Uitspraak
[verdachte]
Gerechtshof Amsterdam
In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 17 december 2020 uitspraak gedaan in het hoger beroep van de verdachte, die eerder op 11 februari 2020 door de kantonrechter in de rechtbank Zaanstad bij verstek was veroordeeld. De verdachte was niet in persoon gedagvaard en het vonnis was op 10 maart 2020 aan hem betekend. De verdachte heeft echter pas op 26 maart 2020 hoger beroep ingesteld, wat buiten de wettelijk voorgeschreven termijn van veertien dagen viel. Hierdoor kon het hof niet anders dan de verdachte niet-ontvankelijk verklaren in het hoger beroep. De beslissing van het hof was duidelijk: de verdachte wordt niet-ontvankelijk verklaard in zijn hoger beroep, omdat hij niet tijdig heeft gereageerd op het vonnis van de kantonrechter. Deze uitspraak benadrukt het belang van het naleven van termijnen in het strafrecht en de gevolgen van het niet tijdig instellen van hoger beroep.