Uitspraak
Procesgang
Onderzoek van de zaak
Ontvankelijkheid van het openbaar ministerie
fair trial as a wholezoals bedoeld in artikel 6 van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens en de fundamentele vrijheden (verder: EVRM). Ingevolge artikel 41 EVRM dient de verdachte, indien zulks nog mogelijk is, daarvoor gecompenseerd te worden.
compelling reasons)zijn. De enige reden waarom het recht van de verdachte op verhoorbijstand werd beperkt was kennelijk gelegen in het feit dat destijds in Nederland geen (algemeen) recht op verhoorbijstand bestond. In jurisprudentie van het EHRM is reeds eerder geoordeeld dat een dergelijke algemene beperking niet kan worden aangemerkt als
compelling reason. Naar oordeel van het EHRM heeft de Nederlandse overheid in de onderhavige zaak geen argumenten aangedragen waaruit zou volgen dat de verdachte, ondanks het ontbreken van rechtsbijstand tijdens het politieverhoor van 20 augustus 2009 wel een eerlijk proces heeft gehad. Het EHRM neemt daarmee een schending van artikel 6, eerste en derde lid, onder c, EVRM aan.