ECLI:NL:GHAMS:2019:5134
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Bevestiging van vonnis met aanpassing van bijzondere voorwaarden in hoger beroep
In deze zaak heeft het gerechtshof Amsterdam op 24 september 2019 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Noord-Holland, dat op 6 november 2017 was gewezen. De zaak betreft een verdachte, geboren in 1998, die in hoger beroep is gegaan tegen het eerder uitgesproken vonnis. Het hof heeft het onderzoek ter terechtzitting in hoger beroep op 10 september 2019 gehouden en heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal, die een taakstraf van 180 uren heeft geëist, met een voorwaardelijke straf en een proeftijd van 2 jaren. Het hof heeft het vonnis waarvan beroep bevestigd, maar met de aanpassing dat de bijzondere voorwaarden zoals opgenomen in de aantekening van het mondeling vonnis niet worden overgenomen, omdat deze niet in het dictum van het uitgewerkte vonnis zijn opgenomen. Het hof heeft overwogen dat de persoonlijke omstandigheden van de verdachte en het aandeel van anderen in het tenlastegelegde geen aanleiding geven tot een andere strafoplegging. De beslissing van het hof houdt in dat het vonnis waarvan beroep wordt vernietigd voor wat betreft de bijzondere voorwaarden, maar voor het overige wordt het vonnis bevestigd. De uitspraak is gedaan door de meervoudige strafkamer van het gerechtshof Amsterdam, met de griffier mr. J.M. van Riel aanwezig, en is openbaar uitgesproken op de zitting van 24 september 2019.