ECLI:NL:GHAMS:2020:3299
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Vrijspraak van bedreiging en onterecht rijgedrag in Zaandam
In deze zaak heeft het gerechtshof Amsterdam op 2 december 2020 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Noord-Holland. De verdachte was in eerste aanleg veroordeeld voor bedreiging en gevaarzettend rijgedrag. De tenlastelegging betrof het bedreigen van twee personen met een auto in Zaandam op 28 juli 2018. De verdachte heeft hoger beroep ingesteld tegen het vonnis van de politierechter, die hem schuldig had bevonden.
Tijdens de zitting in hoger beroep op 18 november 2020 heeft het hof de verklaringen van getuigen en de vordering van de advocaat-generaal gehoord. Het hof kwam tot de conclusie dat er onvoldoende bewijs was voor de opzet van de verdachte om de betrokkenen te bedreigen. De verklaringen van de getuigen waren tegenstrijdig en er was onvoldoende bewijs dat de verdachte met verhoogde snelheid op de aangevers was ingereden. Het hof oordeelde dat de verdachte bang was voor een confrontatie en dat er sprake was van een escalatie van de situatie aan beide zijden.
Het hof heeft het vonnis van de politierechter vernietigd en de verdachte vrijgesproken van zowel de primaire als de subsidiaire tenlastelegging. De vorderingen van de benadeelde partijen zijn niet-ontvankelijk verklaard, omdat de verdachte niet schuldig werd bevonden aan het tenlastegelegde handelen. De kosten werden door beide partijen gedragen. Dit arrest is gewezen door de meervoudige strafkamer van het gerechtshof Amsterdam en is openbaar uitgesproken op 2 december 2020.