ECLI:NL:GHAMS:2019:3928

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
16 augustus 2019
Publicatiedatum
4 november 2019
Zaaknummer
23-000375-19
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Hoger beroep inzake twee bedrijfsinbraken, rijden zonder rijbewijs en gevaarlijk rijgedrag

In deze zaak heeft het gerechtshof Amsterdam op 16 augustus 2019 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de rechtbank Amsterdam. De verdachte, geboren in 1997 en thans gedetineerd in Penitentiaire Inrichting Zaanstad, was eerder vrijgesproken van enkele ten laste gelegde feiten, waaronder een inbraak op 26 september 2018. Het hof verklaarde de verdachte niet-ontvankelijk in het hoger beroep voor zover dit gericht was tegen de vrijspraken van de rechtbank. Het hof heeft de zaak beoordeeld naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting in hoger beroep op 2 augustus 2019 en de eerdere zittingen. De verdachte was betrokken bij twee bedrijfsinbraken waarbij geweld werd gebruikt, en heeft bovendien zonder rijbewijs een auto bestuurd, wat leidde tot gevaarlijk rijgedrag. Het hof bevestigde de gevangenisstraf van tien maanden en voegde daar een hechtenis van vier weken aan toe voor het gevaarlijke rijgedrag. De verdachte had eerder strafbare feiten gepleegd, waaronder rijden zonder rijbewijs, en het hof oordeelde dat de ernst van de feiten en de recidive een fikse onvoorwaardelijke vrijheidsstraf vereisten. De opgelegde straffen zijn gegrond op verschillende artikelen van het Wetboek van Strafrecht en de Wegenverkeerswet 1994.

Uitspraak

afdeling strafrecht
parketnummer: 23-000375-19
datum uitspraak: 16 augustus 2019
TEGENSPRAAK
Arrest van het gerechtshof Amsterdam gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van de rechtbank Amsterdam van 24 januari 2019 in de strafzaak onder de parketnummers 13-654154-18 en 23‑000301-17 (TUL) tegen
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1997,
adres: [adres 1], thans gedetineerd in Penitentiaire Inrichting Zaanstad te Westzaan.

Ontvankelijkheid van de verdachte in het hoger beroep

De rechtbank Amsterdam heeft de verdachte vrijgesproken van hetgeen aan hem onder 3 primair en 3 subsidiair is ten laste gelegd, alsmede van de onder 2 impliciet cumulatief ten laste gelegde inbraak op 26 september 2018. De verdachte heeft onbeperkt hoger beroep ingesteld en dit is dus mede gericht tegen de in eerste aanleg gegeven beslissingen tot vrijspraak. Gelet op hetgeen is bepaald in artikel 404, vijfde lid, van het Wetboek van Strafvordering staat voor de verdachte tegen deze beslissingen geen hoger beroep open. Het hof zal de verdachte mitsdien niet-ontvankelijk verklaren in het ingestelde hoger beroep, voor zover dat is gericht tegen de in het vonnis waarvan beroep gegeven vrijspraken.

Onderzoek van de zaak

Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting in hoger beroep van 2 augustus 2019 en, overeenkomstig het bepaalde bij artikel 422, tweede lid, van het Wetboek van Strafvordering, naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting in eerste aanleg.
Namens de verdachte is hoger beroep ingesteld tegen voormeld vonnis.
Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal en van hetgeen de verdachte en de raadsvrouw naar voren hebben gebracht.

Vonnis waarvan beroep

Het hof verenigt zich met het vonnis waarvan beroep, voor zover aan het oordeel van het hof onderworpen, en zal dit derhalve bevestigen, behalve ten aanzien van de voor het onder 4 bewezen verklaarde opgelegde ontzegging van de rijbevoegdheid.
In zoverre zal het vonnis worden vernietigd en met dien verstande dat het hof:
- de onder punt 3 (voorvragen) en punt 4 (waardering van het bewijs) van het vonnis opgenomen overwegingen vervangt door de navolgende bewijsoverweging en
- de bekennende verklaring van de verdachte in hoger beroep als extra bewijsmiddel opneemt.

Bewijsoverweging

De raadsvrouw heeft bepleit dat niet kan worden vastgesteld dat het de verdachte was, die op 5 oktober 2019 de auto heeft bestuurd. Op de vanuit een politiehelikopter opgenomen camerabeelden zijn de bestuurder en de bijrijder niet herkenbaar en is ook niet te zien waar zij naartoe renden, nu zij elkaar kruisten nadat zij uit de auto waren gesprint. De verdachte moet daarom worden vrijgesproken van het onder 4 en 5 ten laste gelegde, aldus de raadsvrouw.
Het hof overweegt als volgt.
Verscheidene verbalisanten hebben gesteld dat zij op de videobeelden hebben gezien dat de persoon die aan de bestuurderszijde uit de auto is gestapt hierna wegrende, rechtsaf sloeg en tenslotte werd aangehouden op de Hoptille in een portiek ter hoogte van perceel 14. De verdachte is de enige persoon die daar is aangehouden.
Het hof heeft geen reden om aan deze waarnemingen van de verbalisanten te twijfelen, temeer omdat de persoon die aan de bijrijderskant uit de auto is gestapt in zijn vlucht rechtdoor is gelopen, hetgeen onderscheidend is van de route die de verdachte heeft afgelegd. Ook overigens valt niet in te zien waarom het niet mogelijk zou zijn om te zien waar een persoon naartoe rent nadat hij de looprichting van een ander heeft gekruist, integendeel. Op grond van de bevindingen van de verbalisanten staat vast dat de verdachte de bestuurder was.
Het hof verwerpt het verweer.

Bewijsmiddel

Het hof neemt als extra bewijsmiddel op de verklaring van de
verdachte, afgelegd ter terechtzitting in hoger beroep van 2 augustus 2019.
Deze verklaring houdt in, voor zover van belang en zakelijk weergegeven:
Ik heb samen met [naam] op 5 oktober 2018 uit een bedrijfspand aan de [adres 2] in Koog aan de Zaan zes Mac-computers, muizen en toetsenborden gestolen. [naam] heeft de ruit ingeslagen. Ik stond buiten en heb de spullen van hem aangenomen. We zijn met de gestolen spullen weggereden. Ik ben na de achtervolging door de politie bij een voordeur van een woning aangehouden.
Ik heb op 27 september 2018 met een ander drie Mac-computers gestolen uit het bedrijf [bedrijf] aan de Westerdoksdijk in Amsterdam. Ik heb daar een ruit ingeslagen met een klein hamertje. Ik heb daarbij mijn duim geblesseerd, het bloedde.
Ik heb geen rijbewijs.

Oplegging van straf

Oordeel van de rechtbank en standpunten van partijen
De rechtbank Amsterdam heeft de verdachte veroordeeld:
- voor het in eerste aanleg onder 1 en 2 bewezen verklaarde tot een gevangenisstraf van tien maanden,
- voor het in eerste aanleg onder 4 bewezen verklaarde tot een rijontzegging van vijf maanden en
- voor het in eerste aanleg onder 5 bewezen verklaarde tot vier weken hechtenis.
De advocaat-generaal heeft gevorderd dat de verdachte zal worden veroordeeld tot:
- voor het onder 1 en 2 ten laste gelegde tot een gevangenisstraf van twaalf maanden, waarvan twee maanden voorwaardelijk,
- voor het onder 4 ten laste gelegde tot een rijontzegging van vijf maanden en
- voor het onder 5 ten laste gelegde tot vier weken hechtenis.
De raadsvrouw heeft bepleit dat de verdachte geen langduriger onvoorwaardelijke vrijheidsstraf moet ondergaan dan hij ten tijde van de terechtzitting in hoger beroep reeds heeft uitgezeten, dat is in totaal tien maanden. Indien de vordering tot tenuitvoerlegging van twee maanden wordt toegewezen, dient aan hem voor de onderhavige feiten dan maximaal acht maanden onvoorwaardelijke vrijheidsstraf te worden opgelegd, zo begrijpt het hof de raadsvrouw.
Oordeel van het hof
Het hof heeft in hoger beroep de op te leggen straf bepaald op grond van de ernst van de feiten en de omstandigheden waaronder deze zijn begaan en gelet op de persoon van de verdachte en heeft daarbij in het bijzonder het volgende in beschouwing genomen.
De verdachte heeft samen met een ander in de voor de nachtrust bestemde tijd zich schuldig gemaakt aan twee bedrijfsinbraken waarbij grof geweld is gebruikt. Ze hebben telkens een ruit ingeslagen en onder meer (dure) Apple computers losgerukt en meegenomen. De verdachte heeft geen inzicht gegeven in de bron van zijn wetenschap dat in die twee bedrijven juist computerapparatuur van dit specifieke dure merk aanwezig was, noch op de mogelijke afzetmarkt.
Hij heeft zich hierbij enkel laten leiden door het geld wat deze gestolen waar kon opleveren, zonder enig respect voor het eigendomsrecht van de gedupeerden. De inbraken hebben veel schade en overlast berokkend. Personen die boven één van de bedrijfspanden woonden zijn bovendien erg geschrokken van het geweld dat is gebruikt bij de nachtelijke inbraak, waardoor verdachte en zijn mededader voor gevoelens van onveiligheid bij deze mensen in hun woning hebben aangewakkerd.
Op 5 oktober 2018 is de verdachte na de inbraak met de medeverdachte in een auto voor de politie gevlucht. De verdachte beschikte niet over een rijbewijs terwijl hij de auto bestuurde, wat op zichzelf al onverantwoord is. Hij heeft tijdens deze achtervolging met zijn ondoordachte rijgedrag gedurende langere tijd andere weggebruikers ernstig in gevaar gebracht door meermalen te hard en op de verkeerde weghelft te rijden, terwijl soms de bijrijder gestolen goederen uit het raam op de weg gooide. Dat zij geen letsel veroorzakend ongeval voor een ander (of zichzelf) hebben veroorzaakt mag een wonder heten. Uiteindelijk is de verdachte met de auto van een talud af gereden, waardoor deze tot stilstand kwam. Hij heeft hiermee getoond dat voor hem het ontsnappen aan de politie belangrijker was dan zijn respect voor de verkeersveiligheid.
Blijkens een de verdachte betreffend uittreksel uit de Justitiële Documentatie van 16 juli 2019 is hij eerder voor strafbare feiten, waaronder voor rijden zonder rijbewijs en veelvuldig voor inbraken, onherroepelijk veroordeeld. Ook blijkt hieruit dat op 12 juni 2018, dus kort vóór de gepleegde strafbare feiten, de proeftijd aanving van een eerder voor een bedrijfsinbraak opgelegde voorwaardelijke gevangenisstraf. Dit heeft de verdachte er kennelijk niet van weerhouden opnieuw strafbare feiten te plegen.
Gelet op de ernst van de feiten en de omvang van de recidive van de verdachte, reeds op zijn jeugdige leeftijd, kan niet worden volstaan met andere straffen dan fikse onvoorwaardelijke vrijheidsstraffen. Wellicht zal hij op deze manier beseffen dat hij moet ophouden met deze manier van doen.
Het hof acht, alles afwegende, voor de bewezen verklaarde inbraken een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van tien maanden, zoals de rechtbank heeft opgelegd, passend en geboden, zodat het hof ook dit onderdeel van het vonnis zal bevestigen. Hetzelfde geldt voor de door de rechtbank opgelegde hechtenis van vier weken voor het gevaarlijke rijgedrag.
Voor het rijden zonder rijbewijs acht het hof, anders dan de rechtbank, een ontzegging van de rijbevoegdheid geen passende straf, nu het kwalijke van het handelen van de verdachte juist is dat hij de auto heeft bestuurd zonder daar toe bevoegd te zijn. Hij had immers geen rijbewijs. Mede gelet op de recidive van de verdachte ten aanzien van rijden zonder rijbewijs, acht het hof een hechtenis van twee weken passend en geboden.

Toepasselijke wettelijke voorschriften

De op te leggen straf en de door de rechtbank opgelegde en door het hof bevestigde straffen zijn gegrond op de artikelen 33, 33a, 57, 62 en 311 van het Wetboek van Strafrecht en de artikelen 5, 107 en 177 van de Wegenverkeerswet 1994.
Deze wettelijke voorschriften worden toegepast zoals geldend ten tijde van het bewezen verklaarde.

Bevestigde beslissingen van de rechtbank

Het hof bevestigt de volgende beslissingen van de rechtbank:
Verklaart bewezen dat verdachte het onder 1, 2, 4 en 5 ten laste gelegde heeft begaan.
Het bewezen verklaarde levert op:
ten aanzien van feit 1 en 2:
diefstal, door twee of meer verenigde personen waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft en het weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van braak, meermalen gepleegd;
ten aanzien van feit 4:
overtreding van artikel 107 van de Wegenverkeerswet 1994;
ten aanzien van feit 5:
overtreding van artikel 5 van de Wegenverkeerswet 1994.
Verklaart het bewezene strafbaar.
Verklaart verdachte,
[verdachte], daarvoor strafbaar.
Veroordeelt verdachte
ten aanzien van feit 1 en 2:
tot een gevangenisstraf van
10 (tien) maanden.
Beveelt dat de tijd die door veroordeelde voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en in voorlopige hechtenis is doorgebracht, bij de tenuitvoerlegging van die straf in mindering gebracht zal worden.

Veroordeelt verdachte voor feit 5 tot een hechtenis van 4 (vier) weken.

Verklaart verbeurd:
3 1.00 STK Moker, SENCYS 5640453
Gelast de teruggave aan [verdachte] van:
1 1.00 STK USB-stick (memorykaart) 5640960
2 1.00 STK USB-stick (memorykaart) 5640961
4 1.00 STK Zaktelefoon, IPHONE 7 5640947
5 1.00 STK Entreebewijs PATHE 5640454
6 1.00 STK USB-stick (memorykaart)PHILIPS 5640468
7 1.00 STK Sleutel 5640467
Tevens: een broek, schoenen, een jas en handschoenen (niet op de beslaglijst vermeld).
Gelast de tenuitvoerlegging van de straf, voor zover deze voorwaardelijk is opgelegd bij arrest van 14 juli 2017 met parketnummer 23-000301-17, namelijk gevangenisstraf voor de duur van
2 (twee) maanden.

BESLISSINGEN VAN HET HOF

Het hof:
Verklaart de verdachte niet-ontvankelijk in het hoger beroep, voor zover gericht tegen de beslissing ter zake van het onder 3 primair en 3 subsidiair ten laste gelegde en ter zake van de onder 2 impliciet cumulatief ten laste gelegde inbraak op 26 september 2018.
Vernietigt het vonnis waarvan beroep ten aanzien van de voor het onder 4 bewezen verklaarde opgelegde ontzegging van de rijbevoegdheid en doet in zoverre opnieuw recht.
Ten aanzien van het
onder 4bewezen verklaarde:
Veroordeelt de verdachte tot
hechtenisvoor de duur van
2 (twee) weken.
Bevestigt het vonnis waarvan beroep, voor zover aan het oordeel van het hof onderworpen, voor het overige.
Dit arrest is gewezen door de meervoudige strafkamer van het gerechtshof Amsterdam, waarin zitting hadden mr. W.M.C. Tilleman, mr. J.D.L. Nuis en mr. M.M. van der Nat, in tegenwoordigheid van mr. A.N. Biersteker, griffier, en is uitgesproken op de openbare terechtzitting van dit gerechtshof van 16 augustus 2019.
Mr. W.M.C. Tilleman is buiten staat dit arrest te ondertekenen.
[…]
.