ECLI:NL:GHAMS:2019:248
Gerechtshof Amsterdam
- Rekestprocedure
- J.H.C. van Ginhoven
- A.M.P. Geelhoed
- M. Senden
- Rechtspraak.nl
Verzoek om schadevergoeding wegens onterecht ondergane hechtenis na betaling schadevergoedingsmaatregel
In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 31 januari 2019 uitspraak gedaan in een verzoekschrift van een verzoeker die schadevergoeding vroeg voor dagen die hij onterecht in detentie heeft doorgebracht. De verzoeker, geboren in 1992, stelde dat hij een schadevergoedingsmaatregel van € 1.468,91 had betaald en dat hij hiervoor zeven dagen in hechtenis had gezeten. Het verzoekschrift was op 12 juni 2018 ingediend, waarna de advocaat-generaal op 18 oktober 2018 zijn standpunt kenbaar maakte. Tijdens de openbare behandeling van het verzoekschrift op 17 januari 2019 was de verzoeker niet aanwezig.
Het hof heeft de relevante stukken in de strafzaak bekeken en geconcludeerd dat artikel 89 van het Wetboek van Strafvordering geen mogelijkheid biedt voor het indienen van een verzoek tot schadevergoeding in dit geval. Hierdoor werd de verzoeker niet-ontvankelijk verklaard in zijn verzoek. De beschikking is gegeven door de meervoudige raadkamer van het Gerechtshof Amsterdam, waarin drie rechters zitting hadden. De beslissing werd op de openbare zitting van 31 januari 2019 uitgesproken en de griffier heeft de beschikking ondertekend.