ECLI:NL:GHAMS:2020:4031

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
17 december 2020
Publicatiedatum
24 december 2021
Zaaknummer
23-000947-20
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Niet-ontvankelijkheid van de verdachte in hoger beroep na veroordeling bij verstek

In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 17 december 2020 uitspraak gedaan in het hoger beroep van de verdachte, die eerder op 11 februari 2020 door de kantonrechter in de rechtbank Zaanstad bij verstek was veroordeeld. De verdachte was niet in persoon gedagvaard en het vonnis was op 10 maart 2020 aan hem betekend. De verdachte heeft echter pas op 26 maart 2020 hoger beroep ingesteld, wat buiten de wettelijk voorgeschreven termijn van veertien dagen viel. Hierdoor kon het hof niet anders dan de verdachte niet-ontvankelijk verklaren in het hoger beroep. De beslissing van het hof was duidelijk: de verdachte wordt niet-ontvankelijk verklaard in zijn hoger beroep, omdat hij niet tijdig heeft gereageerd op het vonnis van de kantonrechter. Deze uitspraak benadrukt het belang van het naleven van termijnen in het strafrecht en de gevolgen van het niet tijdig instellen van hoger beroep.

Uitspraak

afdeling strafrecht
parketnummer eerste aanleg : 96-213876-18
parketnummer hoger beroep : 23-000947-20
TEGENSPRAAK (gemachtigd raadsvrouw)
Arrest van het gerechtshof Amsterdam, enkelvoudige strafkamer, van 17 december 2020 gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van de kantonrechter in de rechtbank Zaanstad van 11 februari 2020 in de zaak tegen de verdachte:
naam:
[verdachte]
voornamen: [verdachte]
geboren: op [geboortedag] 1997 te [geboorteplaats]
adres: [adres].

Ontvankelijkheid van de verdachte in het hoger beroep

De verdachte is in eerste aanleg gedagvaard om op 11 februari 2020 te verschijnen ter terechtzitting van de kantonrechter in de rechtbank Zaanstad. De dagvaarding is de verdachte niet in persoon betekend.
De verdachte is op 11 februari 2020 bij verstek veroordeeld.
Het vonnis is op 10 maart 2020 aan de verdachte in persoon betekend.
Tegen dit vonnis heeft de verdachte niet binnen veertien dagen nadien hoger beroep ingesteld, maar eerst op
26 maart 2020.
Nu het hoger beroep niet binnen de wettelijk voorgeschreven termijn is ingesteld zal de verdachte daarin niet-ontvankelijk worden verklaard.

BESLISSING

Het hof:
Verklaart de verdachte niet-ontvankelijk in het hoger beroep.
Gewezen door mr. N.A. Schimmel, in bijzijn van mr. S. Pesch, griffier.
mr. N.A. Schimmel