Uitspraak
Onderzoek van de zaak
Ontvankelijkheid van de verdachte in het hoger beroep (15-190262-16)
nietricht tegen de beslissing van de politierechter in de zaak met parketnummer 15-190262-16. Het hof zal de verdachte mitsdien – overeenkomstig het standpunt van de advocaat-generaal en mede gelet op artikel 416 lid 2 Wetboek van Strafvordering – niet-ontvankelijk verklaren in het ingestelde hoger beroep met betrekking tot het in de zaak met parketnummer 15-190262-16 tenlastegelegde feit.
Tenlastelegging (15-151951-16)
hij, op een of meer tijdstippen gelegen in of omstreeks de periode van 16 februari 2016 tot en met 12 april 2016, te Assendelft, gemeente Zaanstad, althans in Nederland, ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen, door het aannemen van een valse naam, een valse hoedanigheid, door listige kunstgrepen en/of door een samenweefsel van verdichtsels, [benadeelde], te bewegen tot de afgifte van enig goed, te weten het verstrekken van een persoonlijke lening van EUR 2500, met vorenomschreven oogmerk – zakelijk weergegeven – valselijk, listiglijk, bedrieglijk en/of in strijd met de waarheid, naar [benadeelde] een ondertekende kredietovereenkomst heeft opgestuurd en deze heeft onderbouwd met bijbehorende stukken, welke stukken bestonden uit een vervalste kopie van de UWV-betaalspecificatie en/of een vervalste kopie van zijn rekeningoverzicht, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
hij, op een of meer tijdstippen gelegen in of omstreeks de periode van 1 januari 2016 tot en met 16 februari 2016, te Assendelft, gemeente Zaanstad, althans in Nederland, meermalen, althans eenmaal, telkens een geschrift dat bestemd was om tot bewijs van enig feit te dienen, te weten een kopie van zijn rekeningoverzicht en/of een kopie van de specificatie arbeidsongeschiktheidsuitkering van het UWV, valselijk heeft opgemaakt en/of heeft vervalst door - op de specificatie arbeidsongeschiktheidsuitkering van het UWV het door verdachte te ontvangen bedrag aan te passen van EUR 326,03 naar EUR 1.326,03 en/of - op het rekeningoverzicht het door het UWV ontvangen bedrag aan te passen van EUR 324,95 naar EUR 1.324,95, met het oogmerk om het als echt en onvervalst te gebruiken of door anderen te doen gebruiken;
Vonnis waarvan beroep
Bewezenverklaring
hij, op een of meer tijdstippen gelegen in de periode van 16 februari 2016 tot en met 12 april 2016, te Assendelft ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf met het oogmerk om zich wederrechtelijk te bevoordelen, door listige kunstgrepen en een samenweefsel van verdichtsels [benadeelde], te bewegen tot de afgifte van enig goed, te weten het verstrekken van een persoonlijke lening van EUR 2500,
doordat hijmet vorenomschreven oogmerk – zakelijk weergegeven – listiglijk en in strijd met de waarheid naar [benadeelde]
hij, op tijdstippen gelegen in of omstreeks de periode van 1 januari 2016 tot en met 16 februari 2016, te Assendelft, meermalen een geschrift dat bestemd was om tot bewijs van enig feit te dienen, te weten een kopie van zijn rekeningoverzicht en een kopie van de specificatie arbeidsongeschiktheidsuitkering van het UWV heeft vervalst door
deze geschriftenals echt en onvervalst te gebruiken of door anderen te doen gebruiken.
Strafbaarheid van het bewezen verklaarde
Strafbaarheid van de verdachte
Oplegging van straf
Vordering van de benadeelde partij [benadeelde]
Vordering tenuitvoerlegging (13-241911-14)
Toepasselijke wettelijke voorschriften
BESLISSING
taakstrafvoor de duur van
100 (honderd) uren, indien niet naar behoren verricht te vervangen door
50 (vijftig) dagen hechtenis.
€ 165,00 (honderdvijfenzestig euro) ter zake van materiële schade, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de hierna te noemen aanvangsdatum tot aan de dag der voldoening.
€ 165,00 (honderdvijfenzestig euro) als vergoeding voor materiële schade, bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door
3 (drie) dagen hechtenis, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de hierna te noemen aanvangsdatum tot aan de dag der voldoening, met dien verstande dat de toepassing van die hechtenis de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet opheft.
geldboetevan
€ 350,00 (driehonderdvijftig euro), bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door
7 (zeven) dagen hechtenis.