ECLI:NL:GHAMS:2019:683
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- A.D.R.M. Boumans
- P. Greve
- P.C. Römer
- Rechtspraak.nl
Bevestiging vrijspraak met aanvullende overweging over geurspoor in hoger beroep
In deze zaak heeft het gerechtshof Amsterdam op 27 februari 2019 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen het vonnis van de politierechter in de rechtbank Noord-Holland, dat op 19 december 2016 was gewezen. Het hoger beroep was ingesteld door het openbaar ministerie tegen de vrijspraak van de verdachte, die in deze zaak werd beschuldigd van diefstal. Tijdens de zitting in hoger beroep op 13 februari 2019 heeft de advocaat-generaal gevorderd dat de verdachte zou worden veroordeeld tot een voorwaardelijke gevangenisstraf van drie maanden, met een proeftijd van twee jaar, en een taakstraf van 100 uren.
Het hof heeft het vonnis van de politierechter bevestigd, maar met aanvullende overwegingen. Het hof oordeelde dat er onvoldoende bewijs was voor de stelling van de advocaat-generaal dat er sprake was van twee daders en een nauwe samenwerking tussen de verdachte en een onbekende mededader. Hoewel er een geurspoor was opgepikt door een politiehond, was de verdachte niet in overeenstemming met het signalement van de persoon die bij de bestelbus was gezien. Dit deed afbreuk aan de betrouwbaarheid van het geurspoor.
Het hof concludeerde dat uit de bewijsmiddelen niet met voldoende zekerheid kon worden afgeleid dat de verdachte de gestolen goederen had verkregen, al dan niet in vereniging met een ander. De beslissing van het hof was dus om het vonnis waarvan beroep te bevestigen, met inachtneming van de aanvullende overwegingen over het bewijs.