ECLI:NL:GHAMS:2020:723
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van de verdachte in hoger beroep wegens het ontbreken van grieven
In deze zaak heeft het gerechtshof Amsterdam op 23 januari 2020 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Amsterdam, dat op 1 mei 2018 was gewezen. De verdachte, geboren in 1996, was op de eerdere zitting verschenen, maar heeft geen schriftelijke grieven ingediend en ook geen mondelinge bezwaren tegen het vonnis opgegeven. Het hof heeft vastgesteld dat er geen rechtens te respecteren belang is dat zou pleiten voor een verder onderzoek van de zaak. Hierdoor is de verdachte niet-ontvankelijk verklaard in het ingestelde hoger beroep, conform artikel 416, tweede lid, van het Wetboek van Strafvordering. De beslissing is genomen door de meervoudige strafkamer van het gerechtshof, waarin drie rechters zitting hadden. De uitspraak vond plaats op een openbare terechtzitting.