ECLI:NL:GHAMS:2019:2487

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
25 juni 2019
Publicatiedatum
17 juli 2019
Zaaknummer
23-001231-18
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Hoger beroep tegen vonnis van de politierechter inzake huisverbod en overtreding daarvan

In deze zaak heeft het gerechtshof Amsterdam op 25 juni 2019 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Noord-Holland. De verdachte, geboren in 1987, was eerder door de burgemeester onderworpen aan een huisverbod op basis van de Wet tijdelijk huisverbod. De tenlastelegging betrof het betreden van de woning die onder het huisverbod viel en het contact opnemen met personen die in het verbod waren genoemd. Het hof heeft vastgesteld dat de verdachte op 21 maart 2018 in Purmerend in strijd met het huisverbod handelde door de woning te betreden en contact op te nemen met de in het verbod genoemde persoon. Het hof heeft het vonnis van de politierechter vernietigd en de verdachte veroordeeld tot een gevangenisstraf van twee weken, gelijk aan de tijd die hij al in voorarrest had doorgebracht. Het hof heeft daarbij rekening gehouden met de ernst van de feiten, de omstandigheden waaronder deze zijn begaan, en de persoonlijke situatie van de verdachte, die inmiddels positieve ontwikkelingen had doorgemaakt, zoals het starten van een hulpverleningstraject en het werken als kok. Het hof heeft ook de proeftijd van een eerder opgelegde voorwaardelijke gevangenisstraf met één jaar verlengd. De beslissing is genomen in het belang van zowel de verdachte als de samenleving, om te voorkomen dat de positieve ontwikkelingen van de verdachte worden doorkruist door een nieuwe detentie.

Uitspraak

afdeling strafrecht
parketnummer: 23-001231-18
datum uitspraak: 25 juni 2019
TEGENSPRAAK
Verkort arrest van het gerechtshof Amsterdam gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van de politierechter in de rechtbank Noord-Holland van 30 maart 2018 in de strafzaak onder de parketnummers 15-055815-18 en 15-050654-17 (TUL) tegen
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedag] 1987,
adres: [adres 1].

Onderzoek van de zaak

Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting in hoger beroep van 25 juni 2019.
Namens de verdachte is hoger beroep ingesteld tegen voormeld vonnis.
Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal en van hetgeen door de verdachte en de raadsman naar voren is gebracht.

Tenlastelegging

Aan de verdachte is ten laste gelegd dat:
hij als degene aan wie door of namens de burgemeester met toepassing van de Wet tijdelijk huisverbod een huisverbod was gegeven, derhalve als uithuisgeplaatste, op of omstreeks 21 maart 2018 te Purmerend in strijd met dat huisverbod de in dit verbod genoemde woning, gelegen aan [adres 2], heeft betreden en/of zich in en/of in nabijheid van die woning heeft opgehouden en/of contact heeft opgenomen met één of meer van de in dat huisverbod genoemde personen;
Voor zover in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zal het hof deze verbeterd lezen. De verdachte wordt daardoor niet in de verdediging geschaad.

Vonnis waarvan beroep

Het vonnis waarvan beroep zal worden vernietigd, reeds omdat daarvan slechts aantekening is gedaan ingevolge artikel 378a van het Wetboek van Strafvordering.

Bewezenverklaring

Het hof acht wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het ten laste gelegde heeft begaan, met dien verstande dat:
hij als degene aan wie namens de burgemeester met toepassing van de Wet tijdelijk huisverbod een huisverbod was gegeven, derhalve als uithuisgeplaatste, omstreeks 21 maart 2018 te Purmerend in strijd met dat huisverbod de in dit verbod genoemde woning, gelegen aan [adres 2], heeft betreden en contact heeft opgenomen met de in dat huisverbod genoemde persoon;
Hetgeen meer of anders is ten laste gelegd, is niet bewezen. De verdachte moet hiervan worden vrijgesproken.
Het bewezen verklaarde is gegrond op de feiten en omstandigheden die in de bewijsmiddelen zijn vervat, zoals deze na het eventueel instellen van beroep in cassatie zullen worden opgenomen in de op te maken aanvulling op dit arrest.

Strafbaarheid van het bewezen verklaarde

Geen omstandigheid is aannemelijk geworden die de strafbaarheid van het bewezen verklaarde uitsluit, zodat dit strafbaar is.
Het bewezen verklaarde levert op:
als uithuisgeplaatste handelen in strijd met een met toepassing van artikel 2, eerste lid, van de Wet tijdelijk huisverbod, gegeven huisverbod.

Strafbaarheid van de verdachte

Geen omstandigheid is aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de verdachte ten aanzien van het bewezen verklaarde uitsluit, zodat de verdachte strafbaar is.

Oplegging van straf

De politierechter heeft de verdachte voor het in eerste aanleg bewezen verklaarde veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van twee weken met aftrek overeenkomstig artikel 27 van het Wetboek van Strafrecht.
De advocaat-generaal heeft gevorderd dat de verdachte voor het ten laste gelegde zal worden veroordeeld tot dezelfde straf als door de rechter in eerste aanleg opgelegd.
Het hof heeft in hoger beroep de op te leggen straf bepaald op grond van de ernst van het feit en de omstandigheden waaronder dit is begaan en gelet op de persoon van de verdachte. Het hof heeft daarbij in het bijzonder het volgende in beschouwing genomen.
De verdachte heeft contact gezocht met zijn partner en zich opgehouden in hun woning, terwijl hij een huisverbod had. Dit verbod is door de burgemeester niet zonder reden opgelegd. Mede door de psychische- en verslavingsproblematiek bij de verdachte en zijn partner was er sprake van een
conflictueuze situatie tussen beiden met veel ruzie en huiselijk geweld, hetgeen ook al eerder heeft geresulteerd in het opleggen van een huisverbod. Met de overtreding van het door de bevoegde autoriteit opgelegde huisverbod laat de verdachte blijken weinig respect te hebben voor hem door gezagsdragers opgelegde verplichtingen.
Volgens het uittreksel uit de Justitiële Documentatie van 13 juni 2019 betreffende de verdachte is hij eerder strafrechtelijk veroordeeld, onder meer ook voor huiselijk geweld. Het hof rekent dit de verdachte aan.
Ter terechtzitting in hoger beroep is door de verdachte en diens raadsman naar voren zijn gebracht dat het inmiddels beter met hem gaat. De verdachte is verhuisd en woont begeleid en is uit eigen beweging gestart met een hulpverleningstraject. Daarnaast werkt de verdachte fulltime als kok, is zijn relatie in rustiger vaarwater terechtgekomen en is hij sinds vijf maanden vader van een zoontje. Ook is hij naar eigen zeggen gestopt met het gebruiken van harddrugs. De verdachte lijkt oprecht gemotiveerd te zijn om mee te werken aan de geboden hulpverlening teneinde stabiliteit in zijn leven te krijgen.
De ernst van het feit en de documentatie van de verdachte rechtvaardigen een straf als in eerste aanleg opgelegd. De verdachte heeft deze straf ook al uitgezeten. Het hof zal daarom met het opleggen van een straf conform voorarrest volstaan en acht deze passend en geboden. Tegelijk acht het hof het in het belang van de verdachte én van de samenleving dat genoemde positieve ontwikkelingen niet worden doorkruist door een straf die meebrengt dat de verdachte opnieuw gedetineerd raakt. Het hof zal hier bij de beslissing op de vordering tenuitvoerlegging van de bij vonnis van de politierechter van 14 juli 2017 opgelegde voorwaardelijke gevangenisstraf rekening mee houden.

Toepasselijke wettelijke voorschriften

De op te leggen straf is gegrond op artikel 63 van het Wetboek van Strafrecht en de artikelen 2 en 11 van de Wet tijdelijk huisverbod.
Deze wettelijke voorschriften worden toegepast zoals geldend ten tijde van het bewezen verklaarde.

Vordering tenuitvoerlegging

Het openbaar ministerie heeft gevorderd de tenuitvoerlegging van de bij vonnis van de politierechter in de rechtbank Noord-Holland van 14 juli 2017 opgelegde voorwaardelijke gevangenisstraf voor de duur van 2 maanden met een proeftijd van 2 jaren. Deze vordering is in hoger beroep opnieuw aan de orde.
De advocaat-generaal heeft gevorderd dat de voorwaardelijk opgelegde gevangenisstraf zal worden omgezet in een taakstraf voor de duur van 60 uren indien niet naar behoren verricht te vervangen door 30 dagen hechtenis.
Bij het onderzoek ter terechtzitting is gebleken dat de veroordeelde zich voor het einde van de proeftijd aan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt. Op de gronden als onder de strafoplegging verwoord, acht het hof evenwel termen aanwezig om de bij dat vonnis vastgestelde proeftijd met 1 (één) jaar te verlengen.

BESLISSING

Het hof:
Vernietigt het vonnis waarvan beroep en doet opnieuw recht:
Verklaart zoals hiervoor overwogen bewezen dat de verdachte het ten laste gelegde heeft begaan.
Verklaart niet bewezen hetgeen de verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven is bewezen verklaard en spreekt de verdachte daarvan vrij.
Verklaart het bewezen verklaarde strafbaar, kwalificeert dit als hiervoor vermeld en verklaart de verdachte strafbaar.
Veroordeelt de verdachte tot een
gevangenisstrafvoor de duur van
2 (twee) weken.
Beveelt dat de tijd die door de verdachte vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in enige in artikel 27, eerste lid, of artikel 27a van het Wetboek van Strafrecht bedoelde vorm van voorarrest is doorgebracht, bij de uitvoering van de opgelegde gevangenisstraf in mindering zal worden gebracht, voor zover die tijd niet reeds op een andere straf in mindering is gebracht.
Verlengt de proeftijd als vermeld in het vonnis van de politierechter in de rechtbank Noord-Holland van 14 juli 2017 met parketnummer 15-050654-17, met een termijn van 1 (één) jaar.
Dit arrest is gewezen door de meervoudige strafkamer van het gerechtshof Amsterdam, waarin zitting hadden mr. A.M. Kengen, mr. M.J.A. Plaisier en mr. N.C. Laatsch, in tegenwoordigheid van mr. S. Bonset, griffier, en is uitgesproken op de openbare terechtzitting van dit gerechtshof van 25 juni 2019.
mr. N.C. Laatsch is buiten staat dit arrest mede te ondertekenen.
[…]