Uitspraak
GERECHTSHOF AMSTERDAM
1.PROVINCIE NOORD-HOLLAND,
ACHMEA SCHADEVERZEKERINGEN N.V.,
1.Procesverloop
2.Beoordeling
3.Beslissing
- [verzoeker] ;
- [A] ;
- [B] ,
- de echtgenote van [B] ;
- [C] ;
Gerechtshof Amsterdam
In deze zaak heeft [verzoeker] een verzoek ingediend voor een voorlopig getuigenverhoor in het kader van een aanhangige appelprocedure tegen de Provincie Noord-Holland en Achmea Schadeverzekeringen N.V. Het verzoek is gedaan naar aanleiding van een aanrijding op 29 augustus 2013, waarbij [verzoeker] als fietser letsel opliep na een botsing met een andere fietser. De Provincie is de wegbeheerder en Achmea is de WA-verzekeraar van de Provincie. Na een eerdere afwijzing van de vorderingen door de rechtbank, heeft [verzoeker] in hoger beroep een getuigenverhoor aangevraagd om meer bewijs te verzamelen over de toedracht van het ongeval. De Provincie en Achmea hebben geen verweer gevoerd tegen het verzoek. Het hof heeft geoordeeld dat het verzoek gegrond is op de wet en heeft besloten dat een voorlopig getuigenverhoor zal worden gehouden. De raadsheer-commissaris, mr. A.L.M. Keirse, is benoemd om het verhoor te leiden. Partijen zijn verzocht om hun verhinderdata door te geven en [verzoeker] moet stukken indienen die hij bij het verhoor wil gebruiken. De beschikking is op 17 maart 2020 uitgesproken.