3.1[appellant] heeft van [X] een stuk grond gekocht dat in gebruik is als parkeerterrein. Partijen strijden over de omvang van het gekochte stuk. Voor de beoordeling van dit geschil zijn de volgende feiten van belang.
a. [appellant] is sinds 2010 eigenaar van een perceel aan de [adres 1] . Op dat perceel is een restaurant gevestigd, dat wordt geëxploiteerd door de huurder van [appellant] .
b. Aan de overzijde van de Vogelenzangseweg 182 ligt een deels geasfalteerd terrein dat (deels) in gebruik is als parkeerterrein, onder meer voor bezoekers van het restaurant. Het gehele terrein strekt zich uit over meerdere kadastrale percelen. Het was in het verleden eigendom van [X] en is in gebruik geweest als tuincentrum met aanhorigheden.
c. Het hiervoor genoemde parkeerterrein is (vrijwel) geheel omringd door een haag. Het grootste deel van het parkeerterrein is kadastraal perceel [perceel 1] , de rest is deel van kadastraal perceel [perceel 2] . In de hieronder staande kadastrale tekening (productie E3) geeft de kronkelende lijn het gehele parkeerterrein aan en de lijn die is gemarkeerd met een lichtgrijze brede lijn, het kadastrale perceel [perceel 1] .
d. Een op 24 augustus 2015 ondertekende schriftelijke koopovereenkomst houdt in dat [X] aan [appellant] heeft verkocht:
een parkeerterrein nabij de [adres 2] , kadastraal bekend gemeente [gemeente] , sectie [sectie] nummer [perceel 1] , groot zes are vier en twintig centiare
voor een koopsom van € 75.000,=. In de koopovereenkomst staan de volgende bijzondere voorwaarden:
- Verkoper is niet bevoegd de uitgang van het parkeerterrein te wijzigen.
(…)
- De haag rondom het verkochte mag niet hoger zijn van 1 meter.
e. De levering van het verkochte heeft plaatsgevonden op 5 oktober 2015. In de leveringsakte is de onroerende zaak op dezelfde wijze omschreven als in de koopovereenkomst.
f. [X] heeft de kadastrale percelen [perceel 3] (bijna 79 are) en [perceel 2] (ongeveer 2 hectare) verkocht en op 17 februari 2016 geleverd aan [A] Beheer B.V. (hierna: [A] ) met het oog op herontwikkeling. In het feitelijke gebruik van het parkeerterrein is sindsdien geen verandering gekomen.
f. In oktober 2018 heeft [appellant] een architect ingeschakeld voor het restaurant. De architect heeft de parkeermogelijkheden bij het restaurant onderzocht en vastgesteld dat het kadastrale perceel [perceel 1] slechts een deel is van het parkeerterrein.
g. [appellant] heeft deze bevindingen bij brief van 15 november 2018 aan [X] medegedeeld. Hij heeft zich op het standpunt gesteld dat hij het hele parkeerterrein van [X] had gekocht en heeft aanspraak gemaakt op levering van het resterende deel van het parkeerterrein, gelegen in kadastraal perceel [perceel 2] .