ECLI:NL:GHAMS:2020:4109

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
18 augustus 2020
Publicatiedatum
11 mei 2022
Zaaknummer
23-004274-19
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Niet-ontvankelijkheid van de verdachte in hoger beroep wegens te late indiening

In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 18 augustus 2020 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Amsterdam, dat op 28 augustus 2019 was gewezen. De verdachte, geboren in 1970, had hoger beroep ingesteld tegen het vonnis van de politierechter, maar dit was pas op 21 november 2019 ingediend, wat meer dan de wettelijk voorgeschreven termijn van veertien dagen na de uitspraak was. Hierdoor kon de verdachte niet-ontvankelijk worden verklaard in het hoger beroep.

Het hof heeft tijdens de zitting kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal en heeft vastgesteld dat de verdachte niet tijdig in hoger beroep is gekomen. De beslissing van het hof was dan ook om de verdachte niet-ontvankelijk te verklaren in het hoger beroep. Dit arrest is gewezen door de meervoudige strafkamer van het gerechtshof, waarin drie rechters zitting hadden.

De uitspraak is gedaan in het openbaar en de griffier was aanwezig. Het hof heeft in zijn overwegingen benadrukt dat de termijn voor het instellen van hoger beroep strikt dient te worden nageleefd, om rechtszekerheid te waarborgen. De uitspraak van het hof is een bevestiging van de noodzaak om tijdig juridische stappen te ondernemen in strafzaken.

Uitspraak

afdeling strafrecht
parketnummer: 23-004274-19
datum uitspraak: 18 augustus 2020
VERSTEK
Arrest van het gerechtshof Amsterdam gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van de politierechter in de rechtbank Amsterdam van 28 augustus 2019 in de strafzaak onder de parketnummers 13-684340-17 en 13-009615-16 (TUL) tegen
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedag] 1970,
adres: [adres].
De verdachte heeft hoger beroep ingesteld tegen voormeld vonnis.

Onderzoek ter terechtzitting

Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting in hoger beroep van
18 augustus 2020.
Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal.

Ontvankelijkheid van de verdachte in het hoger beroep

De verdachte is op 28 augustus 2019 ter terechtzitting van de politierechter in de rechtbank Amsterdam verschenen.
De verdachte is bij vonnis van 28 augustus 2019 veroordeeld.
Tegen dit vonnis heeft de verdachte niet binnen veertien dagen nadien hoger beroep ingesteld, maar eerst op 21 november 2019.
Nu het hoger beroep niet binnen de wettelijk voorgeschreven termijn is ingesteld zal de verdachte daarin niet-ontvankelijk worden verklaard.

BESLISSING

Het hof:
Verklaart de verdachte niet-ontvankelijk in het hoger beroep.
Dit arrest is gewezen door de meervoudige strafkamer van het gerechtshof Amsterdam, waarin zitting hadden mr. V. Mul, mr. G. Oldekamp en mr. M. Senden, in tegenwoordigheid van H. Doruk, griffier, en is uitgesproken op de openbare terechtzitting van dit gerechtshof van 18 augustus 2020.
De voorzitter, de jongste raadsheer en de griffier zijn buiten staat dit arrest mede te ondertekenen.