ECLI:NL:GHAMS:2019:3843
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep inzake voortzetting huurovereenkomst en gemeenschappelijke huishouding
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van [appellante] tegen een vonnis van de kantonrechter in Amsterdam, waarin haar vordering tot voortzetting van de huurovereenkomst met Lieven De Key werd afgewezen. [appellante] stelt dat zij sinds 2013 in de woning van haar moeder woont en een duurzame gemeenschappelijke huishouding met haar heeft gevoerd. De kantonrechter oordeelde echter dat [appellante] niet voldeed aan de verzwaarde stelplicht met betrekking tot de gemeenschappelijke huishouding, wat leidde tot de afwijzing van haar vordering. In hoger beroep heeft [appellante] vier grieven ingediend, maar het hof oordeelt dat zij onvoldoende bewijs heeft geleverd voor haar stellingen. Het hof bevestigt de beslissing van de kantonrechter en wijst de vordering van [appellante] af. Tevens wordt [appellante] veroordeeld in de proceskosten van het geding in hoger beroep.