Uitspraak
GERECHTSHOF AMSTERDAM
1.[naam V.O.F.] ,
[appellant sub 2] ,
Gerechtshof Amsterdam
In deze zaak gaat het om een hoger beroep dat is ingesteld door een vennootschap onder firma (vof) en een appellant tegen een vonnis van de rechtbank Amsterdam. De zaak betreft een autoverzekering afgesloten bij Delta Lloyd voor een BMW M6 Coupe V10. De appellanten hebben schade gemeld na een ongeval op 29 november 2015, waarbij de auto te water raakte. Delta Lloyd heeft de schade-expert ingeschakeld, die vaststelde dat de motor van de auto in slechte technische staat verkeerde vóór het ongeval. Delta Lloyd weigerde vervolgens de schadevergoeding, omdat zij van mening was dat de appellanten opzettelijk hadden verzwegen dat de motor niet in goede staat was. De rechtbank heeft de vorderingen van de appellanten afgewezen en die van Delta Lloyd toegewezen, waarbij werd geoordeeld dat de appellanten opzettelijk onjuiste informatie hadden verstrekt. In hoger beroep hebben de appellanten grieven aangevoerd tegen dit oordeel. Het hof heeft de appellanten toegelaten tot tegenbewijs tegen de stelling dat de appellant sub 2 wist dat de motor in slechte staat verkeerde ten tijde van de schademelding. Het hof heeft de zaak aangehouden voor getuigenverhoor en verdere beslissingen.