ECLI:NL:GHAMS:2020:1099
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep inzake arbeidsovereenkomst en gevolgen van ontslag in eerdere procedure
In deze zaak gaat het om een hoger beroep dat [appellante] heeft ingesteld tegen een vonnis van de kantonrechter in de rechtbank Noord-Holland. De zaak betreft een arbeidsovereenkomst tussen [appellante] en Verbo Transport B.V. [appellante] was vennoot van de vennootschap onder firma Verbo Transport V.O.F. en is per 1 februari 2015 in dienst getreden bij Verbo op basis van een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd. Er is onduidelijkheid over de overeengekomen arbeidsduur, waarbij [appellante] stelt dat deze veertig uur per week was, terwijl Verbo dit betwist. Na een ontslag op staande voet door Verbo, heeft [appellante] de kantonrechter verzocht het ontslag te vernietigen en vorderingen ingesteld met betrekking tot achterstallig salaris. De kantonrechter heeft het ontslag op staande voet vernietigd, maar de arbeidsovereenkomst ontbonden op basis van een verstoorde arbeidsverhouding. In hoger beroep heeft het hof [appellante] toegestaan om getuigenbewijs te leveren over de overeengekomen arbeidsduur. Het hof heeft de zaak naar de rol verwezen voor het opgeven van verhinderdata voor de getuigenverhoren. De beslissing van de kantonrechter om de vorderingen van beide partijen af te wijzen, is in stand gehouden, en Verbo is in de proceskosten verwezen.