ECLI:NL:GHAMS:2020:2091
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep inzake woonplaats en vexatoir loonbeslag in huurgeschil
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van [appellant] tegen een vonnis van de kantonrechter in Amsterdam. [appellant] vordert dat het hof voor recht verklaart dat hij ten tijde van een eerdere kortgedingprocedure geen woonplaats had in het gehuurde en dat het loonbeslag dat door de verhuurder, Woningstichting Rochdale, op zijn inkomen is gelegd, vexatoir was. De vader van [appellant] huurde de woning van Rochdale, en [appellant] stond daar ingeschreven tot 1 augustus 2013. In 2013 werd er een kort geding aangespannen door Rochdale, waarbij [appellant] verstek liet gaan. Het kortgedingvonnis leidde tot een ontruiming en loonbeslag. [appellant] stelt dat hij op het moment van de dagvaarding geen woonplaats had in het gehuurde en dat hij niet als partij kan worden beschouwd in het geschil. De kantonrechter heeft zijn vorderingen afgewezen, wat [appellant] in hoger beroep aanvecht. Het hof heeft de zaak verwezen naar de rol voor uitlating door Rochdale over de stellingen van [appellant].