Uitspraak
GERECHTSHOF AMSTERDAM
1.DIVINO BEHEER B.V.,
[appellant sub 2],
1.[Y] BEHEER B.V.,
[geïntimeerde sub 2],
[geïntimeerde sub 3],
[X] BEHEER AMSTERDAM B.V.,
[geïntimeerde sub 5],
Gerechtshof Amsterdam
In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 25 februari 2020 uitspraak gedaan in hoger beroep over een vordering tot schadevergoeding door Divino Beheer B.V. en andere appellanten tegen Y Beheer B.V. en andere geïntimeerden. De zaak betreft de vraag of gedupeerden, in dit geval aandeelhouders, schadevergoeding kunnen vorderen van bestuurders die naar hun mening foutief hebben gehandeld. De rechtbank had eerder de vorderingen van Divino c.s. afgewezen, en dit vonnis werd in hoger beroep opnieuw beoordeeld.
De feiten van de zaak zijn als volgt: Divino, X Beheer en Y Beheer hielden elk een derde van de aandelen in Denim International Holding B.V. (Denim), een vennootschap die was opgericht voor de ontwikkeling van een hotelpand. Na een aantal financiële problemen en een verkoop van het pand aan een derde partij, hebben de bestuurders van Denim betalingen gedaan aan zichzelf en aan anderen, wat door Divino c.s. als onrechtmatig werd beschouwd. Divino c.s. vorderden schadevergoeding voor de vermeende onrechtmatige handelingen van de bestuurders.
Het hof oordeelde dat, hoewel Divino c.s. mogelijk schade hadden geleden, zij niet in staat waren om deze vordering in te stellen zonder een formele overdracht van de vordering door Denim aan hen. Het hof concludeerde dat de vorderingen van Divino c.s. niet toewijsbaar waren, en bekrachtigde het vonnis van de rechtbank. Tevens werden Divino c.s. veroordeeld in de proceskosten van het geding in hoger beroep.