De man verzoekt in principaal hoger beroep na intrekking van zijn verzoeken onder I., II., III. en (naar het hof na doornummering, gelet op de onlogische nummering in het beroepsschrift, begrijpt) VII., VIII. (de twee verzoeken die betrekking hebben op [adres B] ), XVII. (kosten voorschot deskundige) en XVIII. (overleggen bankafschriften):
IV. te bepalen dat [adres A] voor een bedrag dat het hof juist acht, alsmede de op deze woning restende hypotheekschuld ad € 112.500,- voor rekening komt van de vrouw, en te bepalen dat de man met de vrouw binnen zes maanden na datum inschrijving echtscheidingsbeschikking in de registers van de burgerlijke stand, zal overgaan tot overschrijving van de onroerende zaak op naam van de vrouw, met de in de plaatstelling van deze uitspraak van de toestemming van de man en de vrouw tot inschrijving in de registers; onder de opschortende voorwaarde dat de hypotheeknemer de man ontslaat uit de hypotheekverplichtingen binnen een maand nadat deze beschikking in kracht van gewijsde is gegaan en dat de vrouw terzake de overbedeling aan de man dient voldoen een nader door het hof te bepalen bedrag of een beslissing te nemen dat het hof juist acht;
V. subsidiair: te bepalen dat indien [adres A] aan de vrouw wordt toegedeeld tegen de getaxeerde waarde in verhuurde staat, en de vrouw binnen een termijn van 10 jaar de woning aan derden verkoopt en levert, de meerwaarde van de woning - het verschil tussen de actuele waarde in verhuurde staat in 2019 en de actuele vrije verkoop waarde in onverhuurde staat in 2019 - met de man wordt gedeeld, bij gelijke helfte, binnen twee weken na levering van [adres A] ;
VI. meer subsidiair te bepalen dat [adres A] , binnen een termijn van zes maanden na inschrijving van de echtscheidingsbeschikking in de registers van de burgerlijke stand, althans een zodanige termijn als het hof juist acht, onderhands dient te worden verkocht tegen een prijs van p.m., althans een zodanig bedrag als het hof redelijk acht, en te bepalen dat de opbrengst verminderd met de hypotheekschuld en na aftrek van de met de verkoop samenhangende kosten tussen partijen bij helfte verdeeld dient te worden, waarbij een tekort door partijen bij helfte worden gedragen;
IX. te bepalen dat de vrouw aan de man een gebruikersvergoeding, 4% van de helft van de overwaarde, althans een percentage als het hof juist acht, verschuldigd is voor de periode vanaf datum indienen van het verzoekschrift, althans datum beschikking, althans datum indienen beroepschrift althans datum indienen onderhavig beroepschrift, althans een datum als het hof juist acht, tot en met de dag dat [adres B] aan de vrouw toebedeeld wordt, althans totdat de woning aan derden wordt verkocht en geleverd;
X. te bepalen dat de Mercedes CLA AMG, kenteken [kentekennummer] voor € 30.500,- aan de vrouw wordt toebedeeld, met betaling van de helft van de waarde aan de man;
XI. te bepalen dat de vrouw een bedrag verschuldigd is uit hoofde van verdeling/verrekening van de kosten, vaste lasten, de huurpenningen van [adres A] aan de man ad € 9.751,- vermeerderd met de kosten van de deur ad € 2.129,-, derhalve totaal € 11.880,- te vermeerderen met de achterstanden ontstaan na 3 december 2018, te voldoen tot datum toedeling aan de vrouw, althans levering aan derden, althans een datum die het hof juist acht, te vermeerderen met wettelijke rente, althans een beslissing te nemen die het hof juist acht;
XII. te bepalen dat partijen ieder voor de helft draagplichtig zijn voor deze schuld opgebouwd voor en ten tijde van het huwelijk en te bepalen dat indien de man meer dan de helft van de schuld voldoet, hetgeen de man gedaan heeft in november 2018, hij op de vrouw een regres heeft op het meerdere, te vermeerderen met wettelijke rente, althans een beslissing te nemen die het hof juist acht;
XIII. te bepalen dat de vrouw uit hoofde van verrekening - de man heeft de bankrekening [bankrekeningnummer 1] aangezuiverd met € 10.186,98 - aan de man dient te betalen een bedrag van € 5.093,49, binnen een maand na deze beschikking, te vermeerderen met de wettelijke rente, althans een bedrag dat het hof juist acht, althans een beslissing te nemen die het hof juist acht;
XIV. te bepalen dat partijen ieder voor de helft draagplichtig zijn voor deze schuld opgebouwd voor en ten tijde van het huwelijk en te bepalen dat indien de man meer dan de helft van de schuld voldoet, hetgeen de man gedaan heeft in november 2018, hij op de vrouw een regres heeft op het meerdere, te vermeerderen met wettelijke rente, althans een beslissing te nemen dat het hof juist acht;
XV. te bepalen dat de vrouw uit hoofde van verrekening - de man heeft de bankrekening [bankrekeningnummer 2] aangezuiverd met € 411,74 aan de man dient te betalen een bedrag van € 205,87, te vermeerderen met de wettelijke rente; althans een bedrag dat het hof juist acht;
XVI. te bepalen dat partijen ieder voor de helft draagplichtig zijn voor deze schuld opgebouwd voor en ten tijde van het huwelijk en te bepalen dat indien de man meer dan de helft van de schuld voldoet, hetgeen de man gedaan heeft in november 2018, hij op de vrouw een regres heeft op het meerdere, te vermeerderen met wettelijke rente, althans een beslissing te nemen die het hof juist acht;
XIX. althans een beslissing te nemen als het hof juist acht met ingang van de datum van deze beschikking of als het hof juist acht;
XX. de vrouw te veroordelen in de kosten van beide procedures.