemingskamer heeft [A] geschorst als bestuurder en een commissaris benoemd, en de kosten van het onderzoek zijn voor rekening van Fiscal Rep. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad.

Uitspraak

beschikking
___________________________________________________________________
GERECHTSHOF AMSTERDAM
ONDERNEMINGSKAMER
zaaknummer: 200.295.258/01 OK
beschikking van de Ondernemingskamer van 26 augustus 2021
inzake
1. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
[A],
gevestigd te [....] ,
advocaat:
mr. J.G. Galama, kantoorhoudende te Eemnes,
2. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
FISCAL REP B.V.,
gevestigd te Maarssen,
advocaat:
mr. S.M. Bartman, kantoorhoudende te Baambrugge,
VERZOEKSTERS,
t e g e n
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
FISCAL REP B.V.,
gevestigd te Maarssen,
VERWEERSTER,
advocaat:
mr. S.M. Bartman, kantoorhoudende te Baambrugge,
e n t e g e n
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
MYYO HOLDING B.V.,
gevestigd te Westzaan,
BELANGHEBBENDE,
advocaat:
mr. J.K.A. van Loo, kantoorhoudende te Amsterdam.

1.Het verloop van het geding

1.1
Partijen worden hierna aangeduid als [A] , Fiscal Rep en MyYo Holding.
1.2
[A] en Fiscal Rep hebben bij verzoekschrift van 4 juni 2021 de Ondernemingskamer verzocht, samengevat,
een onderzoek te bevelen naar het beleid en de gang van zaken van Fiscal Rep over de periode vanaf 4 oktober 2019;
als onmiddellijke voorzieningen voor de duur van de procedure
a. een derde persoon te benoemen tot bestuurder van Fiscal Rep;
b. van de beide aandeelhouders van Fiscal Rep ( [A] en MyYo Holding) elk een aandeel over te dragen aan een door de Ondernemingskamer te benoemen beheerder;
3. Fiscal Rep te veroordelen in de kosten van de procedure.
1.3
MyYo Holding heeft bij verweerschrift van 14 juni 2021 de Ondernemingskamer verzocht het verzoek van [A] en Fiscal Rep af te wijzen, met veroordeling van [A] in de kosten van de procedure. Voor zover het enquêteverzoek wordt toegewezen, heeft MyYo Holding – voor zover nog nodig – als onmiddellijke voorziening schorsing van [A] als bestuurder van Fiscal Rep verzocht.
1.4
Het verzoek is behandeld op de zitting van de Ondernemingskamer van 17 juni 2021. De advocaten – mr. Bartman ook voor [A] – hebben toen de standpunten van de verschillende partijen toegelicht aan de hand van overgelegde aantekeningen en wat mr. Bartman betreft onder overlegging van tevoren toegestuurde nadere producties. Partijen en hun advocaten hebben vragen van de Ondernemingskamer beantwoord en inlichtingen verstrekt.
1.5
Ter zitting zijn partijen overeengekomen een mediationtraject te doorlopen. Tot mediation is het desondanks niet gekomen en mr. Bartman heeft per e-mail van 22 juni 2021 alsnog een beschikking verzocht.

2.Inleiding

[A] en MyYo Holding zijn ieder voor 50% aandeelhouders van Fiscal Rep, een bedrijf op het gebied van administratieve- en fiscale dienstverlening. De personen achter [A] en MyYo Holding waren respectievelijk zijn [A] (hierna: [A] ) en [B] (hierna: [B] ). Zij werkten samen in het bedrijf. Op 4 oktober 2019 is [A] overleden. Zijn weduwe, [C] (hierna: [C] ), is thans aandeelhouder en bestuurder van [A] . Tussen [B] en [C] is een conflict ontstaan. Over overname van de aandelen in Fiscal Rep van [A] door MyYo Holding hebben partijen geen overeenstemming kunnen bereiken.

3.Feiten

3.1
Fiscal Rep drijft een onderneming op het gebied van administratieve dienstverlening en belastingconsultancy en is gespecialiseerd in de afhandeling van btw- en importheffingen. Zij heeft momenteel zeven werknemers.
3.2
Fiscal Rep is opgericht op 17 juni 2010 door [A] en [D] (hierna: [D] ). Bij de oprichting is [A] benoemd tot bestuurder van de vennootschap, met de titel algemeen directeur. Als algemeen directeur is [A] op grond van artikel 17 lid 1(a) van de statuten zelfstandig vertegenwoordigingsbevoegd. Aandeelhouders van Fiscal Rep werden [A] en [D] .
3.3
In 2011 is MyYo Holding als aandeelhouder toegetreden. Op 4 september 2012 is aan [B] een doorlopende, volledige volmacht verstrekt. Per 1 oktober 2015 is het aandelenbelang van MyYo Holding verder uitgebreid en zijn [D] en MyYo Holding benoemd tot (gezamenlijk bevoegd) bestuurders van Fiscal Rep.
3.4
In 2018 is [D] teruggetreden als bestuurder en eind december 2019 zijn haar aandelen door de vennootschap ingekocht, als gevolg waarvan [A] en MyYo Holding sindsdien elk 50% van de uitstaande aandelen in Fiscal Rep houden. Enig aandeelhouder en bestuurder van [A] was [A] , tot zijn overlijden op 4 oktober 2019, en enig aandeelhouder en bestuurder van MyYo is [B] .
3.5
Vanaf januari 2019 hebben [A] en MyYo Holding hun
management feeverhoogd en maandelijks € 19.500 (inclusief € 300 onkosten en btw) aan de vennootschap gefactureerd.
3.6
In september 2019 is [A] ernstig ziek geworden. Op 18 september 2019 heeft [A] [E] (hierna: [E] ) en [F] (hierna: [F] ), de huisadvocaat van [A] , een volmacht gegeven om [A] gezamenlijk in en buiten rechte te vertegenwoordigen, haar zaken te beheren en voor haar rechten op te komen, in beginsel pas na verkrijging van instemming en goedkeuring van [C] . [E] was ook werkzaam voor Fiscal Rep, op basis van een overeenkomst van opdracht met zijn persoonlijke vennootschap.
3.7
In de notulen van een op 23 september 2019 gehouden algemene vergadering van aandeelhouders, onder voorzitterschap van Van Oord en waarbij [E] [A] heeft vertegenwoordigd, staat onder meer:
“Het laatste onderwerp dat besproken wordt is de gezondheid van de heer [A] . Bekend is dat hij ernstig ziek is en zijn werkzaamheden voor Fiscal Rep niet meer uitvoert en in de toekomst ook niet meer zal kunnen vervullen. Mevrouw [B] heeft zijn werkzaamheden thans overgenomen. Ter vergadering wordt besloten dat mevr. [B] namens MyYo Holding per datum heden formeel de directie van Fiscal Rep zal voeren en als zodanig zelfstandig bevoegd is, zonder noodzaak tot overleg met [A]”.
3.8
In een notitie van [F] , gemaakt op 25 september 2019, aangepast op 1 oktober 2019, betrekking hebbend op afspraken tussen [A] en MyYo Holding, staat onder meer dat MyYo Holding enig (statutair) bestuurder wordt van Fiscal Rep per het moment van overlijden van [A] en dat [A] per die datum terugtreedt als bestuurder.
3.9
Op 4 oktober 2019 is [A] overleden. Na het overlijden van [A] is [C] aandeelhouder geworden van [A] . Tevens is zij [A] als bestuurder van [A] opgevolgd.
3.1
In een door [F] opgestelde concept-managementovereenkomst tussen MyYo Holding, [B] en Fiscal Rep, versie 28 januari 2020, staat in de considerans dat [B] met ingang van eind 2019 volledig zelfstandig het bestuur en de directie over Fiscal Rep voert. Als bijlage 1 is bijgevoegd een concept-aandeelhoudersbesluit buiten vergadering dat inhoudt dat [A] per 31 oktober 2019 als bestuurder van Fiscal Rep terugtreedt en dat het bestuur door MyYo Holding per 1 november 2019 wordt bevestigd. De nieuwe managementovereenkomst en de bijlage zijn beide niet getekend.
3.11
[F] heeft in oktober 2019 ook een concept-overeenkomst opgesteld tussen Fiscal Rep en [A] , betrekking hebbend op een door [A] te verlenen licentie (hierna: de IP-overeenkomst). Deze overeenkomst is op 27 augustus 2020 door partijen ondertekend. In de IP-overeenkomst staat dat [A] , aangeduid als de licentiegever, beschikt over een geheel van niet-geoctrooieerde praktische kennis die voortvloeit uit ervaring en onderzoek onder andere op het gebied van management, bedrijfsvoering, import en export compliance en fiscale wetgeving, in samenvatting beschreven in een aangehecht vertrouwelijk memorandum (“de Knowhow”). De IP-overeenkomst houdt voorts in dat aan Fiscal Rep een exclusieve licentie wordt verleend de Knowhow te gebruiken ten behoeve van haar dienstverlening, waarvoor zij een vergoeding verschuldigd is van € 96.000 exclusief btw op jaarbasis, te betalen in maandelijkse termijnen van elk € 8.000 exclusief btw. Vermeld is dat de IP-overeenkomst in werking treedt op 1 november 2019 en is overeengekomen voor een bepaalde tijd van tien jaren. Met ingang van 1 november 2019 heeft [A] de licentievergoeding ontvangen en is betaling van haar managementvergoeding gestaakt.
3.12
Sinds eind 2020 zijn partijen in onderhandeling over de overname van de aandelen van [A] in Fiscal Rep door MyYo Holding. Onder meer is discussie ontstaan over de status van de IP-overeenkomst. De onderhandelingen zijn voortgezet tot in het voorjaar van 2021.
3.13
Bij brief van 8 februari 2021 heeft [B] namens Fiscal Rep de samenwerking met [E] opgezegd per 11 maart 2021, met als reden dat zijn werk voor Fiscal Rep niet langer te verenigen was met zijn positie als gevolmachtigde van [A] , gelet op de lastige situatie tussen Fiscal Rep en [A] en de daaruit voortvloeiende verstrengeling van belangen.
3.14
Bij brief van 5 maart 2021 heeft MyYo Holding namens Fiscal Rep een aandeelhoudersvergadering bijeengeroepen, te houden op 22 maart 2021. Op de agenda stonden onder meer het geven van uitleg door directielid [A] over een aantal (bestuurs)handelingen (waaronder een poging het kantooradres van de vennootschap naar haar eigen adres te wijzigen, het verzoek aan de externe IT-ondersteuner om [E] toegang te verlenen tot het netwerk, e-mailadressen, applicaties en directories op de diverse drives en het informeren van een klant over de voorgenomen toekomstige wijziging in de eigendomsverhoudingen van Fiscal Rep) en het ontslag van [A] als directeur. De vergadering is, na overleg tussen de advocaten van partijen, op 22 maart niet doorgegaan.
3.15
Op 10 maart 2021 is [E] , naast [C] , als bestuurder van [A] benoemd.
3.16
Bij e-mail van 26 maart 2021 heeft [E] onder meer aan [B] geschreven dat, zoals zij al vernomen had, [C] hem heeft gevraagd per 1 april 2021 de bestuurdersrol van [A] binnen Fiscal Rep op zich te nemen, dat hij daar positief op heeft gereageerd en per die datum zal toetreden tot het bestuur van Fiscal Rep.
3.17
Bij brief van 30 maart 2021 aan [A] heeft de advocaat van MyYo Holding onder meer een opsomming gegeven van acties van [C] die in de visie van MyYo Holding in strijd zijn met het aandeelhoudersbesluit van 23 september 2019 en niet in het belang zijn van Fiscal Rep en haar onderneming. Verder heeft hij indiening van een enquêteverzoek in het vooruitzicht gesteld indien [A] niet zou bevestigen dat zij ontslag zou nemen als bestuurder van Fiscal Rep of dat zij zich zou onthouden van contact met klanten, leveranciers en personeel van Fiscal Rep. Deze bevestiging is niet gekomen, maar de brief heeft wel aanleiding gegeven tot verdere onderhandelingen over de overname van de aandelen. Over de persoon van een aan te zoeken register valuator is overeenstemming bereikt.
3.18
Bij brief van 3 mei 2021 heeft [B] namens Fiscal Rep gereageerd op door [A] aan Fiscal Rep gezonden facturen voor
management fee, IP-vergoedingen en rente op een rekening courant-schuld aan/lening van [A] . Zij heeft geschreven dat door de aandeelhoudersvergadering op 23 september 2019 is besloten dat [A] geen actieve bemoeienis meer zou hebben met Fiscal Rep en dat nadien ook geen managementactiviteiten meer zijn verricht en derhalve geen managementvergoeding verschuldigd is. Verder houdt haar reactie in dat, zoals volgt uit alle aan [C] bekende correspondentie, rechtsgeldige besluitvorming met betrekking tot de IP-overeenkomst ontbreekt zodat geen grondslag bestaat voor betaling van de daarop betrekking hebbende facturen, dat de betreffende bedragen sinds november 2019 onverschuldigd zijn betaald en dat de nog openstaande schuld met die bedragen zal worden verrekend. Volgens Fiscal Rep heeft zij gelet op het vorenstaande een vordering op [A] van € 125.200 waarvan zij betaling verzoekt.
3.19
Tot een opdracht aan de register valuator is het niet gekomen. Over de overname van de aandelen van [A] door MyYo Holding is geen overeenstemming bereikt.
3.2
Bij exploten van 27 mei 2021 en 1 juni 2021 heeft MyYo Holding Fiscal Rep en [A] gedagvaard voor de rechtbank Midden-Nederland en gevorderd dat de rechtbank voor recht zal verklaren dat MyYo Holding per 23 september 2019 althans per 4 oktober 2019 enig statutair bestuurder is van Fiscal Rep en dat het bestuursbesluit dat ten grondslag ligt aan de IP-overeenkomst nietig is dan wel dat de rechtbank dit besluit zal vernietigen. MyYo Holding heeft verder de voorzieningenrechter van de rechtbank verzocht op de voet van het bepaalde in artikel 2:15 lid 4 BW in de plaats van [A] een bijzonder vertegenwoordiger te benoemen om de vennootschap te vertegenwoordigen. Bij brief van 1 juni 2021 heeft zij mr. Bartman bericht dat zijn opdracht om namens Fiscal Rep in de procedure verweer te voeren per direct is beëindigd.

4.De gronden van de beslissing

De standpunten van partijen
4.1
[A] en Fiscal Rep hebben aan hun verzoek ten grondslag gelegd dat er gegronde redenen zijn voor twijfel aan een juist beleid en een juiste gang van zaken van Fiscal Rep en dat de toestand van de vennootschap nodig maakt dat onmiddellijke voorzieningen worden getroffen. Volgens [A] en Fiscal Rep zijn de verhoudingen tussen de aandeelhouders/bestuurders gaandeweg verslechterd, in verband waarmee zij als toelichting – samengevat – het volgende naar voren hebben gebracht:
( a) MyYo Holding weigert [A] managementinformatie te verstrekken, [A] krijgt geen toegang tot het bedrijf en zicht op de administratie wordt haar onthouden, terwijl MyYo Holding de enige is die kan beschikken over de bankrekening van de vennootschap;
( b) kosten die voor rekening van MyYo Holding zouden moeten komen worden geboekt ten laste van de vennootschap;
( c) MyYo Holding roept op tot een algemene vergadering zonder overleg of afstemming met haar medebestuurder [A] ;
( d) de op 10 maart 2021 benoemde bestuurder van [A] , [E] , wordt door MyYo Holding niet als nieuwe (indirecte) bestuurder van de vennootschap erkend;
( e) aan [A] gerichte brieven of poststukken worden niet doorgestuurd of raken zoek;
( f) aflossing en rentebetaling van een verstrekte lening worden zonder opgave van reden gestaakt.
In de loop van mei 2021 is de zaak nog verder geëscaleerd. MyYo Holding duldt geen enkele zeggenschap in het beleid van de vennootschap naast zich en is uit op het verwerven van de alleenheerschappij. Zij gaat zelf zo ver dat zij de door [A] voor de vennootschap aangestelde advocaat bericht dat zijn opdracht is beëindigd, terwijl [A] als algemeen directeur een zelfstandige vertegenwoordigingsbevoegdheid heeft. Tussen de beide bestuurders van de vennootschap, tevens elk 50% aandeelhouder, is een volkomen patstelling ontstaan, waardoor de organen van de vennootschap al een tijd lang niet meer functioneren, aldus [A] en Fiscal Rep.
4.2
Daartegenover heeft MyYo Holding – samengevat – het volgende aangevoerd.
Het verzoek is ten onrechte ook namens de vennootschap ingediend; [A] is niet bevoegd namens de vennootschap te handelen omdat zij geen bestuurder meer is en als zij dat wel is geldt dat er geen rechtsgeldig bestuursbesluit ten grondslag ligt aan het indienen van het verzoek. Ook de ingevolge artikel 17 lid 3 (c) van de statuten vereiste goedkeuring van de algemene vergadering ontbreekt. Mr. Bartman is geen opdrachtnemer te goeder trouw.
Voorts is er niet voldaan aan het bepaalde in artikel 2:349 lid 2 BW, nu de bezwaren tegen het beleid niet genoegzaam bekend zijn gemaakt aan de vennootschap.
Met betrekking tot het bezwaar onder 4.1 a) voert MyYo Holding aan dat [A] online toegang heeft tot de hele boekhouding, dat toegang tot de bedrijfsruimte geen enkel doel dient en dat het correct is dat alleen MyYo Holding de beschikking heeft over de bankrekening, gezien het besluit van 23 september 2019 en het feit dat [C] geen kennis heeft van de dienstverlening van het bedrijf.
De onder 4.1 b) bedoelde kosten betreffen een eenmalige kostenvergoeding voor juridische bijstand die is doorbelast aan de vennootschap omdat die zien op het vermogensrechtelijke geschil tussen de vennootschap en [A] in verband met de IP-overeenkomst. Tot het oproepen tot een algemene vergadering (bezwaar onder 4.1 c)) is MyYo Holding op grond van het besluit van 23 september 2019 en overigens ook als aandeelhouder bevoegd. Dat MyYo Holding [E] niet als nieuwe (indirecte) bestuurder erkent (bezwaar onder 4.1 d)) is juist en terecht en voorts onderwerp van de procedure bij de rechtbank Midden-Nederland. Niet doorgestuurde brieven en poststukken betroffen geen privé-poststukken maar post van de bank die ging over de zakelijke bankrelatie, kennelijk over een door [C] aangevraagde bankpas voor de rekening van Fiscal Rep. Ten slotte is de lening (bezwaar onder 4.1 f)) in de visie van MyYo Holding en Fiscal Rep volledig voldaan en is dit een zuiver vermogensrechtelijk vraagstuk dat niet thuishoort in deze procedure.
4.3
Volgens MyYo Holding is er geen grond voor een enquête en wordt de basis van het geschil, de IP-overeenkomst, opgelost via de bij de rechtbank Midden-Nederland aanhangige procedure. Van een ‘standstill’ in het bestuur is geen sprake nu [A] in de visie van MyYo Holding geen directeur meer is en zij om daar zekerheid over te verkrijgen de procedure bij de rechtbank is gestart. In ieder geval houdt het besluit van 23 september 2019 in dat zij thans algemeen directeur is en heeft zij de volledige volmacht om zonder overleg met [A] de onderneming te leiden. Voor wat betreft de 50/50 verhouding in de aandeelhoudersvergadering dient de prijsbepaling zo snel mogelijk worden opgepakt. Anders bieden de statuten en de geschillenregeling een uitweg. Als er volgens de Ondernemingskamer wel reden is voor een onderzoek, is de verzochte onmiddellijke voorziening onnodig en onnodig kostbaar. In dat geval wordt, voor zover de Ondernemingskamer niet op voorhand duidelijk is dat [A] geen bestuurder meer is, als onmiddellijke voorziening schorsing van [A] als bestuurder verzocht.
Oordeel van de Ondernemingskamer
4.4
MyYo Holding heeft betwist dat mr. Bartman bevoegd is voor Fiscal Rep op te treden. Mr. Bartman heeft bij pleidooi laten weten zich vooralsnog niet te verweren tegen de betwisting van zijn bevoegdheid en evenmin de bevoegdheid van mr. Van Loo om dit te doen te betwisten. Mr. Bartman heeft echter wel namens beide partijen gepleit. De Ondernemingskamer merkt op dat deze kwestie samenhangt met de hierna aan de orde komende vraag naar het bestuurderschap van [A] . Nu het verzoekschrift en het pleidooi zijn ingediend respectievelijk gehouden namens [A] en Fiscal Rep gezamenlijk en de inhoud derhalve in ieder geval op het verzoek van [A] beoordeeld dient te worden, laat de Ondernemingskamer deze kwestie hier verder in het midden.
4.5
MyYo Holding heeft een beroep gedaan op het ontbreken van een bezwarenbrief en zich op het standpunt gesteld dat verzoekers derhalve niet-ontvankelijk zijn in hun verzoek. Daargelaten de vraag of het verzoek mede door de vennootschap is gedaan, geldt dat dit verweer uitsluitend toekomt aan de vennootschap zelf zodat het reeds daarom geen doel treft. Voor zover de bezwaren samenhangen met de discussie over het bestuurderschap, is MyYo Holding overigens geruime tijd voor de indiening van het enquêteverzoek duidelijk geweest wat het standpunt van [A] hieromtrent was en volgt uit de dagvaarding die zij heeft doen uitbrengen dat zij niet bereid is geweest dit standpunt als juist te erkennen.
4.6
De Ondernemingskamer is van oordeel dat er gegronde redenen zijn om aan een juist beleid en juiste gang van zaken van Fiscal Rep te twijfelen. Tussen partijen bestaat onenigheid over de vraag wie bestuurder is van Fiscal Rep. Volgens MyYo Holding impliceert het besluit dat is genomen op de algemene vergadering van 23 september 2019 dat [A] is teruggetreden als bestuurder van Fiscal Rep, zodat zij thans de enige statutaire bestuurder is. Op zijn minst heeft het besluit er in haar visie toe geleid dat zij in de plaats van [A] algemeen directeur is geworden. Volgens [A] is het nooit haar bedoeling geweest terug te treden als bestuurder en zij heeft erop gewezen dat het terugtreden of ontslag van [A] als bestuurder ook niet op de agenda van de vergadering stond. De geciteerde passage behelst volgens [A] alleen de benadrukking van de reeds verstrekte doorlopende volmacht aan [B] . Zoals partijen onderkennen is het niet aan de Ondernemingskamer dit geschilpunt te beoordelen. De onenigheid over het bestuurderschap van [A] en de daaraan gekoppelde bevoegdheden leidt er echter toe dat het bestuur niet naar behoren kan functioneren en dat situaties zijn ontstaan die niet in het belang zijn van de vennootschap. Gewezen kan worden op de eenzijdige pogingen van [A] om het adres van de vennootschap te wijzigen om de beschikking te krijgen over een bankpas en op de invulling van het door [A] gestelde bestuurderschap in de persoon van [E] , met wie de samenwerking kort tevoren door MyYo Holding was verbroken.
4.7
De kern van het conflict tussen [A] en MyYo Holding betreft de IP-overeenkomst. Deze overeenkomst had als achterliggend doel [C] na het overlijden van [A] te voorzien van inkomsten. MyYo Holding heeft aangevoerd dat zij deze overeenkomst uit mededogen en onder emotionele druk heeft ondertekend, maar dat het onderwerp van de overeenkomst niet bestaat, er ook geen formeel juist besluit van bestuur en algemene vergadering aan ten grondslag ligt en de overeenkomst niet in het belang van de vennootschap is. Ook dit betreft een geschil dat niet ter beoordeling staat van de Ondernemingskamer, maar dat wel repercussies heeft op het niveau van de vennootschap. De betwiste status van de IP-overeenkomst zal vaststelling van de jaarstukken bemoeilijken. In de algemene vergadering is over dit onderwerp immers sprake van een patstelling.
4.8
Gelet op het voorgaande zal de Ondernemingskamer een onderzoek naar het beleid en de gang van zaken van Fiscal Rep bevelen vanaf 1 september 2019.
4.9
De Ondernemingskamer is verder van oordeel dat de toestand van Fiscal Rep, zoals die blijkt uit het voorgaande, het nodig maakt de navolgende onmiddellijke voorzieningen te treffen. MyYo Holding heeft na het overlijden van [A] – en in overeenstemming met hetgeen op 23 september 2019 is besloten, wat er verder zij van de status daarvan – het bestuur van Fiscal Rep zelfstandig voortgezet. De Ondernemingskamer acht in het belang van Fiscal Rep dat dat voorlopig zo blijft; niet betwist is dat het op zich goed gaat met de onderneming. De Ondernemingskamer zal, voor het geval [A] nog bestuurder van Fiscal Rep is, [A] daarom schorsen als bestuurder van Fiscal Rep. Daarnaast zal zij een commissaris benoemen. De te benoemen commissaris mag het ook tot zijn/haar taak rekenen te bezien of een minnelijke regeling tussen partijen kan worden bereikt. De Ondernemingskamer geeft partijen en de te benoemen commissaris in overweging de voorzieningenrechter van de rechtbank te verzoeken de te benoemen commissaris op de voet van het bepaalde in artikel 2:15 lid 4 BW als bijzonder vertegenwoordiger van de vennootschap in de in 3.20 genoemde procedures aan te wijzen, voor zover een bijzonder vertegenwoordiger nog niet is aangewezen.
4.1
De Ondernemingskamer ziet ook aanleiding om één aandeel van [A] en één aandeel van MyYo Holding in Fiscal Rep ten titel van beheer over te dragen aan een door haar te benoemen beheerder.
4.11
De Ondernemingskamer zal de kosten van het onderzoek en de te benoemen commissaris en beheerder voor rekening brengen van Fiscal Rep.
4.12
De Ondernemingskamer zal de aanwijzing van een onderzoeker voorlopig aanhouden om te bezien of al door de te treffen onmiddellijke voorzieningen een oplossing van het geschil kan worden bereikt. Ieder van partijen of de door de Ondernemingskamer benoemde commissaris/beheerder kan op elk moment de Ondernemingskamer verzoeken de onderzoeker aan te wijzen. Voor het geval het komt tot aanwijzing van een onderzoeker, zal de Ondernemingskamer de onderzoeker vragen om binnen zes weken een plan van aanpak en een begroting van de kosten van het onderzoek te maken en deze aan de Ondernemingskamer toe te sturen. De Ondernemingskamer zal partijen in dat geval in de gelegenheid stellen zich uit te laten over die begroting en vervolgens het onderzoeksbudget vaststellen.
4.13
Voor het treffen van andere onmiddellijke voorzieningen ziet de Ondernemingskamer geen aanleiding.
4.14
De Ondernemingskamer ziet ten slotte aanleiding te bepalen dat iedere partij de eigen proceskosten draagt.

5.De beslissing

De Ondernemingskamer:
beveelt een onderzoek naar het beleid en de gang van zaken van Fiscal Rep B.V. over de periode vanaf 1 september 2019;
benoemt een nader aan te wijzen en aan partijen bekend te maken persoon om het onderzoek te verrichten;
houdt in verband met het bepaalde in 4.12 de aanwijzing van de onderzoeker en de vaststelling van het onderzoeksbudget aan en verzoekt de onderzoeker binnen zes weken na de beschikking waarbij hij als onderzoeker wordt aangewezen een plan van aanpak en een begroting van de kosten van het onderzoek te maken en deze aan de Ondernemingskamer toe te sturen;
bepaalt dat de kosten van het onderzoek ten laste komen van Fiscal Rep B.V. en dat zij voor de betaling daarvan ten genoegen van de onderzoeker voor het begin van zijn/haar werkzaamheden zekerheid moet stellen;
benoemt mr. M.M.M. Tillema tot raadsheer-commissaris, zoals bedoeld in artikel 2:350 lid 4 BW;
schorst, bij wijze van onmiddellijke voorziening en vooralsnog voor de duur van de procedure, [A] – voor het geval zij nog bestuurder is – met ingang van heden als bestuurder van Fiscal Rep B.V.;
benoemt bij wijze van onmiddellijke voorziening met onmiddellijke ingang en vooralsnog voor de duur van de procedure – voor zover nodig in afwijking van de statuten – een nader aan te wijzen en aan partijen bekend te maken persoon tot commissaris van Fiscal Rep B.V.;
bepaalt vooralsnog voor de duur van het geding dat één aandeel van [A] en één aandeel van MyYo Holding B.V. in Fiscal Rep B.V. met ingang van heden ten titel van beheer zijn overgedragen aan een nader aan te wijzen en aan partijen bekend te maken persoon;
bepaalt dat het salaris en de kosten van de commissaris en van de beheerder van aandelen voor rekening komen van Fiscal Rep B.V. en bepaalt dat Fiscal Rep B.V. voor de betaling daarvan ten genoegen van de commissaris en van de beheerder zekerheid dient te stellen vóór de aanvang van hun werkzaamheden;
bepaalt dat iedere partij de eigen proceskosten draagt;
verklaart deze beschikking uitvoerbaar bij voorraad;
wijst af hetgeen meer of anders is verzocht.
Deze beschikking is gegeven door mr. G.C. Makkink, voorzitter, mr. M.M.M. Tillema en mr. A.J. Wolfs, raadsheren, W. Wind en dr. M.J.R. Broekema RV, raden, in tegenwoordigheid van mr. B.J. Blok, griffier, en in het openbaar uitgesproken op 26 augustus 2021.