Uitspraak
Onderzoek van de zaak
Vonnis waarvan beroep
Oplegging van straf
BESLISSING
gevangenisstrafvoor de duur van
4 (vier) weken.
2 (twee) jarenaan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt.
Gerechtshof Amsterdam
Op 26 augustus 2021 heeft het Gerechtshof Amsterdam uitspraak gedaan in hoger beroep tegen het vonnis van de politierechter in de rechtbank Amsterdam, dat op 7 augustus 2019 was gewezen in twee gevoegde strafzaken. De verdachte, geboren in 1984, was aangeklaagd voor meerdere winkeldiefstallen. Het hof heeft het vonnis van de politierechter bevestigd, met uitzondering van de strafoplegging, en heeft de bewijsmotivering in zaak B aangevuld. De politierechter had de verdachte veroordeeld tot een gevangenisstraf van vier weken, waarvan tien dagen voorwaardelijk, met een proeftijd van twee jaren. De advocaat-generaal had een voorwaardelijke gevangenisstraf van zeven weken geëist, terwijl de raadsman een gevangenisstraf van vier weken en twee dagen had verzocht, waarvan vier weken voorwaardelijk.
Het hof heeft de ernst van de feiten en de omstandigheden waaronder deze zijn begaan in overweging genomen. De verdachte had zich schuldig gemaakt aan meerdere winkeldiefstallen, wat niet alleen schade toebrengt aan de betrokken winkelbedrijven, maar ook leidt tot extra kosten voor de afhandeling en preventie van dergelijke misdrijven. Het hof heeft rekening gehouden met eerdere veroordelingen van de verdachte voor winkeldiefstallen, wat in zijn nadeel weegt. Gezien de persoonlijke omstandigheden van de verdachte en de ernst van de feiten, heeft het hof besloten tot een voorwaardelijke gevangenisstraf van twee jaren, met de bepaling dat deze niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de verdachte zich voor het einde van de proeftijd opnieuw schuldig maakt aan een strafbaar feit.
Het hof heeft de tijd die de verdachte in voorarrest heeft doorgebracht in mindering gebracht op de opgelegde gevangenisstraf. De uitspraak is gedaan door de meervoudige strafkamer van het gerechtshof Amsterdam, waarbij de griffier aanwezig was. De beslissing van het hof bevestigt het vonnis van de politierechter voor het overige, met inachtneming van de overwegingen in deze uitspraak.