Uitspraak
Onderzoek van de zaak
Ontvankelijkheid van de verdachte in het hoger beroep
Tenlasteleggingen
(zaaksdossier 1)
(zakendossier 2)
hij op of omstreeks 26 september 2015 te Amsterdam, in elk geval in Nederland, een bankpas heeft verworven, en/of voorhanden heeft gehad, terwijl hij ten tijde van de verwerving en/of het voorhanden krijgen wist, althans redelijkerwijs had moeten vermoeden, dat het (een) door diefstal in elk geval (een) door misdrijf verkregen goed(eren) betrof;
hij op of omstreeks 26 september 2015 te Amsterdam, althans in Nederland, opzettelijk een bankpas, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [aangever zaakdossier 2] , in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte, en welk goed verdachte anders dan door misdrijf onder zich had, te weten als vinder, wederrechtelijk zich heeft toegeëigend;
(zakendossier 2)
(zakendossier 3)
(zaaksdossier 6)
(zakendossier 7)
(zakendossier 7)
(zakendossier 8)
hij in of omstreeks de periode van 15 november 2015 tot en met 16 november 2015 te Amsterdam, in elk geval in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, een horloge (merk Rolex) heeft/hebben verworven en/of voorhanden heeft/hebben gehad, terwijl hij en/of zijn mededader(s) ten tijde van de verwerving of het voorhanden krijgen wist(en), althans redelijkerwijs had(den) moeten vermoeden, dat het (een) door diefstal, in elk geval (een) door misdrijf verkregen goed(eren) betrof;
(zaaksdossier 8)
(zakendossier 10)
(zaaksdossier 11)
(zaaksdossier 13)
(gevoegde zaak 741.213/15)
(zaaksdossier 14)
Vonnis waarvan beroep
De bespreking van een gesteld vormverzuim
Vrijspraak zaak A, feit 2 primair en subsidiair
Vrijspraak zaak A, feit 10
Bewijs
IMEI-nummer [IMEI-nummer 1]heeft.
telefoonnummer [telefoonnummer 1 verdachte](SIL03). Gebleken is dat dit nummer in de telefoon van [medeverdachte 1] (Samsung Galaxy S4 met IMEI-nummer [IMEI-nummer 4] ) staat opgeslagen onder de naam ‘
[bijnaam verdachte]’.
telefoonnummer [telefoonnummer 2 verdachte](SIL04). Verder is gebleken dat dit telefoonnummer in de telefoon van [medeverdachte 1] staat opgeslagen onder de naam ‘
[bijnaam verdachte]’. Tijdens een verhoor bij de politie op 15 november 2015 heeft [medeverdachte 1] verklaard dat hij [verdachte] ‘
[bijnaam verdachte]’ noemt.
telefoonnummer [telefoonnummer 3 verdachte]gegeven als zijn nummer.
[telefoonnummer 1 verdachte] , [telefoonnummer 2 verdachte] en [telefoonnummer 3 verdachte]en het IMEI-nummer
[IMEI-nummer 1]in gebruik zijn geweest bij [verdachte] en dat zijn bijnamen
[bijnaam verdachte] , [bijnaam verdachte] en [bijnaam verdachte]betreffen.
Fiat 500 Abarth met kenteken [kenteken 1]is op 28 november 2014 voor een bedrag van € 11.000,- gekocht door en op naam gesteld van [verdachte] . Het hof leidt evenwel uit de navolgende feiten en omstandigheden af dat niet [verdachte] , maar [medeverdachte 2] de feitelijke eigenaar van dit voertuig is. Zo heeft [verdachte] verklaard dat de auto alleen op zijn naam stond, maar dat hij er niet in reed. [verdachte] beschikt ook niet over een rijbewijs B, benodigd voor het besturen van een dergelijke auto. [medeverdachte 2] daarentegen is in 2015 veelvuldig door de politie gecontroleerd waarbij alleen hij telkens als bestuurder van die Fiat werd aangetroffen. De Fiat 500 is op 16 november 2015 in beslag genomen. In een opgenomen telefoongesprek op 15 januari 2016 zegt [medeverdachte 2] onder meer dat een bepaalde garage hem bekend voorkomt ‘
Misschien bij die Fiat, waar ik die Fiat heb gehaald’ en op de vraag van de ander of hij nog iets heeft gehoord over de Fiat, antwoordt [medeverdachte 2] ‘
Nee man, nog onderzoek’. In een telefoongesprek later die dag zegt [medeverdachte 2] ‘
[bijnaam verdachte](naar het hof begrijpt: [verdachte] )
moet volgende maand voorkomen. Als hij vrij komt mag hij volgens mij gelijk die ding meenemen. Ik zit te kijken man, tussen de 10 zo 11. 10 denk ik strak. Dan doe ik hem wel weg.’
Nee man, nog onderzoek’). Uit het feit dat [medeverdachte 2] in de ik-vorm spreekt (‘
waarikdie Fiat heb gehaald’ en ‘
Dan doeikhem wel weg’) volgt naar het oordeel van het hof eveneens dat [medeverdachte 2] de feitelijke eigenaar is van de auto. Een bevestiging hiervoor kan ook worden gevonden in het feit dat bij de doorzoeking van de woning van [medeverdachte 2] aan de [adres medeverdachte 2] te Amsterdam op 8 februari 2016 typische, aan de eigenaar toebehorende, voorwerpen betreffende de Fiat 500 zijn aangetroffen: de autosleutel, de koopovereenkomst van 28 november 2014, de aankoopfactuur ten bedrage van € 11.000,-de tenaamstelling op naam van [verdachte] en een brief betreffende het kentekenbewijs en de tenaamstellingscode voor de Fiat 500. Het hof is op grond van het voorgaande van oordeel dat [medeverdachte 2] als eigenaar van de Fiat met kenteken [kenteken 1] dient te worden aangemerkt.
telefoonnummer [telefoonnummer 1 medeverdachte 2]. Dat telefoonnummer maakt het meest gebruik van de zendmast op de locatie [adres] te Amsterdam. Dat is ongeveer 500 meter van de woning van [medeverdachte 2] aan de [adres medeverdachte 2] te Amsterdam. In de top tien van tegennummers van dit telefoonnummer staan telefoonnummers die te koppelen zijn aan [verdachte] en [medeverdachte 1] . Bovendien peilt het telefoonnummer [telefoonnummer 1 medeverdachte 2] op 1 oktober 2015 omstreeks 19.50 uur uit op de Hugo de Grootkade 18 te Amsterdam, ongeveer 200 meter van de locatie waar [medeverdachte 2] – blijkens een politiemutatie – op die datum en ongeveer dat tijdstip ruzie had. Eén en ander rechtvaardigt de conclusie dat [medeverdachte 2] de gebruiker is van genoemd telefoonnummer.
telefoonnummer [telefoonnummer 2 medeverdachte 2]. Dit telefoonnummer werd tevens gebruikt in een advertentie op Marktplaats. In het kader van een pseudokoop werd contact opgenomen met dit telefoonnummer. De gebruiker nam vervolgens contact op via WhatsApp en stuurde daarbij een nieuw telefoonnummer, te weten het
telefoonnummer [telefoonnummer 3 medeverdachte 2]. Op de profielfoto behorende bij dit nummer wordt [medeverdachte 2] herkend door verbalisant [verbalisant]. Vervolgens werd een technische actie aangesloten op het nummer [telefoonnummer 3 medeverdachte 2] . Hieruit blijkt dat het toestel met dit nummer tijdens het merendeel van de opgenomen gesprekken gebruikmaakt van een zendmast op de locatie [adres] te Amsterdam, 500 meter verwijderd van het eerder genoemde adres van [medeverdachte 2] . Zo ook tijdens een gesprek met een vrouw op 26 november 2015. Deze vrouw noemt de gebruiker van voormeld nummer ‘ [voornaam medeverdachte 2] ’ en ‘vieze Oostblokker’. [voornaam medeverdachte 2] [medeverdachte 2] is geboren in [geboorteplaats] te voormalig Joegoslavië. Ook tijdens een gesprek op 27 november 2015 maakt het telefoonnummer gebruik van voormelde zendmast. Tijdens dit gesprek, met een man die zichzelf bekend maakt als een medewerker van de gemeente Amsterdam, noemt de gebruiker van telefoonnummer [telefoonnummer 3 medeverdachte 2] zichzelf ‘meneer [medeverdachte 2] ’ en geeft hij de postcode en het huisnummer van zijn moeder op.
Fiat Abarthmet kenteken [kenteken 1] en de gebruiker is van de telefoonnummers
[telefoonnummer 1 medeverdachte 2] , [telefoonnummer 2 medeverdachte 2] en [telefoonnummer 3 medeverdachte 2].
Ford Focus met kenteken [kenteken 2] .[medeverdachte 1] was tevens eigenaar van een grijze
Renault Megane met kenteken [kenteken 3]. Deze auto is op 10 november 2015 door de politie doorzocht, waarbij een Nokia is gevonden met
IMEI-nummer [IMEI-nummer 5]. [medeverdachte 1] heeft bij de politie verklaard dat die telefoon van hem was. In die telefoon heeft een simkaart met het
telefoonnummer [telefoonnummer 1 medeverdachte 1]gezeten. In (onder andere) zijn verhoor van 17 november 2015 geeft [medeverdachte 1] dit nummer op als zijn telefoonnummer. Op 16 november 2015 wordt in de Nokia een simkaart met
telefoonnummer [telefoonnummer 2 medeverdachte 1]geplaatst. Blijkens stemherkenning is [medeverdachte 1] dan nog steeds de gebruiker van deze telefoon.
telefoonnummer [telefoonnummer 3 medeverdachte 1]heeft van
[IMEI-nummer 5], de telefoonnummers
[telefoonnummer 1 medeverdachte 1] , [telefoonnummer 2 medeverdachte 1] en [telefoonnummer 3 medeverdachte 1] ,de
Ford Focus met kenteken [kenteken 2]en de
Renault Megane met kenteken [kenteken 3].
het hof begrijpt: weg) moet gaan omdat ‘deze wel heet is’
(het hof begrijpt: gestolen). Uit deze tapgesprekken volgt dat [medeverdachte 2] op de hoogte was van de aanwezigheid van het (ontvreemde) horloge bij [verdachte] en dat hij wist dat [verdachte] het horloge ging verkopen en aan laatstgenoemde zelfs aanwijzingen heeft gegeven met betrekking tot de verkoopprijs.
Bewezenverklaring
op 23 september 2015 te Amsterdam, op de openbare weg, de [adres zaakdossier 1] , met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen een tas, inhoudende onder meer een geldbedrag van ongeveer 1700,- euro en een bankpas en een sleutelbos en een telefoon, toebehorende aan [aangever zaakdossier 1] , welke diefstal werd vergezeld van geweld tegen [aangever zaakdossier 1] , gepleegd met het oogmerk om die diefstal gemakkelijk te maken, welk geweld hierin bestond dat verdachte met kracht aan voornoemde tas heeft getrokken, welke tas door [aangever zaakdossier 1] werd vastgehouden, en voornoemde tas met kracht uit de handen van [aangever zaakdossier 1] heeft getrokken;
op 26 september 2015 te Amsterdam, opzettelijk een bankpas, toebehorende aan [aangever zaakdossier 2] , welk goed verdachte anders dan door misdrijf onder zich had, te weten als vinder, wederrechtelijk zich heeft toegeëigend;
op 26 september 2015 te Amsterdam, ter uitvoering van het door hem voorgenomen misdrijf om met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening uit een geldautomaat weg te nemen een geldbedrag, toebehorend aan [aangever zaakdossier 2] , en dat weg te nemen geldbedrag onder zijn bereik te brengen door middel van een valse sleutel, een bankpas ten name gesteld van [aangever zaakdossier 2] , heeft gestopt in voornoemde geldautomaat en een pincode heeft ingetoetst;
op 28 september 2015 te Overveen, op de openbare weg, de [adres zaakdossier 3] , tezamen en in vereniging met een ander, met het oogmerk om zich en/of anderen wederrechtelijk te bevoordelen door bedreiging met geweld [aangever zaakdossier 3] heeft gedwongen tot de afgifte van een portemonnee, inhoudende een geldbedrag van ongeveer 800,- euro en twee bankpassen en een rijbewijs en verzekeringspassen en een Oostenrijkse identiteitskaart, toebehorende aan [aangever zaakdossier 3] , welke bedreiging met geweld hierin bestond dat verdachte en/of zijn mededader een op een vuurwapen gelijkend voorwerp hebben gericht op het hoofd van [aangever zaakdossier 3] en tegen [aangever zaakdossier 3] hebben gezegd: "Money, money, money"
op 10 november 2015 te Spanbroek, gemeente Opmeer, ter uitvoering van het door hem voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging met een ander, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening uit een kluis of stalen kast weg te nemen enig goed, toebehorend aan [bedrijf] en/of aan [aangever zaakdossier 6] , en zich daarbij de toegang tot die kluis of stalen kast te verschaffen door middel van verbreking van (een slot van) voornoemde kluis of stalen kast, opzettelijk met zijn mededader naar die kluis of stalen kast is toegegaan, waarna verdachte en zijn mededader, met een voorwerp, (het slot van) die kluis of stalen kast hebben geforceerd;
op 12 november 2015 te Purmerend, op de openbare weg, de [adres zaakdossier 7] , tezamen en in vereniging met een ander, met het oogmerk om zich en/of anderen wederrechtelijk te bevoordelen door bedreiging met geweld [aangever zaakdossier 7] heeft gedwongen tot de afgifte van een geldbedrag van 50,- euro, toebehorende aan [aangever zaakdossier 7] , welke bedreiging met geweld hierin bestond dat verdachte of zijn mededader een op een vuurwapen gelijkend voorwerp aan [aangever zaakdossier 7] hebben getoond en tegen [aangever zaakdossier 7] hebben gezegd: "Geld, geld, Money, Money";
op 12 november 2015 te Purmerend, op de openbare weg, de [adres zaakdossier 7] , ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging met een ander, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening weg te nemen een tas (met inhoud), toebehorende aan [aangeefster zaakdossier 7] , en daarbij die voorgenomen diefstal te doen voorafgaan en vergezellen van geweld en bedreiging met geweld tegen [aangeefster zaakdossier 7] en/of diens echtgenoot [aangever zaakdossier 7] , te plegen met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en gemakkelijk te maken en het bezit van het gestolene te verzekeren, met zijn mededader een op een vuurwapen gelijkend voorwerp aan [aangever zaakdossier 7] hebben getoond en tegen [aangeefster zaakdossier 7] en/of [aangever zaakdossier 7] hebben gezegd: "Geld, geld, money, money" en "Niet gillen, anders ga ik schieten", en [aangeefster zaakdossier 7] op de grond hebben geduwd en voornoemde tas, welke [aangeefster zaakdossier 7] droeg, hebben vastgepakt en [aangeefster zaakdossier 7] hebben geschopt en, toen [aangever zaakdossier 7] zijn vrouw wilde helpen en/of beschermen, [aangever zaakdossier 7] met een op een vuurwapen gelijkend voorwerp op zijn achterhoofd hebben geslagen en [aangever zaakdossier 7] op de grond hebben geduwd en [aangever zaakdossier 7] hebben geschopt tegen diens lichaam en hoofd;
op 15 november 2015 te Amsterdam, op een openbare weg, tezamen en in vereniging met een ander, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen een portemonnee (met inhoud) en een mobiele telefoon (iPhone 5s) en een horloge (merk Rolex), toebehorende aan [aangever zaakdossier 8] , welke diefstal werd voorafgegaan en vergezeld van geweld tegen [aangever zaakdossier 8] , gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en gemakkelijk te maken, welk geweld hierin bestond, dat verdachte en zijn mededader opzettelijk gewelddadig, terwijl [aangever zaakdossier 8] in de auto van verdachte en/of zijn mededader meereed,
op 16 november 2015 te Amsterdam een wapen van categorie III, te weten een gas(alarm)pistool, merk Kimar, model 75Auto, voorhanden heeft gehad;
op 21 oktober 2015 te Bussum, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening uit een woning, gelegen aan de [adres zaakdossier 11] , heeft weggenomen een kluis, inhoudende een geldbedrag van 1850,- euro en staatsloten en sleutels en pasjes en een gouden trouwring en een horloge (merk Breitling) en diverse papieren en diverse Nederlandse munten en diverse kledingstukken en een lamp en horloges en parfum en speakers en een computer (merk Apple iMac) en een Apple tv en diverse elektronische apparatuur en een zonnebril en een sigarendoos met sigaren en een slof sigaretten en diverse flessen sterke drank, toebehorende aan [aangever zaakdossier 11] , waarbij verdachte zich de toegang tot die woning heeft verschaft door middel van braak op een raam;
op 2 november 2015 te Amsterdam, op de openbare weg, de [adres zaakdossier 13] , tezamen en in vereniging met een ander, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen een portemonnee (met inhoud) en een sleutelbos, toebehorende aan [aangever zaakdossier 13] (geboren in 1933), welke diefstal werd vergezeld van geweld tegen [aangever zaakdossier 13] , gepleegd met het oogmerk om die diefstal gemakkelijk te maken, welk geweld hierin bestond, dat verdachte en zijn mededader opzettelijk gewelddadig en dreigend [aangever zaakdossier 13] van achteren en bij diens mond en gezicht hebben vastgepakt en vastgehouden en [aangever zaakdossier 13] naar achteren hebben getrokken en de broekzak van [aangever zaakdossier 13] hebben doorzocht en voornoemde portemonnee, welke aan een ketting bevestigd zat aan de kleding, en sleutelbos uit de broekzak van [aangever zaakdossier 13] hebben (los)getrokken en weggenomen;
op 6 oktober 2015 te Amsterdam, een wapen van categorie III, te weten een pistool, merk CZ, model 75B, voorhanden heeft gehad;
Strafbaarheid van het bewezen verklaarde
Strafbaarheid van de verdachte
Beslag
Vordering van de benadeelde partij [aangever zaakdossier 1]
Vordering van de benadeelde partij [aangever zaakdossier 7]
Vordering van de benadeelde partij [aangeefster zaakdossier 7]
Vordering van de benadeelde partij [aangever zaakdossier 8]
Vordering van de benadeelde partij [aangever zaakdossier 13]
Toepasselijke wettelijke voorschriften
Vordering tenuitvoerlegging
BESLISSING
zaak A(met parketnummer 13-680260-15) onder 5 en 11 ten laste gelegde.
zaak A(met parketnummer 13-680260-15) onder
zaak A(met parketnummer
zaak B
zaak A(met parketnummer 13-680260-15) onder 1, 2 meer subsidiair, 3, 4, 6, 7, 8, 9 primair, 12, 13, 14 en 15 en in de
zaak B(met parketnummer 13-689133-16) bewezen verklaarde strafbaar, kwalificeert dit als hiervoor vermeld en verklaart de verdachte strafbaar.
gevangenisstrafvoor de duur van
70 (zeventig) maanden.
onttrekking aan het verkeervan het in beslag genomen, nog niet teruggegeven voorwerp, te weten:
€ 2.672,50 (tweeduizend zeshonderdtweeënzeventig euro en vijftig cent) bestaande uit € 2.172,50 (tweeduizend honderdtweeënzeventig euro en vijftig cent) materiële schade en € 500,00 (vijfhonderd euro) immateriële schade, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de hierna te noemen aanvangsdatum tot aan de dag der voldoening.
€ 2.672,50 (tweeduizend zeshonderdtweeënzeventig euro en vijftig cent) bestaande uit € 2.172,50 (tweeduizend honderdtweeënzeventig euro en vijftig cent) materiële schade en € 500,00 (vijfhonderd euro) immateriële schade, bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door
36 (zesendertig) dagen hechtenis, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de hierna te noemen aanvangsdatum tot aan de dag der voldoening, met dien verstande dat de toepassing van die hechtenis de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet opheft.
€ 1.050,00 (duizend vijftig euro) bestaande uit € 50,00 (vijftig euro) materiële schade en € 1.000,00 (duizend euro) immateriële schade, waarvoor de verdachte met de mededader(s) hoofdelijk voor het gehele bedrag aansprakelijk is, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de hierna te noemen aanvangsdatum tot aan de dag der voldoening.
20 (twintig) dagen hechtenis, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de hierna te noemen aanvangsdatum tot aan de dag der voldoening, met dien verstande dat de toepassing van die hechtenis de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet opheft.
€ 1.050,00 (duizend vijftig euro) bestaande uit € 50,00 (vijftig euro) materiële schade en € 1.000,00 (duizend euro) immateriële schade, waarvoor de verdachte met de mededader hoofdelijk voor het gehele bedrag aansprakelijk is,
vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de hierna te noemen aanvangsdatum tot aan de dag der voldoening.
€ 1.050,00 (duizend vijftig euro) bestaande uit € 50,00 (vijftig euro) materiële schade en € 1.000,00 (duizend euro) immateriële schade, bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door
20 (twintig) dagen hechtenis, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de hierna te noemen aanvangsdatum tot aan de dag der voldoening, met dien verstande dat de toepassing van die hechtenis de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet opheft.
€ 2.106,95 (tweeduizend honderdzes euro en vijfennegentig cent) bestaande uit € 906,95 (negenhonderdzes euro en vijfennegentig cent) materiële schade en € 1.200,00 (duizend tweehonderd euro) immateriële schade, waarvoor de verdachte met de mededader hoofdelijk voor het gehele bedrag aansprakelijk is, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de hierna te noemen aanvangsdatum tot aan de dag der voldoening.
€ 2.106,95 (tweeduizend honderdzes euro en vijfennegentig cent) bestaande uit € 906,95 (negenhonderdzes euro en vijfennegentig cent) materiële schade en € 1.200,00 (duizend tweehonderd euro) immateriële schade, bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door
€ 832,40 (achthonderdtweeëndertig euro en veertig cent) bestaande uit € 182,40 (honderdtweeëntachtig euro en veertig cent) materiële schade en € 650,00 (zeshonderdvijftig euro) immateriële schade, waarvoor de verdachte met de mededader hoofdelijk voor het gehele bedrag aansprakelijk is,
vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de hierna te noemen aanvangsdatum tot aan de dag der voldoening.
€ 832,40 (achthonderdtweeëndertig euro en veertig cent) bestaande uit € 182,40 (honderdtweeëntachtig euro en veertig cent) materiële schade en € 650,00 (zeshonderdvijftig euro) immateriële schade, bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door
16 (zestien) dagen hechtenis, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de hierna te noemen aanvangsdatum tot aan de dag der voldoening, met dien verstande dat de toepassing van die hechtenis de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet opheft.
99 (negenennegentig) dagen.