3.6.Naar het oordeel van het hof kan in het midden blijven of de door Skyvets respectievelijk door IDEXX uitgebrachte mededelingen tekortkomingen in de nakoming van de overeenkomst vormen. Zelfs indien het hof tot de conclusie zou komen dat de verklaring van SkyVets van 12 november 2015 geen tekortkoming vormt en die van IDEXX van 1 december 2015 wel (omdat daarmee de artikelen 1.4 en 11.7 van de overeenkomst zouden zijn geschonden) dan nog dient het hof te beslissen, gelet op het door IDEXX gevoerde subsidiaire verweer, of die tekortkoming van IDEXX ‘van voldoende gewicht is’ en daarmee de algehele ontbinding van de overeenkomst door SkyVets rechtvaardigt. Naar het oordeel van het hof is dit niet het geval en wel om de volgende redenen.
3.6.1.Van belang is in de eerste plaats de inhoud en aard van de volgens SkyVets door IDEXX geschonden bedingen, de artikelen 1.4 en 11.7 van de overeenkomst. Deze bevatten een verbod voor IDEXX om contact op te nemen met klanten van SkyVets zonder voorafgaande expliciete instemming van SkyVets, respectievelijk een verbod, gedurende de uitloopperiode, om dergelijk contact op te nemen, met uitzondering van bepaalde mededelingen aan het algemene publiek. De bedoeling van deze bedingen is kennelijk te voorkomen dat IDEXX gedurende de looptijd van de overeenkomst (inclusief de uitloopperiode daarvan) klanten ‘wegkaapt’ bij SkyVets door dier netwerk te gebruiken voor het werven van eigen klanten. SkyVets heeft weliswaar gesteld, onder verwijzing naar de e-mailcorrespondentie tussen partijen die vooraf is gegaan aan het uitbrengen van haar eigen verklaring op 12 november 2015 (zie 2.7.), dat IDEXX de intentie had om, gedurende de uitloopperiode, klanten van SkyVets over te nemen, maar het hof kan die bedoeling uit de genoemde e-mails niet afleiden. In het laatste voorstel van IDEXX werd niet meer van “IDEXX Animana customers” gesproken en SkyVets heeft onvoldoende uitgelegd waarom de aankondiging dat gebruikers van het softwaresysteem na de uitloopperiode vanuit IDEXX zouden worden begeleid, in strijd was met de inhoud van de overeenkomst. Voorts heeft SkyVets in het geheel niet toegelicht welke concrete, nadelige gevolgen zij heeft ondervonden van de notificatie die IDEXX vervolgens op 1 december 2015 heeft verzonden, welke gevolgen zij ter zitting als ‘desastreus’ heeft gekwalificeerd. Zij heeft weliswaar gesteld dat door het bericht ‘de rechtstreekse communicatie tussen IDEXX en de klanten van SkyVets was geopend’, dat hierdoor ‘het fundament achter de uitloopperiode was weggeslagen’, en dat zij ‘geen andere keuze had dan de overeenkomst te ontbinden, maar zij heeft niet gesteld wat daarvan dan weer het concrete, schadelijke, gevolg is geweest, bijvoorbeeld dat zij daadwerkelijk klanten heeft verloren. Het niet nader concretiseren van deze gevolgen is des te opvallender nu SkyVets wel erop heeft gewezen dat naar aanleiding van haar eigen verklaring (van 12 november 2015) slechts drie van de 71 klanten IDEXX hebben benaderd met vragen over de toekomst van de software. SkyVets heeft daarnaast nog aangevoerd dat zij niet over de financiële middelen beschikte om nieuwe software te laten ontwikkelen voor haar klanten, maar dat staat los van de notificatie die IDEXX op 1 december 2015 heeft uitgebracht en is daarvan niet een gevolg geweest.
3.6.2.In de tweede plaats moet worden gewezen op de omstandigheden waaronder IDEXX had besloten op 1 december 2015 een verklaring uit te brengen: deze verklaring was immers een reactie op de verklaring die SkyVets zelf op 12 november 2015 had uitgebracht. Het is partijen niet gelukt om gezamenlijk een verklaring naar de klanten te sturen over de beëindiging van de samenwerking tussen partijen. Hierover heeft slechts kort, gedurende enkele dagen, overleg plaatsgevonden. Naar het oordeel van het hof heeft SkyVets onvoldoende moeite gedaan om alsnog tot een gezamenlijke verklaring te komen. Door het overleg af te breken en vervolgens zonder instemming van IDEXX eenzijdig een verklaring aan de klanten te sturen, heeft SkyVets in zekere zin de daarop volgende notificatie van IDEXX uitgelokt. In de verklaring van SkyVets stond immers onder meer dat bepaalde beoogde functionaliteiten nog niet waren geïmplementeerd, dat IDEXX, door de beëindiging van de samenwerking, niet meer gehouden was de software verder te ontwikkelen en dat dat vermoedelijk ook niet meer zou gaan gebeuren. Aldus heeft SkyVets haar klanten nagenoeg uitgenodigd om voor een ander pakket te kiezen.
3.6.3.Daar komt bij, in de derde plaats, dat niet valt in te zien waarom de notificatie van IDEXX van 1 december 2015 schadelijk zou kunnen zijn geweest voor (het behoud van de klanten door) SkyVets, gelet op de inhoud en toonzetting daarvan. Met de inhoud heeft IDEXX klaarblijkelijk de klanten van SkyVets die het softwaresysteem gebruiken willen geruststellen dat IDEXX hen zal blijven ondersteunen, hetzij rechtstreeks, hetzij via een distributeur, en de software zal blijven ontwikkelen. De toonzetting van het bericht is neutraal en bevat geen enkele verwijzing, laat staan een negatieve verwijzing, naar SkyVets. Naar het oordeel van het hof ligt het meer voor de hand dat zonder een dergelijke geruststelling de klanten van SkyVets gedurende de uitloopperiode eerder geneigd zouden zijn geweest om de samenwerking met SkyVets te beëindigen.
3.6.4.In de vierde plaats is van belang dat SkyVets ook minder ingrijpende middelen ter beschikking hebben gestaan om de, naar zij stelt, door haar geleden schade te verhalen op IDEXX, zoals het indienen van een vordering tot vervangende schadevergoeding. Door het ingrijpende middel van ontbinding in te roepen, heeft SkyVets zelf ervoor gekozen de door partijen overeengekomen uitloopperiode af te breken, met alle gevolgen van dien. Hiermee heeft zij als het ware haar eigen ruiten ingegooid. Dat SkyVets hiertoe genoopt was om haar eigen aansprakelijkheid jegens haar klanten uit te sluiten, is een omstandigheid die niet nader is toegelicht door SkyVets en, bij gebreke aan motivering, evenmin de ontbinding kan rechtvaardigen.