ECLI:NL:GHAMS:2020:1017
Gerechtshof Amsterdam
- Beschikking
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep over gefixeerde schadevergoeding na ontslag op staande voet wegens creditcardfraude
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van een werknemer, aangeduid als [appellant], die door zijn werkgever, INTERNATIONAL CARD SERVICES B.V. (ICS), op staande voet is ontslagen wegens vermeende creditcardfraude. De werknemer betwist de gefixeerde schadevergoeding die hem is opgelegd, omdat hij stelt dat er geen sprake was van opzet of schuld. Hij beweert dat zijn handelingen bedoeld waren om een 'lek' binnen ICS zichtbaar te maken en om ICS onder druk te zetten om geen incassokosten bij klanten in rekening te brengen. Het Gerechtshof Amsterdam oordeelt echter dat de werknemer door zijn handelen een dringende reden heeft gegeven voor ontslag, en dat de gefixeerde schadevergoeding verschuldigd is. Het hof bevestigt de hoogte van de schadevergoeding, die is vastgesteld op € 9.967,93, en wijst het verzoek tot matiging van de schadevergoeding af. De uitspraak van de kantonrechter wordt bekrachtigd, en de werknemer wordt veroordeeld in de kosten van het geding in hoger beroep.