Uitspraak
GERECHTSHOF AMSTERDAM
1.Ontstaan en loop van het geding
2.Tussen partijen vaststaande feiten
Hof: bedoeld wordt [naam 2] ] afgeweken van de aangifte erfbelasting. De uitkeringen aan de neven en nicht van erflaatster zijn niet als aftrek op de nalatenschap geaccepteerd.
Hof: bedoeld wordt [naam 2] ].
3.Geschil in hoger beroep
4.Het oordeel van de rechtbank
Wettelijk kader
voorafgaandaan het overlijden onder de opschortende voorwaarde van het overlijden. Daarvan is in deze zaak niet gebleken. Dat dergelijke schenkingen dan wel giften in overeenstemming met de wil van erflaatster zouden zijn gedaan, wat daar overigens ook van zij, is voor het aannemen van een dergelijke gift of schenking onvoldoende. Ook anderszins is niet gebleken dat de uitkeringen aan de neven en nicht zijn aan te merken als schulden die op de nalatenschap in aftrek komen.
5.Beoordeling van het geschil
ik zelf het levend testament ben van mijn zuster”, maar daaruit volgt slechts wat volgens hem de wil van zijn zuster zou zijn gegeven de door hem geschetste omstandigheden; er is daarmee geen objectief verifieerbare laatste wil van erflaatster zoals die uit een testament zou kunnen blijken.
6.Kosten
7.Beslissing
de Hoge Raad der Nederlanden via het webportaal van de Hoge Raad www.hogeraad.nl.
de Hoge Raad der Nederlanden (belastingkamer), postbus 20303, 2500 EH Den Haag. Alle andere personen en gemachtigden die beroepsmatig rechtsbijstand verlenen, zijn in beginsel verplicht digitaal te procederen (zie www.hogeraad.nl).
de Hoge Raad der Nederlanden (belastingkamer), postbus 20303, 2500 EH Den Haag.