ECLI:NL:GHAMS:2019:5013
Gerechtshof Amsterdam
- Wraking
- Rechtspraak.nl
Verzoek tot wraking van een kantonrechter in hoger beroep
Op 8 mei 2019 heeft verzoekster een wrakingsverzoek ingediend bij de rechtbank Amsterdam tegen mr. M.E.B. Terwee, kantonrechter te Amsterdam, in de hoofdzaak met nummer 7439005 CV EXPL 19-29. De wrakingskamer van de rechtbank heeft op 17 mei 2019 het verzoek tot wraking afgewezen en verzoekster niet-ontvankelijk verklaard. Hierop heeft verzoekster op 22 augustus 2019 een schrijven gestuurd naar het gerechtshof Amsterdam met het verzoek om hoger beroep/cassatie tegen de beslissing van de wrakingskamer. Het gerechtshof heeft de zaak op 24 september 2019 behandeld, waarbij werd overwogen dat ingevolge artikel 39, lid 5, van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering geen rechtsmiddel openstaat tegen de beslissing op het wrakingsverzoek. Hierdoor is verzoekster niet-ontvankelijk verklaard in haar verzoek tot hoger beroep. De wrakingskamer heeft besloten dat er geen mondelinge behandeling van het verzoek plaatsvond, conform artikel 11 lid 1 van het Wrakingsprotocol van het gerechtshof Amsterdam en het gerechtshof Den Haag. De uitspraak is gedaan door de rechters H.M.J. Quaedvlieg, E.A.G. van der Ouderaa en P.F.E. Geerlings, in tegenwoordigheid van griffier mr. S. Pesch.