ECLI:NL:GHAMS:2021:1591

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
26 april 2021
Publicatiedatum
1 juni 2021
Zaaknummer
23-000343-20
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vrijspraak van bedreiging met de dood en zware mishandeling na inconsistentie in getuigenverklaringen

In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 26 april 2021 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Amsterdam. De verdachte was beschuldigd van bedreiging met de dood en zware mishandeling van een slachtoffer op 31 januari 2019 in Amsterdam. De tenlastelegging hield in dat de verdachte de woorden "Ik maak je dood" had geuit, wat als een ernstige bedreiging werd beschouwd. Tijdens de zitting in hoger beroep op 13 april 2021 heeft de verdediging vrijspraak bepleit, onder verwijzing naar de inconsistenties in de verklaringen van de getuigen en de aangever. De verdediging stelde dat de kans op onderlinge beïnvloeding groot was, waardoor de getuigen onbetrouwbaar waren. Daarentegen had de verdachte een consistente ontkennende verklaring afgelegd.

Het hof heeft het dossier beoordeeld en vastgesteld dat er weliswaar voldoende wettig bewijs aanwezig was, maar dat de stellige ontkenning van de verdachte en de toelichting tijdens de zitting in hoger beroep niet de overtuiging gaven dat de verdachte het ten laste gelegde feit had gepleegd. Het hof heeft daarom besloten het vonnis van de politierechter te vernietigen en de verdachte vrij te spreken van de beschuldigingen. De uitspraak benadrukt het belang van de betrouwbaarheid van getuigenverklaringen en de noodzaak voor een overtuigend bewijs bij strafrechtelijke vervolging.

Uitspraak

afdeling strafrecht
parketnummer: 23-000343-20
datum uitspraak: 26 april 2021
TEGENSPRAAK
Arrest van het gerechtshof Amsterdam gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van de politierechter in de rechtbank Amsterdam van 5 februari 2020 in de strafzaak onder parketnummer 13-048330-19 tegen
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] (Suriname) op [geboortedag] 1986,
adres: [adres].

Onderzoek van de zaak

Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting in hoger beroep van 13 april 2021 en, overeenkomstig het bepaalde bij artikel 422, tweede lid, van het Wetboek van Strafvordering, naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting in eerste aanleg.
Namens de verdachte is hoger beroep ingesteld tegen voormeld vonnis.
Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal en van hetgeen door de verdachte en de raadsman naar voren is gebracht.

Tenlastelegging

Aan de verdachte is tenlastegelegd dat:
hij, op of omstreeks 31 januari 2019 te Amsterdam, in elk geval in Nederland, [slachtoffer] heeft bedreigd met enig misdrijf tegen het leven gericht en/of met zware mishandeling, door die [slachtoffer] (meermaals) dreigend de woorden toe te voegen "Ik maak je dood", althans woorden van gelijke dreigende aard of strekking.
Voor zover in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zal het hof deze verbeterd lezen. De verdachte wordt daardoor niet in de verdediging geschaad.

Vonnis waarvan beroep

Het vonnis waarvan beroep zal worden vernietigd, omdat het hof tot een andere beslissing komt dan de politierechter.

Vordering van het openbaar ministerie

De advocaat-generaal heeft gevorderd het vonnis van de politierechter te bevestigen, dat wil zeggen dat de verdachte schuldig zal worden verklaard zonder oplegging van straf of maatregel.

Standpunt van de verdediging

De verdediging heeft vrijspraak bepleit, omdat de verklaringen die de aangever en de getuigen hebben afgelegd zeer wisselend zijn en de kans op onderlinge beïnvloeding groot is, wat de getuigen onbetrouwbaar maakt. Daar staat tegenover dat de verdachte een uitgebreide, authentieke, consistente ontkennende verklaring heeft afgelegd.

Oordeel van het hof

Het dossier bevat weliswaar voldoende wettig bewijs, maar gezien in het licht van de stellige ontkenning van de verdachte en gelet op de toelichting ter terechtzitting in hoger beroep door de verdachte, heeft het hof niet de overtuiging bekomen dat de verdachte het ten laste gelegde feit heeft gepleegd. Het hof zal de verdachte daarom vrijspreken van het tenlastegelegde.

BESLISSING

Het hof:
Vernietigt het vonnis waarvan beroep en doet opnieuw recht:
Verklaart niet bewezen dat de verdachte het tenlastegelegde heeft begaan en spreekt de verdachte daarvan vrij.
Dit arrest is gewezen door de meervoudige strafkamer van het gerechtshof Amsterdam, waarin zitting hadden mr. V.M.A. Sinnige, mr. A.M.P. Geelhoed en mr. A. Dantuma-Hieronymus, in tegenwoordigheid van mr. S. Abelsma, griffier, en is uitgesproken op de openbare terechtzitting van dit gerechtshof van 26 april 2021.
mr. A.M.P. Geelhoed is buiten staat dit arrest mede te ondertekenen.
=========================================================================
[…]