Uitspraak
Onderzoek van de zaak
Tenlastelegging
Vonnis waarvan beroep
Vordering van het openbaar ministerie
Vrijspraak
BESLISSING
spreektde verdachte daarvan
vrij.
Gerechtshof Amsterdam
In deze zaak heeft het gerechtshof Amsterdam op 30 oktober 2020 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de economische politierechter in de rechtbank Amsterdam. De verdachte was aangeklaagd voor het niet invoeren van zijn kaart en/of pincode in de boordcomputer van een taxi, terwijl hij als bestuurder van een auto taxivervoer zou verrichten. De tenlastelegging betrof een incident dat plaatsvond op of omstreeks 1 februari 2019 te Amsterdam. Tijdens de zitting heeft de verdachte verklaard dat hij niet met taxivervoer bezig was, maar de taxi naar de garage wilde brengen voor onderhoud. Het hof heeft vastgesteld dat er geen concreet bewijs was dat de verdachte daadwerkelijk taxidiensten verleende of dat hij een auto bestuurde waarmee taxivervoer werd verricht. Hierdoor kon het hof niet tot een bewezenverklaring komen van de tenlastelegging.
Het hof heeft het vonnis waarvan beroep vernietigd, omdat het hof tot een andere beslissing kwam dan de economische politierechter. De advocaat-generaal had gevorderd dat de verdachte zou worden vrijgesproken, en het hof heeft deze vordering gevolgd. Het proces-verbaal van de politie werd als summier beoordeeld, en het hof concludeerde dat de verdachte niet schuldig was aan de tenlastegelegde feiten. De beslissing van het hof was om de verdachte vrij te spreken en de eerder uitgevaardigde strafbeschikking te vernietigen. Dit arrest is uitgesproken op de openbare terechtzitting van het gerechtshof op 30 oktober 2020.